li
BEGROTING
Inkomsten en Uitgaven
Gemeente LEEUWARDEN
:ik
Bjl
voor de dienst van 1952.
BEVOLKING
PER 1 JANUARI 1951, 79134 INWONERS.
PER 1 JANUARI 1952, 79419 INWONERS.
ningbidriuw it nedich i'ine kin om dy dingen üt to
tieren (yn it gefal dus, dat de hierder der gjin bilang
by hat). Nou leaut spr. net, dat it de bidoeling wêze
kin om yn sa'n gefal de hierder dochs bitelje to litten.
Mar dat kin men hast al üt it fjirde lid leze. Is it ek
nedich, dat men dit lid in lyts bytsje foroaret, sadat
it tredde lid ütsletten wurdt?
De heer Van der Veen weet niet, of dit besluit in
alle opzichten even goed zal voldoen. Dit zal afhangen
van de wijze, waarop het door B. en W. zal worden
gehanteerd, waarmee spr. weer niet wil zeggen, dat
hij daarin geen vertrouwen heeft.
In verschillende artikelen wordt bepaald, dat B.
en W. speciale voorwaarden kunnen stellen. Zou het
ook mogelijk zijn, dat B. en W., als zij daarvan ge
bruik zullen maken, bij liet jaarlijks overzicht van de
verhuurde woningen en de huurprijzen, van deze
speciale voorwaarden aan de raad mededeling doen?
De heer Tiekstra (weth.) kan, wat de vraag van de
heer Van der Meer betreft, kort zijn.
Art. 9, le lid, bevat alleen maar een bepaling met
betrekking tot op verzoek van de huurder aan te
brengen stopcontacten enz., waarvoor de directeur
van liet Gemeentelijk Woningbedrijf toestemming
kan verlenen. Het is duidelijk, dat in geval de direc
teur het noodzakelijk acht, de dienst deze werkzaam
heden zelf kan doen verrichten, maar dat natuurlijk
de huurder, op wiens verzoek dit geschiedt, de kosten
moet betalen.
De vraag van de heer Van der Veen handelt, als
spr. het goed begrepen heeft, over lid 5 van art. 1.
Hierin staat: „De verhuring geschiedt voorts onder
de voorwaarden", enz. Dit betreft voornamelijk com
plexen woningen, waarvoor in verband met de bij
zondere aard van die complexen eventueel bijzondere
voorwaarden nodig zijn. Te denken valt hier bijv.
aan de steeds toenemende etagebouw met binnenter
reinen, trappenhuizen enz. Het is vaak niet vooraf
te zeggen, dat bepaalde voorzieningen nodig zijn,
maar deze kunnen in de praetijk wel nodig blijken.
Dan moet het college op een bepaald ogenblik de
bijzondere voorwaarden direct kunnen toepassen.
De heer Van der Veen zegt, dat zijn belangstelling
niet alleen die voorwaarden geldt, maar evenzee r de
toestemming van B. en W„ waarvan alle mogelijke
dingen afhankelijk worden gesteld. Het interesseert
spr. waarvoor toestemming wordt verleend. Dit kan
niet te voren vastgelegd worden, maar kan de raad
er niet achteraf kennis van nemen?
De hear Van der Meer wurdt de saek al li wat düd-
liker troch liwat de wethalder der fan sein hat. Spr.
hat tsjin dat tredde lid fan art. 9 hwat oars oansjoeu;
syn gedachten gyngen yn dizze rjochting, dat it wol
wêze koe, dat tan gemeentewegen byg. op it gebiet
fan televisy triedden spand of mêsten set wurde
soenen. Mar dêr is spr. iêst mei yn 'e war; it giet
yn it tredde en fjirde lid dus allinnich mar om foiir-
sjenningen, dy't de hierder freget.
De heer Tiekstra (weth.) meent, dat wat de heer
Van der Veen gevraagd heeft alleen betrekking heeft
op toestemming t.a.v. bijzondere voorzieningen. Het
lijkt B. en W. geen bezwaar die eventueel aan de
raad mede te delen. Indien de directeur van het Ge
meentelijk Woningbedrijf de toestemming, waarover
in lid 1 van art. 9 gesproken wordt, weigert, is beroep
op het college van B. en W. mogelijk. Het lijkt spr.
wel wat te ver gevoerd, om daarover de raad ce in
formeren.
De heer Van der Veen zegt, dat het woord „toe
stemming" vaker in de verordening voorkomt dan
alleen in dit artikel. Maar als de wethouder toezeg
gen wil, dat de raad zoveel mogelijk op de hoogte
wordt gehouden, is spr. dik tevreden.
De heer Tiekstra (weth.) zegt dit toe.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorste! I
van B. en W.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.
Provincie FRIESLAND.
DER
VAN DE
VOLGENS DE LAATSTE 10-JAARLIJKSE VOLKSTELLING
76679 INWONERS.