Jf Bijlage tot het verslag der handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden, 1951. BIJLAGE NO.113. BIJLAGE NO,115. Aan de Gemeenteraad. Blijkens punt 25 van het door Uw Raad in zijn vergade ring van 28 December 1949 aanvaarde rapport van de Commis sie ad hoe inzake het aan het Stedelijk Gymnasium gerezen conflict (bijlage no. 216 van 1949) oordeelde de commissie het wenselijk, dat Burgemeester en Wethouders, alvorens wij ziging van de verordening met betrekking tot de bevordering der leerlingen in overweging te nemen, advies zouden inwin nen van het curatorium en van rector en leraren. Dit zou volgens het rapport eerst moeten geschieden na beëindiging van het conflict. Overeenkomstig het voorstel van de com missie besloot Uw Raad in zijn vergadering van 17 Mei 1950 het conflict van het Stedelijk Gymnasium te Leeuwarden voor beëindigd te verklaren. Mede naar aanleiding van het vorenstaande hebben wij bij schrijven van 7 November 1950 aan het curatorium en aan rector en leraren gevraagd ons hun zienswijze ten aanzien van een eventuele wijziging van de thans bestaande regeling der be vordering te doen weten. Hierbij verzochten wij met name be antwoording van de volgende vragen: 1. Behoort de beslissing omtrent de bevordering te worden ge nomen door curatoren dan wel door rector en leraren? 2. Op welke wijze behoort deze beslissing te worden voorbe reid, ook wat eventueel overleg tussen curatoren en rec tor en leraren betreft? 5. Hoe dient te worden gehandeld ten aanzien van eventuele bezwaren (ook van de zijde der ouders) tegen een genomen beslissing? Bij brieven resp. van 8 December 1950 en 11 en 12 April 1951 (de late beantwoording op 11 en 12 April is mede te verklaren door het verblijf buitenlands van een der curato ren) hebben rector en leraren en curatoren ons van hun ge voelen doen blijken. Deze stukken liggen voor U op de ge bruikelijke wijze vertrouwelijk ter inzage. In de uitgebrachte adviezen hebben wij tot onze voldoe ning een basis kunnen vinden om een regeling te ontwerpen, die, naar wij mogen vertrouwen,beide partijen zal kunnen bevre digen en bij toepassing in de practijk zal voldoen. Ook wij zijn van mening, dat de bestaande redactie van artikel 21 der verordening op het gymnasium, regelende de overgang naar een hoger studiejaarniet meer in overeenstem ming is met de huidige opvattingen op dit gebied.en dat een wijziging daarvan noodzakelijk moet worden geacht. Na ampele overweging van een en ander zijn wij gekomen tot een regeling, uitgaande van het beginsel, dat de verant woordelijke klasseleraren met de rector in de eerste plaats over de bevordering van de leerlingen beslissen in een ver gadering van rector en leraren. Curatoren worden uitgenodigd deze vergadering bij te wonen, zodat zij van de aanvang af met de gang van zaken op de hoogte zijn. In overeenstemming met het door de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen aanbevolen stelsel is voorts een be paling opgenomen, krachtens welke een nadere beslissing van de volledige lerarenvergadering kan worden uitgelokt, wanneer een curator, de rector of een leraar, die tot de eerste beslissing heeft medegewerkt, dit wenst. Eerst wanneer deze nadere be slissing met minder dan 2/3 van het aantal stemmen is genomen "of" !V| J|

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1951 | | pagina 461