622 XII, 1. XIII, 3, 4, 5, 7, 8, 591—621. 1949. UITGAVEN Ingevolge de bepalingen der Drankwet 1931, Staatsblad no. 476, moet de helft van het ontvangen hotelvergunnings- en verlofsrecht in 's Rijks kas worden gestort. De uitkering betreft alleen verlofsrecht, aangezien er in de gemeente geen hotel vergunningen meer bestaan. HOOFDSTUK XIII. Bedrijven. 3. Woningbedrijf. Uitkering aan het bedrijf wegens: Begroting 1945 1946 - 1947 - 1948 - 1949 - 32.951,66 38.263,50 49.546,76 39.734,81 35.609,09 Rekening 1945 38.090,14 1946 - 32.233,57 1947 - 49.135,88 a. nadelig saldo35.609,09 Het verlies van het bedrijf is overeenkomstig de bedrijfsbegroting geraamd. Zie ook volgnos. 335 en 49. Bijdrage aan Hoofdstuk XIII 3 van de kapitaaldienst ter reservering van het verschil tussen de te ontvangen en de verschuldigde annuïteit ter zake van de Pensioenfondslening.- Zie volgno. 262. 4. Gasfabriek. Uitkering aan het bedrijf wegens: Begroting 1945 1946 1947 1948 1949 21.744,52 25.734,15 42.041,89 Rekening 1945 63.061,17 1946 - 1947 - 381,45 a. nadelig saldo b. andere grondslagen 42.041,89 5. Reinigingsbedrijf. Uitkering aan het bedrijf wegens: 1945 1946 1947 1948 1949 Begroting 323.147,87 - 439.573,54 - 462.184,28 - 541.194,18 - 443.755,67 Rekening 1945 427.788,19 1946 - 492.249,49 1947 - 549.152,93 a. nadelig saldo443.755,67 Het verhes van het bedrijf is overeenkomstig de bedrijfsbegroting geraamd. 7. Bank van lening. De bank van lening is sedert jaren geliquideerd. 8. Openbaar slachthuis. Uitkering aan het bedrijf wegens: Begroting 1945 1946 - 1947 - 1948 - 1949 - 18.978,06 23.059,24 21.499,89 24.269,02 19.085,02 Rekening 1945 19.038,77 1946 - 4.614,09 1947 - 20.051,51 a. nadelig saldo 19.085,02 162 XIV. 622—624. 1949. UITGAVEN HOOFDSTUK XIV. Kasvoorzieningen. Voorschotten ten behoeve van het Rijk Begroting Rekening 1945 1.238.000,— 1945 2.359.781,03 1946 - 5.000,— 1946 - 188.509,74 1947 - 45.000,— 1947 - 255.355,57 1948 - 250.000,— 1949 - 250,000,— a. reiskosten aan dienstplichtigen b. kosten ter zake onteigening ter bestrijding van besmettelijke ziekten onder de mensen- - c. wegens betalingen van allerlei aard- 250.000, Zie volgno. 198. 250.000,— 623 Voorschotten aan ambtenaren der gemeente en instellingenten einde daaruit voorlopig kleine betalingen ten behoeve der gemeente te doen Begroting 1945 15.500,— 1946 1947 1948 1949 5.675,— 24.575,— 5.575,— 5.575,— Rekening 1945 15.488,50 1946 - 5.575,— 1947 - 5.575,— Deze post wordt gespecificeerd als volgt: a. aan ambtenaren ter secretarie: de refendaris, chef afd. Financiën1.950, de hoofdcommies le kl., chef afd. Bevolking en Militaire zaken - 125, de commies le kl., chef afd. Expeditie- 500, b. c. d. e. 2.575,- aan de commissaris van politie- 500, aan de gemeenteontvanger - 1.000, aan de commandant van de brandweer voor betaling van beloningen bij oefeningen en brand - 500, aan de directeur van de distributiedienst- 1.000, Totaal Deze post staat in ontvang en uitgaaf gelijk. Zie volgno. 199. 5.575,- 624 Rente en provisie van tijdelijk ter voorziening in de behoefte aan kasgeld opgenomen gelden Begroting 1945 51.600,- 1946 - 15.000,- 194/ - 60.750,- 1948 - 60.000,- 1949 - 70.000,- Rekening 1945 60.247,69 1946 - 38.203,22 1947 - 73.564,42 Behalve een klein bedrag aan rente wegens verrekening van vorderingen en schulden met het Rijk, verschuldigd aan de Bank voor Nederlandse Gemeenten, is deze post bestemd tot dekking van het eventueel nadelige saldo wegens rente der centrale kas overeenkomstig artikel 7, lid 3, van de verordening betreffende het centraal kasbeheer der gemeente Leeuwarden (Gemeenteblad 1925/12). Daar thans nog niet ten volle bekend is welk bedrag aan kasgeld de gemeente in 1949 zal hebben op te nemen, noch welke rente daarvoor zal zijn te betalen, is het moeilijk tot een juiste raming van deze post te komen. Naar het zich laat aanzien, zal daarmede een bedrag van ƒ70.000,gemoeid zijn. 163

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1949 | | pagina 152