Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden1950. BIJLAGE N0.81-
2. de hiervoor bedoeldeonder verband van tweede hypotheek
te verstrekken,geldleninggroot f. 3.060,~~;
zulks onder de volgende voorwaarden.
a. met toepassing van artikel 16, derde lidsub c, van de
F.W. 1948, behoort het recht op de daar bedoelde jaar
lijkse bijdrage in de door de Minister van Wederopbouw
en Volkshuisvesting ingestelde administratie te worden
overgeschreven ten name van de Bouwkas
De jaarlijkse bijdrage, bedoeld in hoofdstuk II van de
F.W. 1948, welke in verband met deze overschrijving aan
de Bouwkas wordt uitgekeerd, wordt door deze voor zoveel
nodig aangewend ter voldoening, namens de bouwspaarder
van de rente, verschuldigd voor dat gedeelte van het be
drag dér geldleningen, overeenkomende met de onrendabele
bouwkosten, zoals deze laatstelijk door de Minister van
Wederopbouw en Volkshuisvesting zijn vastgesteld, en waar
van de gemeente de tijdige betaling onder meer van deze ren
te heeft gegarandeerd, zullende derhalve zowel de bouwspaar
der als de gemeente voor betaling van deze rente gekweten
zijn, als de uitbetaling der bijdrage aan de Bouwkas heeft
plaats gehad, en wel jaarlijks ,ten hoogste tot het bedrag
der uitbetaalde bijdrage, zulks met dien verstande, dat ae
jaarlijkse bijdrage in de eerste plaats wordt aangewend
voor voldoening van de rente der geldlening, groot
f. 10.625,25 en voor het eventueel resterende gedeelte
voor de rente van de geldlening, groot f. 3.060,--;
b. de uitkering ineens, bedoeld in artikel 14 der F.W. 1948,
welke in verband met deze overschrijving aan de Bouwkas
wordt uitgekeerd, wordt, door deze, voor zoveel nodig,
aangewend ter (c.q. gedeeltelijke) aflossing namens de
bouwspaarder van het bedrag der geldleningen, waarvoor de
gemeente de tijdige betaling onder meer van deze aflossing
heeft gegarandeerd zullende derhalve zowel de bouwspaarder
als de gemeente voor üetaling van deze aflossing gekweten
zijn, als de uitbetaling der uitkering ineens aan de Bouw
kas heeft plaats gehad, en wel ten hoogste tot het bedrag
dezer uitkering, zulks met dien verstande, dat de uitkering
ineens in de eerste plaats wordt aangewend ter aflossing
van de lening, groot f. 10.625,25, en voor het evenxueel
resterende gedeelte voor de aflossing van de lening, groot
f. 3.060,--,
c. wanneer bij nadere beschikking van de Minister, om weiKe
reden dan ook, het onrendabele gedeelte der bouwkosten op
een lager bedrag dan f. 8.150,-- wordt vastgesteld, zal
de bouwspaarder verplicht zijn op het daardoor toegenomen
bedrag der rendabele kosten af te lossen op dezelfde
voorwaarden als op het oorspronkelijke bedrag der rendabele
kosten en binnen de dan nog resterende tijd van de voor
de aflossing van het oorspronkelijke bedrag der rendabele
kosten bepaalde periode
d. de Bouwkas heeft zorg te dragen, dat het pand, waarvoor ae
te garanderen geldlening wordt aangegaan, tijdens de duur
van de overeenkomst zodanig tegen brandschade is en
verzekerd, dat hers bel of wederopbouw volkomen door
verzekeringsmaatschappij moet kunnen worden voldaan. Zo arr
de gemeente garant is, heeft de Bouwkas zorg te dragen,
dat ingeval van brand het pand hersteld of herbouwd wor
Bij de verzekering moet het beding, bedoeld in artike
van het Wetboek van Koophandel, worden gemaakt,;
e. indien de gemeente op grond van deze overeenkomst aan -
verplichtingen als borg heeft voldaan, en derrhlve
rechten der Bouwkas is getreden, verleent de Bouwk
nu voor alsdan de bevoegdheid om desgewenst to. exec
"van
Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1950. BIJLAGE NO.81.
van het onderpand over te gaan, onder gehoudenheid van de
gemeente om uit de opbrengst van het onderpand in de
eerste plaats te voldoen de bedragen wegens hoofdsom,
rente en kosten, welke de Bouwkas ten tijde van de executie
ter zake van de bovenomschreven hypothecaire geldleningen
van de bouwspaarder heeft te vorderen en zo deze opbrengst
niet toereikend mocht zijn, het ontbrekende, voor zover
de gegeven garantie haar daartoe verplicht, tegelijkertijd
aan de Bouwkas te voldoen,
f. de gemeente doet afstand van het recht van uitwinning,
door de wet aan borgen toegekend, alsmede van de in artikel
1887 van het Burgerlijk Wetboek aan borgen verleende bevoegd
heid
B. aan de Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting te ver
zoeken tot deelneming van het Rijk in een eventueel uit de
garantie van de onder A, sub 1, van dit besluit genoemde geld
lening ontstaan verlies tot het ingevolge artikel 27, lid 2,
der Financieringsregeling Woningbouw 1948 hoogst toegelaten
bedrag.
Leeuwarden,
De Raad voornoemd,
Voorzitter
Secretaris