Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1950. BIJLAGE NO.141.
In verband met het vorenstaande en onder overlegging van
de betrekkelijke stukken, geven wij Uw Raad in overweging aan
het door de Minister van Binnenlandse Zaken gedane verzoek te
voldoen en daartoe te nemen het navolgende, in ontwerp hier
onder afgedrukte, besluit.
Leeuwarden, 17 Augustus 1 950
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
M.HGEERT S1-Burgeme e s ter
TBAKKERSe ere tar is
ONTWERP
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders,
strekkende tot toekenning van een voorschot over het derde en
vierde kwartaal 1950 op een alsnog definitief in te voeren
5% verhoging van de wedden en lonen van een deel van het ge-
meentepersoneel
Gezien het schrijven van de Minister van Binnenlandse
Zaken d.d. 10 Juli 1 950, no.44413/0. Afd.A.Z. Bur.Ill, en dat
van het Centraal Bureau in zake gemeenschappelijke behandeling
van gemeentelijke personeelsaangelegenheden d.d. 29 Juli 1950,
no.342;
BESLUIT;
I. voor het tweede halfjaar van 1950 voort te gaan met de kwar-
taalsgewijze uitkeringen op basis van de Uitke rings ver ordening
tweede kwartaal 1950, met dien verstande, dat telkens voor
"April" wordt gelezen? "Juli", onderscheidenlijk "October", en
voor "tweede kwartaal" wordt gelezen? "derde kwartaal", onder
scheidenlijk 'Vierde kwartaal";
II. te bepalen, dat de uitkeringen, bedoeld onder I, zullen worden
aangemerkt als voorschotten op de alsnog vast te stellen defi
nitieve 5% verhoging van de wedden en loneh;
III. te bepalen, dat op de netto uitkeringen, bedoeld onder I, we
gens reservering van alsnog verschuldigde verhaalsbijdragen
voor pensioen of inhouding, als bedoeld in artikel 13 van de
Arbeidsovereenkomstenverordening, over het derde en vierde
kwartaal 1950 telkens zal worden ingehouden een bedrag van
f. 5,- of een evenredig deel daarvan, met dien verstande, dat
deze inhouding voor 22-jarigen zal bedragen f, 5,- en voor
21 - jarigen f1,50.
Leeuwarden,
De Raad voornoemd,
Voorzitter
Secretaris.
Verzonden 23 Augustus 1 950.
Biilage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1 950. BIJLAGE NO. 142.
BIJLAGE NO. 142.
Aan de Gemeenteraad.
Door Mevrouw K.Bruinsma-VisserEillartstraat 28,
alhier, en door A.van Hoek, no.215b, te Wirdum, is een ver
zoek ingediend om, overeenkomstig het bepaalde in artikel 13
der Lager-onderwijswet 1 920, een tegemoetkoming te ontvangen
in de reiskosten, verbonden aan het bezoeken door hun kinde
ren van resp. de Protestants-Christelijke School voor Buiten
gewoon Lager Onderwijs (zwakzinnige kinderen), te Sneek, en
de Openbare School voor Buitengewoon Lager Onderwijs (zwak
zinnige kinderen), alhier.
Naar aanleiding van deze verzoekschriften delen wij U het
volgende mede.
Ingevolge het bepaalde in artikel 13, juncto artikel 70,
der Lager-onderwijswet 1920 wordt aan ouders, voogden of ver
zorgers van leerlingen ener buitengewoon lagere school des-
verlangd uit de gemeentekas een tegemoetkoming verleend in de
aan het schoolbezoek verbonden vervoerskosten. De voorwaarden
betreffende de afstand van vier kilometer en het aanwezig zijn
van een gelijksoortige school binnen die afstand zijn bij het
buitengewoon lager onderwijs niet van toepassing. De school
kan in een andere gemeente zijn gelegen. De tegemoetkoming
wordt volgens de wet slechts verleend, indien en voor zover de
financiële toestand der ouders daartoe aanleiding geeft; zo
nodig worden de vervoerskosten ten volle vergoed.
De reiskosten van Leeuwarden naar Sneek vice versa en die
van Wirdum naar Leeuwarden vice versa bedragen resp. f. 19,90
en f. 7,70 per maand, zijnde de voor een maandabonnement op de
autobus verschuldigde tarieven. Voor A.van Hoek moet het
bedrag van f7,70 per maand nog vermeerderd worden met f.0,50
per week voor het halen en brengen van het kind van het eind
punt der bus naar de school.
Volgens de door de Directeur van de Gemeentelijke Dienst
voor Sociale Zaken uitgebrachte rapporten, welke bij de raads
stukken voor U ter inzage zijn gelegd, zijn de gezins- en fi
nanciële omstandigheden van adressanten van dien aard, dat,
naar het ons voorkomt, mede gelet op de ter zake geraadpleegde
jurisprudentie en op de door U reeds in soortgelijke gevallen
genomen beslissingen, aan Mevrouw Bruinsma-Visser de reiskos
ten ten volle dienen te worden vergoed, terwijl voor Van Hoek
een tegemoetkoming van 70% der totale reiskosten ad f.104,70,
t.w, 11 maandabonnementen a f, 7,7° en 40 (schoolweken) a
f. 0,50, bedragende f. 73»29 per jaar, redelijk en voldoende
moet worden geacht. Naar onze mening is Van Hoek wel in staat
de overblijvende kosten ad 30% van f. 104,70 of f. 31,41, zijn
de f. 2,62 pc-r maand, zelf te dragen.
Na opening van de Protestants-Christelijke School voor Bui
tengewoon Lager Onderwijs (zwakzinnige kinderen) hier ter ste
de zal de aan Mevrouw Bruinsma-Visser toe te kennen vergoeding
kunnen vervallen, aangezien het in haar bedoeling ligt haar
kind alsdan deze school te doen bezoeken.
Op grond van het vorenstaande geven wij U in overweging te
besluiten?
overeenkomstig het bepaalde in artikel 13, juncto artikel
70, der Lager-onderwijswet 1920, gedurende het schoolbezoek
en tot wederopzegging,
a. met ingang van 1 September 1950, aan Mevrouw K. Bruinsma-
VisserEillartstraat 28, alhier, de vervoerskosten, verbon-
den aan het bezoeken door haar zoon Wijnzen van de Protestants-
Christelijke School voor Buitengewoon Lager Onderwijs (zwak
zinnige kinderen)te Sneek, volledig te vergoeden;
"b."