1949.
UITGAVEN
631 Uitkering aan de gemeente Lesuwarderadeel ingevolge artikel 2, vijfde lid, en artikel 5,
632 Onvoorziene uitgaven Begroting
XV, XVI. 631—632.
eerste lid, der Grenswijzigingsbeschikking Begroting Rekening
1945 12.097,— 1945 13.177,74
1946 - 12.C97,1946 - 13.364,44
1947 - 13.197,- 1947 - 12.290,16
1948 - 12.251,—
1949 - 12.251,—
Op deze post behoort te worden geraamd:
a. wegens uitkering, bedoeld in artikel 2, vijfde lid, der bovengenoemde
Beschikking, rondf
b. wegens uitkering, bedoeld in artikel 5, eerste lid, der bovengenoemde
Beschikking, rond
(16599 21686 X 1041,wegens toeslag op het pensioen van J. de
Ruiter 293,wed. L. J. de Jong ƒ520,R. Kuipers ƒ63,en G.
IJnzonides 165,
Totaal12.251,
11.454,
797,
HOOFDSTUK XVI.
Onvoorziene uitgaven.
1945 18.000,—
1946 - memorie
1947 - 245.127,—
1948 - 96.740,—
1949 - 161.000,
Ingevolge beslissing van de Ministerraad, wordt aan het rijkspersoneel een bijslag op
het salaris of loon uitgekeerd in verband met de verhoging van de kosten van levensonder
houd, voortspruitende uit de vermindering der subsidies op levensmiddelen en brand
stollen. Deze tijdelijke bijslag stemt overeen met de door het College van Rijksbemiddelaars
voor het vrije bedrijf vastgestelde regeling.
Ten aanzien van het gemeentepersoneel wordt eenzelfde gedragslijn gevolgd.
Aangezien op het tijdstip van toekennen van deze tijdelijke bijslag de ontwerp-begroting
voor 1949 reeds was samengesteld, wordt op de post „onvoorziene uitgaven" terzake een
bedrag van rond ƒ40.000,geraamd.
Bovendien is thans nog niet te overzien of een voorgenomen technische herziening
van de bezoldiging van het rijkspersoneel gevolgen medebrengt voor de salariëring van
het gemeentepersoneel.
Het wordt derhalve raadzaam geacht op deze post in totaal een bedrag van 161.000,
beschikbaar te stellen.
Rekening
1945
1946 -
1947 -
166