Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1950. BIJLAGE NO. 182.
dat deze geldleningen zullen worden verstrekt onder de
volgende voorwaarden;
a. over het bedrag der bedoelde geldleningen, dat door
de gemeente zal /worden gegarandeerd, zal een rente
verschuldigd zijn van 3 per jaar gedurende de eerste
10 jaren en daarna van 3-g- per jaar;
b. de aflossingen op de bedoelde geldleningen zullen zo
danig worden geregeld, dat de schulden na 30 jaren zul
len zijn gedelgd,0
dat er voldoende aanleiding is om ter bevordering van de
uitbreiding van woongeü^enheid binnen deze gemeente aan de
Bouwkas, overeenkomstig het verzoek van de bouwspaardereen
garantie te verlenen, zoals deze hierna zal worden omschreven;
BESLUIT
A. met de Bouwkas aan te gaan een overeenkomst, waarbij de
gemeente zich tegenover deze verbindt, rechtstreeks te waar
borgen de tijdige betaling van rente en aflossing van;
I. een zodanig gedeelte van de hiervoor bedoelde geldlening,
groot f. 10.138,-, door de Bouwkas aan de bouwspaarder
te verstrekken onder verband van eerste hypotheek (hypo
thecair onderpand van het te bouwen woonhuis met erf op
het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, Sectie
D, nummer 3295), dat, vermeerderd met het sub II genoemde
bedrag van f. 1.790,-, gelijk i-s aan de onrendabele bouw
kosten, zijnde dit gedeelte derhalve f. 6.400,- - f. 1.790.-
f. 4610,-;
II. de hiervoor bedoelde onder verband van tweede hypotheek
(hypothecair onderpand het hierbovenvermelde woonhuis met
erf) te verstrekken geldlening, groot f. 1.790,-;
zulks onder de volgende voorwaarden:
a. met toepassing van artikel 16, derde lid, sub c, van de
F.W. 1948 behoort het recht op de daar bedoelde jaarlijkse
bijdrage in de door de Minister van Wederopbouw en Volks
huisvesting ingestelde administratie te worden overgeschre
ven ten name van de Bouwkas. De jaarlijkse bijdrage, be
doeld in hoofdstuk il van de E.W. 1948, welke in verband
met deze overschrijving aan de Bouwkas wordt uitgekeerd,
wordt door deze, voor zoveel nodig, aangewend ter voldoe
ning, namens de bouwspaarder, van de rente, verschuldigd
voor het bedrag van f. 4.610,-, deel uitmakende van de
onder verband van eerste hypotheek te verstrekken geldle
ning, alsmede van de rente voor het bedrag van f. 1.790,-,
zijnde de onder verband van tweede hypotheek te verstrekken
geldlening, van welke leningen de gemeente de tijdige be
taling onder meer van deze rente heeft gegarandeerd, zul
lende derhalve zowel de bouwspaarder als de gemeente voor
betaling van deze rente gekweten zijn, als uitbetaling der
bijdrage aan de Bouwkas heeft plaats gehad, en wel jaarlijks
ten hoogste tot het bedrag der uitbetaalde bijdrage, zulks
met dien verstande, dat de jaarlijkse bijdrage in de eerste
plaats wordt aangewend voor voldoening van de rente voor
het deel, groot f. 4.610,-, van de onder verband van eerste
hypotheek te verstrekken geldlening en voor het eventueel
resterende gedeelte voor de rente van de geldlening, groot
f. 1.790,-, te verstrekken onder verband van tweede hypotheek;
b. de uitkering ineens, bedoeld in artikel 14 der F.W,1948,
welke in verband met deze overschrijving aan de Bouwkas wordt
uitgekeerd, wordt door deze, voor zoveel nodig, aangewend
ter (c.q. gedeeltelijke) aflossing, namens de bouwspaarder
van het bedrag der geldleningen, waarvoor de gemeente de
tijdige betaling onder meer van deze aflossing heeft gega
randeerd, zullende derhalve zowel de bouwspaarder als de
gemeente voor betaling van deze aflossing gekweten zijn,
als de uitbetaling der uitkering ineens aan de Bouwkas
heeft plaats gehad, en wel ten hoogste tot het bedrag dezer
- uitkering -
Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad
van Leeuwarden, 1950. BIJLAGE NO. 182.
uitkering, zulks met dien verstande, dat de uitkering ineens
in de eerste plaats wordt aangewend ter aflossing van het door
de gemeente gegarandeerde deel, groot f. 4.610,-, van de onder
verband van eerste hypotheek te verstrekken geldlening en voor
het eventueel resterende gedeelte voor de aflossing van de le
ning, groot f. 1.790,-, te verstrekken onder verband van tweede
hypotheek;
o, indien het bedrag, waarmede de bouwspaarder blijkens het spaar-
contract in de bouwkas heeft deelgenomen, tot uitkering is ge
komen, zal dat gedeelte van het door de bouwspaarder bij de
Bouwkas gespaarde bedrag, dat gelijk is aan 20 van het ver
schil tussen de stichtingskosten en het onrendabele gedeelte
der bouwkosten, derhalve f. 1.106,-, worden gebruikt ter af
lossing van de door de Bouwkas onder verband van tweede hypo
theek te verstrekken geldlening, thans groot f. 1.790,-.
Zodra genoemde aflossing heeft plaats gevonden, wordt het
door de gemeente gegarandeerde gedeelte van de geldlening, te
verstrekken onder verband van eerste hypotheek, welk gedeelte
thans f. 4.610,- bedraagt, met f. 1.106,-, derhalve tot
f. 5.716,- verhoogd;
d. wanneer bij nadere beschikking van de Minister van Wederopbouw
en Volkshuisvesting, om welke reden dan ook, het onrendabele
gedeelte der bouwkosten op een lager bedrag dan f. 6.400,-
wordt vastgesteld, zal de bouwspaarder verplicht zijn op het
daardoor toegenomen bedrag der rendabele kosten af te lossen
op dezelfde voorwaarden, als op het oorspronkelijk bedrag der
rendabele kosten en binnen de dan nog resterende tijd van de
voor de aflossing van het oorspronkelijk bedrag der rendabele
kosten bepaalde periode
e. de Bouwkas heeft zorg te dragen, dat het pand, waarvoor de te
garanderen geldleningen worden aangegaan, tijdens de duur van
de overeenkomst, zodanig tegen brandschade is en blijft ver
zekerd, dat de kosten van herbouw of restauratie, tengevolge
van brand, volledig door de verzekeringmaatschappij (enworden
terugbetaald; bij deze verzekering moet het beding, bedoeld
in artikel 297 van het Wetboek van Koophandel, worden gemaakt;
herbouw of restauratie is verplicht, zolang de gemeente zich
garant stelt;
f. indien de gemeente op grond van deze overeenkomst aan haar
verplichtingen als borg heeft voldaan, en derhalve in de rech
ten der Bouwkas is getreden, verleent de Bouwkas haar nu voor
alsdan de bevoegdheid om desgewenst tot executie van het onder
pand over te gaan, onder gehoudenheid van de gemeente om uit
de opbrengst van het onderpand in de eerste plaats te voldoen
de bedragen wegens hoofdsom, rente en kosten, welke de Bouwkas
ten tijde van de executie terzake van bovenomschreven hypothe
caire geldleningen van de bouwspaarder heeft te vorderen en,
zo deze opbrengst niet toereikend mocht zijn, het ontbrekende,
voorzover de gegeven garantie haar daartoe verplicht, tegelij
kertijd aan de Bouwkas te voldoen;
g. de gemeente doet afstand van het voorrecht van uitwinning door
de wet aan de borgen toegekend, alsmede van de in artikel 1887
van het Burgerlijk Wetboek aan borgen verleende bevoegdheid.
B. Aan de Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting te
verzoeken tot deelneming van het Rijk in een eventueel uit de
garantie van de onder A, sub 1, van dit besluit genoemde geld
lening ontstaan verlies tot het ingevolge artikel 27, li<d 2,
der Financieringsregeling Woningbouw 1948 hoogst toelaatbare
bedrag.
Leeuwarden,
De Raad voornoemd,
Voorzitter.
Se cretaris.