Bijlage "tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1949. BIJLAGE NO. 201.
Ben deel van deze grondkosten kan als niet rendabel wor
den beschouwd en dient ten laste van de algemene dienst te
worden gebracht. De grootte van het bedrag der onrendabele
grondkosten is afhankelijk van het bedrag, dat het Rijk voor
de berekening van de bijdrage in het exploitatietekort van
woningwetwoningen als grondvoorschot per woning maximaal toe
laatbaar acht. Hierover worden nog onderhandelingen gevoerd
met de Dienst voor de Wederopbouw, zodat het thans nog niet
mogelijk is de uiteindelijke onrendabele grondkosten te be
palen.
Het Rijk stelt zich op het standpunt, dat bedoelde wonin
gen zijn te beschouwen als eengezinswoningen, hetgeen bete
kent, dat de kosten van de z.g. duplex-inrichting, in totaal
geraamd op f. 7.000,-, geheel voor rekening van de gemeente
komen. Hier staat echter tegenover, dat de meerdere huur, wel
ke het gevolg is van de bewoning der huizen door twee gezin
nen, geheel ten bate van de gemeente komt. Deze meerdere huur
kan gesteld worden op 50$ van de normale huur als ééngezins
woning. Waar nu de huur van een dergelijke woning, volgens ge
maakte berekening, voorlopig kan worden gesteld op f5,90 per
week, zal de bovenbedoelde meerdere huur per woning per week
f. 2,95 bedragen, of voor 10 woningen per jaar rond f. 1500,-.
Rekent men hierbij op een handhaving van de duplex-inrichting
voor 10 jaren, dan zal voor de thans te maken kosten van de
duplex-inrichting (f. 7000,-, af te schrijven in 10 jaren) en
de over 10 ^aren benodigde fondsen voor ombouw van de dupiex-
woning tot eengezinswoning zonder twijfel de nodige dekking
aanwezig zijn.
Voor de berekening van de Rijksbijdrage in de jaarlijkse
exploitatiekosten van deze woningwetwoningen zal het derhalve
nodig zijn om los van de administratie van de normale exploi
tatie van de 1 0 woningen een afzonderlijke administratie van
de duplex-inrichting aan te houden.
Het voor zoveel nodig verder afwerken van de Aert van der
Neerstraat en de aanleg van de geprojecteerde Hercules Seghers-
straat, waaraan een gedeelte van de woningen zal worden ge
bouwd, zal, globaal geraamd, een uitgaaf vergen van rond
f. 10.000,-.
Op grond van het vorenstaande geven wij U in overweging te
besluiten:
1. tot de bouw van de hierboven bedoelde 10 duplex-noningen,
op de plaats en op de wijze als in dit voorstel is aange
geven en voorts overeenkomstig de bij de stukken overgeleg
de situatietekening en het daarbij gevoegde bouwontwerp;
2. tot de uitvoering van de voor deze bouw benodigde straat-
aanleg;
3. ons college machtiging te verlenen het nodige te verrichten
ter bekoming van bijdragen in het exploitatietekort uit
's Rijks kas;
4. over te gaan tot de vaststelling van de bij de stukken in
concept overgelegde begrotingswijzigingen.
De Financiële Commissie en de Commissie voor de Openbare
Werken hebben zich met de voorgenomen bouw en straataanleg
kunnen verenigen.
Leeuwarden, 23 November 1 949
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A .A.M. VAN DER MEULEÏÏ, Burgemeester.
T.BAKKER, Secretaris.
Verzonden 26 November 1949.
Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1949- BIJLAGE NO.202.
BIJLAGE NO. 202.
Aan de Gemeenteraad.
Ten einde ook gedurende het dienstjaar 1950 in de
behoefte aan kasgeld te kunnen voorzien door het aangaan
van tijdelijke kasgeldleningen, is het noodzakelijk, dat
daarvoor opnieuw het gebruikelijke Raadsbesluit, houdende
machtiging aan ons College tot het aangaan van zodanige
leningen, wordt genomen.
In verband met de in het begin van 1950 vervallende en
opnieuw te sluiten posten dient, ter voorkoming van stag
natie in de kasgeldvoorziening, reeds thans tot het verle
nen van de machtiging te worden besloten.
Wij stellen U daarom, onder overlegging van het advies
der Financiële Commissie, voor, over te gaan tot vaststel
ling van het hieronder in ontwerp afgedrukte besluit.
Leeuwarden, 24 November 1949-
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. VAN DER MEULEN, Burgemeetser.
T.BAKKER, Secretaris.
ONTWERP.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Overwegendedat het wenselijk is Burgemeester
en Wethouders te machtigen tot het aangaan van tijdelijke
kasgeldleningen, zulks ter voorziening in de behoefte aan
kasgeld gedurende het dienstjaar 1950;
Gezien het voorstel van Burgemeester en Wet
houders
Gelet op de artikelen 170 en 228, sub a, der
Gemeentewet
BESLUIT:
Burgemeester en Wethouders te machtigen om gedurende het
dienstjaar 1950, ter voorziening in de behoefte aan kasgeld,
voor zoveel nodig tijdelijke geldleningen aan te gaan tot
een gezamenlijk bedrag van ten hoogste f. 7.000.000,--
zeven millioen gulden)uiterlijk voor de tijd van één jaar
tegen een rente van ten hoogste het promessedisconto bij de
Nederlandse Bank, met dien verstande, dat geen hogere rente
zal worden voldaan dan berekend naar een percentage, als
door de Regering bindend is of zal worden voorgeschreven,
en verder op de wijze en onder zodanige voorwaarden en be
palingen, als in het belang van de gemeente nuttig ca nodig
zal worden geacht.
Leeuwarden,
De Raad voornoemd,
Voorzitter.
Verzonden 26 November 194 9*
Secretaris.