v v-
IV. 32—35.
1949.
INKOMSTEN
HOOFDSTUK IV.
Volksgezondheid.
32 Bijdrage van het Rijk ingevolge artikel 20, eerste lid, der Besmettelijke-Ziektenwet Staats
blad 1028no. 265Begroting Rekening
1945 memorie 1945 33,-
1946 - memorie 1946 - ,-
1947 - memorie 1947 - ,-
1948 - memorie
1949 - memorie
Het Rijk vergoedt overeenkomstig het bepaalde in het Koninklijk Besluit van 1 October
1929, Stbl. 448, 50 der in art. 20, eerste lid der Besmettelijke-Ziektenwet bedoelde kosten.
Het valt niet te zeggen of, en zo ja, welke bedragen terzake zullen worden ontvangen,
zodat deze post voor memorie wordt uitgetrokken.
33 Bijdrage van het Rijk ingevolge artikel 20, derde lid, der Besmettelijke-Ziektenwet {Staats
blad 1028, no. 265Begroting Rekening
1945 1945
1946 - 1946 -
1947 - 1947 -
1948 -
1949 - memorie
Krachtens het bepaalde in art. 20, derde lid der Besm. Ziektenwet kan het Rijk een
bijdrage verlenen in de kosten, welke een gemeente ter wering van de uitbreiding ener
besmettelijke ziekte heeft moeten maken, indien deze kosten moeten worden geacht de
draagkracht van de gemeente te boven te gaan. Ingevolge Kon. Besluit van 1 October
1929, Stbl. 448, bedraagt de Rijksbijdrage ten hoogste 75
Deze post wordt voor memorie uitgetrokken.
34
Bijdrage van het Rijk in de kosten van inenting tegen diphtene
Begroting
Rekening
1945
150,—
1945
5
1946 -
150,—
1946 -
1947 -
150,—
1947 -
3
1948 -
150,—
1949 -
150,—
Ingevolge schrijven van de Secretaris-Generaal van het Departement van Sociale Zaken
van 10 Mei 1943 no. 1184 H 'Doss. 9, afd. Volksgezondheid, verleent het Rijk een bijdrage
van 50 in de uitgaven terzake van inenting tegen diphterie, tot een maximum van 0,02
per inwoner. Onder volgno. 296 van de uitgaven is terzake 300,geraamd, zodat op
deze post 150,kan worden uitgetrokken.
35 Heffing van gelden ingevolge artikel 21 der Besmettelijke-Ziektenwet Staatsblad 1928,
no. 265Begroting
1945
1946 -
1947 -
1948 -
1949 -
5.162,—
5.162,—
4.600,—
2.300,—
1.500,—
Rekening
1945 6.964,96
1946 - 5.098,87
1947 - 3.035,46
De heffing geschiedt krachtens verordening, vastgesteld bij besluit van de burgemeester
dd. 31 Mei 1944, goedgekeurd bij besluit van 15 Juli 1944, no. 2.
In 1949 zullen naar raming aanslagen worden opgelegd tot een bedrag van in totaal
ƒ1.500,—, waarvan 1.000,— wegens verpleegkosten, ƒ450,— wegens vervoerkosten en
50,wegens ontsmettingskosten.
Zie volgnos 36 en 303.
10
1949.
IV. 3640. INKOMSTEN
36 Vergoeding van buitengemeenten voor het mede-gebruik van het paviljoen voor de verpleging
van lijders aan besmettelijke ziekten Begroting Rekening
1945 5.438,— 1945 5.438,—
1946 - 5.438,— 1946 - 5.438,—
1947 - 5.438,— 1947 - 5.438,—
1948 - 5.438,—
1949 - 5.438,—
Onderscheidene buitengemeenten hebben met de gemeente Leeuwarden, ingegaan 1 Jan.
1941, opnieuw voor 10 jaren een contract aangegaan voor het gebruik van het paviljoen
voor verpleging van lijders aan besmettelijke ziekten, waarbij zij zich o.m. hebben ver
bonden om gezamenlijk aan de gemeente Leeuwarden als vergoeding voor dit gebruik
jaarlijks een bedrag van 6.000,te betalen. Daaronder was begrepen 734,van de
gemeente Leeuwarderadeel. Door de grenswijziging is dit bedrag verminderd met 562,
zodat de totale ontvangst voortaan is te ramen op ƒ5.438,
Zie volgnos. 35 en 303.
7 Dividend van aandelen in de N.V. Intercommunale Waterleiding, gebied Leeuwarden
Begroting Rekening
1945 memorie 1945 3.400,-
1946 - 3.400,— 1946 - 3.400,-
1947 - 3.400,— 1947 - 2.720,-
1948 - 3.400,—
1949 - 2.720,—
De gemeente is in het bezit van 68 aandelen in bovengenoemde N.V. a ƒ1.000,
Gerekend wordt op een dividenduitkering van 4
39 Ontvangsten ter zake van de gemeentelijke badinrichting
Begroting Rekening
1945 730,— 1945 727,60
1946 - 4.700,— 1946 - 5.270,60
1947 - 5.500,— 1947 - 4.082,15
1948 - 4.000,—
1949 - 4.000,—
Op deze post wordt, gelet op de tot dusverre (Sept. '48) bekende ontvangsten over 1948,
ƒ4.000,geraamd. Zie volgno. 310.
4 Aflossing en rente van geldleningen, te vergoeden door de N. V. Intercommunale Waterleiding
Begroting Rekening
1945 31.062,50 1945 31.062,50
1946 - 29.780,— 1946 - 29.780,—
1947 - 29.520,— 1947 - 29.520,—
1948 - 28.237,50
1949 - 27.977,50
De N.V. Intercommunale Waterleiding restitueert aan de gemeente rente en aflossing
van de schulden, aangegaan door de Leeuwarder Waterleidingmaatschappij en door de
gemeente voor het gemeentelijk waterleidingbedrijf.
Het betreft de leningen:
ƒ75.000,a 4%, aangegaan in 1896 door de Leeuwarder Waterleiding
maatschappij, blijkens notariële akte van 21 Augustus 1921 overgenomen
door de gemeente, op 1 Januari 1949 nog groot 24.000,waarvan de
rente over 1949 zal bedragen960,
en de aflossing- 1.000,
650.000,a 41/2 aangegaan bij raadsbesluit d.d. 12 April 1921,
no. 145 R/84, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten d.d. 19 Mei 1921,
no. 89 (bij overneming door de gemeente van het bedrijf der Leeuwarder
Waterleidingmaatschappij), op 1 Januari 1949 nog groot ƒ211.500,
waarvan over 1949 aan rente verschuldigd is - 9.517,50
en aan aflossing - 16.500,
27.977,50
11