VIII 9, 10, 12 en 13. 233 Rente van waarborgsommen, gestort door besturen van bijzondere scholen Begroting Rekening 1947 54,— 1947 53,94 1948 - 53,— 1948 - 52,62 1949 - 39,— 1949 - 104,93 1950 - 450,— 1951 - 500,— Gerekend wordt op een rente van 3 zodat ontvangen zal worden rond 500, Zie volgno. 432. 235 Teruggaaf door besturen van bijzondere scholen van te veel ontvangen vergoedingen ingevolge artt. ioi en ioibis der lager-onderwijswet IQ20 Begroting Rekening 1947 memorie 1947 4.261,96 1948 - memorie 1948 - 3.475,97 1949 - memorie 1949 - 33,78 1950 - memorie 1951 - memorie Aangezien niet bekend is of op deze post in 1951 iets zal worden ontvangen, wordt deze voor memorie uitgetrokken. 10. Bijzonder buitengewoon lager onderwijs. 239 Schoolgelden Begroting Rekening 1951 500,— De schoolgelden voor het bijzonder buitengewoon lager onderwijs worden voor het schoolgeldjaar 1950/'51, zowel als voor 1951/'52, geraamd op 500,—. De heffing geschiedt naar dezelfde grondslagen als voor het openbaar buitengewoon lager onderwijs. Zie de toelichting bij volgno. 123. 241 Bijdragen van andere gemeenten en van het rijk ingevolge titel Va der lager-onderwij swet I(j2 o Begroting Rekening 1951 4.848,— Gelet op het aantal buitenleerlingen in 1950 wordt op deze post geraamd 48 X 101, 4.848,—. Zie de toelichting bij volgnos. 131 en 440. 12. Lager onderwijs (niet vallende onder de 1 t/m 11). Schoolgelden Begroting Rekening 5 1947 700,— 1947 1948 - 1.000,— 1948 - 1.872,94 1949 - 1.000— 1949 - 1.900,— 1950 - 1.000,— 1951 - Zie de toelichting bij volgno. 123 en onder de post „kosten van de lagere avondhandels school". 13. Middelbaar onderwijs. 247 Schoolgelden Begroting Rekening 1947 41.000,— 1947 102,— 1948 - 45.000,— 1948 - 42.754,49 1949 - 45.000,— 1949 - 45.000,— 1950 - 39.900,— 1951 - 43.000,— Schoolgeld middelbare handelsavondschool: 1.000, Schoolgeld middelbare school en H.B.S. voor meisjes: - 32.000, Schoolgeld gemeentelijke H.B.S. A.- 10.000, Totaal43.000,— De hier vermelde bedragen worden voor het schoolgeldjaar 1950/'51, zowel als voor 1951/'52 geraamd. Zie de toelichting bij volgno. 123. 32 VIII 13. 249 Subsidie van het rijk en corporaties in de kosten der gemeentelijke hogere burgerscholen Begroting Rekening 1947 33.097,— 1947 25.860,— 1948 - 36.195,50 1948 - 32.797,— 1949 - 41.775,— 1949 - 39.550,— 1950 - 45.250,— 1951 - 41.225,— Geraamd wordt voor 1951 voor de eerste 3 klassen der H.B.S.-A een lijkssubsidie van 8 X ƒ1.125,—9.000,— Voor de beide hoogste klassen der H.B.S.-A wordt gerekend op een subsidie van 50 der nettc-kosten, voor 1951 geraamd op ƒ35.000,is.- 17.500, Wegens subsidie van de Kamer van Koophandel en Fabrieken mag gere kend worden op- 100, Totaal voor de H.B.S.-A26.600, Voor de middelbare meisjesschool wordt een rijkssubsidie geraamd van 13 X 1.125,— - 14.625,— zodat dit volgno. kan worden uitgetrokken op 41.225, Ontvangst wegens over een vorige dienst te weinig genoten subsidie van het rijk voor het middelbaar onderwijs Begroting Rekening 1947 2.000,— 1947 5.515,06 1948 - memorie 1948 - 8.520,— 1949 - memorie 1949 - 10.682, 1950 - memorie 1951 - memorie Het valt thans niet te zeggen of op deze post iets zal worden ontvangen. 253 Bijdragen van andere gemeenten in de kosten der van rijkswege gesubsidieerde gemeentelijke hogere burgerscholen als bedoeld in art. jóquater, sub i, der middelbaar-onderwijswet Begroting Rekening 1947 12.160,— 1947 14.450,— 1948 - 13.390,— 1948 - 14.074,— 1949 - 13.470,— 1949 - 767,37 1950 - 12.037,— 1951 - 12.455,— Ingevolge artikel 36quater der middelbaar-onderwijswet, zoals deze nader is gewijzigd, kunnen bijdragen van andere gemeenten worden gevorderd voor leerlingen, uit die ge meenten afkomstig, die de middelbare school en H.B.S. voor meisjes en de eerste drie klassen der gem. H.B.S.-A alhier bezoeken. Deze bijdrage bedraagt per leerling de helft van het verschil tussen het jaarlijkse schoolgeld, voor die leerling verschuldigd, en een door het rijk telkens voor 5 jaar vast te stellen bedrag. Dit bedrag is voor de jaren 1947 tot en met 1951 vastgesteld op ƒ380, De opbrengst van het schoolgeld voor de gem. H.B.S.-A is voor 1951 geraamd op 10.000,Op 16 September 1950 zal vermoedelijk het totale aantal leerlingen van deze inrichting van onderwijs 210 bedragen en het aantal buitenleerlingen van de eerste drie klassen 32, zodat het door de buitenleerlingen van deze klassen te betalen gemiddeld schoolgeld moet worden geraamd op 32/210 X 10.000,1.523,81. De bijdragen van de buitengemeenten zullen dus naar schatting voor deze school op brengen: (32 x ƒ380,— minus ƒ1.523,81) 2 is rond ƒ5.318,— De opbrengst van het schoolgeld voor de middelbare school en H.B.S. voor meisjes is voor 1951 geraamd op 32.000,Op 16 September 1950 zal het totale aantal leer lingen van deze inrichting van onderwijs vermoedelijk 247 bedragen en het aantal buiten- leerlingen 57, zodat het door de buitenleerlingen te betalen gemiddelde schoolgeld moet worden geraamd op 57/247 x 32.000,— 7.384,62. De bijdragen van de buitengemeenten zullen dus naar schatting voor deze school be dragen (57 x 380,— minus ƒ7.384,62) 2 is rond 7.137,—. In totaal zal derhalve op deze post moeten worden verantwoord 5.318,1- ƒ7.137, is 12.455,—. 33

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1951 | | pagina 89