if :'!i
m
:sl' I
I
- IN II
ff 5
HRfiP
IV. if
ill'
I
I jif
;j :4
4 I1' I
i
I l';
i
1
Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1948. BIJLAGE NO.207.
BIJLAGE NO. 207.
Aan de Gemeenteraad.
Het bestuur der Vereniging tot stichting en instand
houding van scholen met de Bijbel te Huizum verzoekt Uw Raad
de gelden toe te staan, welke nodig zijn voor de aanschaf
fing van nieuwe gordijnen in zijn school aan de Borniastraat
Blijkens mededeling van het schoolbestuur zijn tijdens
de bezetting, door de Duitse weermacht, alle gordijnen uit
de school verdwenen. Het is thans niet meer na te gaan, in
hoeverre de gordijnen door leden van de bezettende macht
zijn meegenomen of anderszins in het ongerede zijn geraakt.
Uit een ingesteld onderzoek is ons evenwel gebleken, dat
redelijkerwijze kan worden aangenomen, dat het ontbreken van
de gordijnen inderdaad een gevolg is van de bezetting der
school en het verlies hiervan als oorlogsschade moet worden
beschouwd
Volgens artikel 87 der Lager-onderwijswet 1920, zoals
dat artikel luidt met ingang van 1 Juli 1948, is onder oor
logsschade te verstaan alle schade aan goederen, welke
rechtstreeks het gevolg is van de sinds 1939 ingetreden bui
tengewone tijdsomstandigheden. In het gegeven geval mo.et
voor het verkrijgen en het toekennen der vergoeding van de
geleden schade de procedure worden gevolg!aangegeven in de
artikelen 72 tot en met 85 der wetDe wet gaat na 1 Juli
1948 uit van het beginsel, dat de schadeloosstelling, wegens
oorlogs- en bezettingsschadebehoort te zijn een integrale
vergoeding aan de schoolbesturen. Hiertegenover staat, dat
ingevolge het nieuwe artikel 87 sexies der wet het schoolbe
stuur de wegens dezelfde oorlogsschade uit anderen hoofde
ontvangen gelden aan de gemeente afdraagt. Hierbij zij nog
opgemerkt, dat bij het totstandkomen van bovengenoemd arti
kel 87 de Minister in de Memorie van Antwoord aan de Tweede
Kamer mededeelde, dat het niet doenlijk is de schoolbesturen
te binden aan een termijn voor de indiening van hun aanvra
gen. Met de mededeling van het schoolbestuur, dat met de aan
vrage is gewacht tot het tijdstip, waarop deze mogelijk was,
moet dan ook genoegen worden genomen.
Blijkens het rapport van de Directeur van Gemeentewerken
is het aangevraagde bedrag ad f. 390,- billijk te achten.
Ook overigens worden door de aanvrage van het schoolbestuur
de normale eisen, aan het geven van lager onderwijs te stellen,
niet overschreden. Nu geen der weigeringsgronden, als bedoeld
in artikel 75, tweede lid, der wet aanwezig is, behoren
dan ook de aangevraagde gelden te worden beschikbaar gesteld.
Mitsdien geven wij U, op grond van het vorenstaande en
onder overlegging van de op de aanvrage betrekking hebbende
stukken, in overweging te besluiten:
de gevraagde medewerking te verlenen.
Leeuwarden, 23 December 1948.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
AAMVAN DER MEUIENBur ge me e st er
T. BAKKER, Secretaris.
Verzonden 30 December 1948.
t>
I i