65 Vergoeding van het rijk voor de werkzaamheden betreffende het goedkeuren van werken
10
V.
11
IV, V.
59 Vergoeding van de provincie voor de inning van rechten ingevolge de warenwet
Begroting Rekening
1947 150,— 1947 252,94
1948 - 150,— 1948 - 248,73
1949 - 250,— 1949 -
1950 - 250,—
1951 - 250,—
Voor hare administratieve bemoeiingen ter zake de inning geschiedt door de ge
meenteontvanger ontvangt de gemeente een vergoeding van 150,'s jaars, verhoogd
met porti.
Voor 1951 wordt in totaal 250,geraamd.
61 Vergoeding voor het gebruik van de barak aan het Schapedijkje
Begroting
1947
1948 -
1949 - 4.000
1950 - 4.000
1951 - 4.000
Rekening
1947
1948 -
1949
De uit oorlogsbuit verkregen barak aan het Schapedijkje is aan de prov. Friese vereniging
„Het Groene Kruis" voor het exploiteren van een kraamkliniek verhuurd voor een bedrag
van ƒ4.000,per jaar.
4.000,-
HOOFDSTUK V.
V olkshuisvesting.
63 Leges bouwvergunningen
Begroting Rekening
1949 6.000,—
1950 - 8.000,—
1951 - 9.000,— 1949
Zie toelichting volgno. 9.
Gelet op de ontvangsten van de laatste jaren wordt voor 1951 ƒ9.000,geraamd.
Begroting Rekening
1951 1.000,—
Ingevolge de circulaire van het ministerie van wederopbouw en volkshuisvesting dd.
6 October 1949, no. 117353c, ontvangt de gemeente een vergoeding voor de werkzaam
heden betreffende goedkeuring van werken, die worden verricht ten behoeve van genoemd
ministerie.
67 Dividend van aandelen in de N.V. Bouwkas Noord Nederlandse Gemeenten
Begroting Rekening
1949 101,50 1949 101,50
1950 - 101,50
1951 - 101,50
De gemeente is in het bezit van 58 aandelen a 250,waarop 20 is gestort.
Verwacht wordt dat voor 1951 31j2 dividend zal worden uitgekeerd, zodat deze post
geraamd kan worden op 3x/2 van 2.900,ƒ101,50.
Inkomsten wegens uitvoering van de woonruimtewet
Begroting Rekening
1947 1947
1948 - 1.100,— 1948 - 1.140,71
1949 - 1.050,— 1949 - 2.068,61
1950 - 4.050,—
1951 - 3.400,—
Bij beschikking van de ministers van binnenl. zaken en van financiën dd. 10 Sept. 1947,
no. 45845 afd. hulpverl. oorlogssl., 1 October 1947, no. 252 afd. econ. en soc. zaken, zijn op
grond van art. 21 van de woonruimtewet 1947 regelen gesteld, betreffende een tegemoet
koming uit 's rijks middelen in de uitgaven van de gemeenten gedaan uit hoofde van het
bepaalde in hoofdst. II van genoemde wet.
Geraamd wordt hier een bedrag van ƒ1.050,t.w. 75 van ƒ600,ƒ450,en
50 van 1.200 600,Van particulieren terug te ontvangen 100,—. (Zie volgno.
182).
Krachtens het bepaalde in artikel 1, sub a, juncto artikel 2, sub a, van de beschikking
van de ministers van binnenlandse zaken, van financiën en van wederopbouw en volks
huisvesting van 31 December 1948, nr. 4717, afd. MZ II, bureau 5, is de mogelijkheid
geopend aan degene, die, met het oogmerk meer gezinnen, dan waarvoor het onroerend
goed zich in de oorspronkelijke toestand leende, woonruimte te verschaffen, voorzieningen
aan dit goed laat uitvoeren, zonder hiermede gebaat te zijn, van gemeentewege een
vergoeding toe te kennen, in welke vergoeding de gemeente van rijkswege een tegemoet
koming van 75 ontvangt, met dien verstande, dat de tegemoetkoming ten hoogste 300,
per perceel bedraagt.
Op volgno. 182 der uitgaven is ter zake 3.000,uitgetrokken, zodat de rijksbijdrage
gesteld kan worden op 75 van ƒ3.000,2.250,
De totale raming van dit volgno. wordt derhalve ƒ1.050,b ƒ100,r 2.250,
ƒ3.400,—.
Bijdragen van het rijk krachtens art. 56, derde lid der woningwet en krachtens de finan
cieringsregeling 1948
Begroting Rekening
1947 64.962,63 1947 82.849,36
1948 - 67.782,63 1948 - 73.183,34
1949 - 84.094,63 1949 - 65.445,78
1950 - 304.460,22
1951 - 370.970,—
De rijksbijdrage in de exploitatietekorten van de voor 31 December 1945 gereedgekomen
woningwetwoningen bedraagt in deze gemeente veelal 75 gelimiteerd tot een door het
rijk vastgesteld maximum. Het gemeentelijk aandeel in deze exploitatietekorten is te stellen
°P 25 Voor enige complexen is de rijksbijdrage op 50 van het exploitatietekort
gesteld, in welke gevallen de gemeentelijke bijdrage eveneens 50 bedraagt.