No. 32.
DE RAAL DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
2 Januari 1953 (bijlage no. 7);
BESLUIT
de gemeente verpacht aan E. Stoffels, Hempenserweg no. 9, alhier,
voor het tijdvak van 15 November 1 952 tot 1 November 1951de
percelen gardenierslandgelegen aan de Hempenserweg, alhier,
met het daarop staande woonhuis, plaatselijk gekwoteerd nummer 9
een stenen schuur met kelder, een houten schuur, drie grot^ waren
huizen, zeven kassen, honderdvijftig glasramen, de vruchtbomen,
de bloembollen, het betonpad en smalspoor en verder aan en bij-
behoren, een en ander kadastraal bekend gemeente Kuizum, sectie
F nos. 46 en 295, ter oppervlakte van respectievelijk 1.42.00 en
1,68.90 ha, voor de som van f. 2.600,per jaar en verder op de
voorwaarden en bepalingen, neergelegd in de bij dit besluit be io-
rende overeenkomst
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Prae-advies op het verzoek van Mr. A.W. Bokma inzake herstel
werkzaamheden Warmoe ze nier straat 25.
Bijlage no. 8. Leeuwarden, 2 Januari 1953.
Aan de Gemeenteraad,
Ter voldoening aan Uw verzoek d.d. 17 December j.l. om te
dienen van prae-advies in zake de door Mr. A.W. Bokma, te Scheve-
ningen, aan Uw laad gevraagde voorziening tegen onze aanschrijving
van 27 November 1952, no. 13396 A.Z., tot het doen verrichten
van onderhoudswerkzaamheden aan de woning Y/armoe ze nier straat no. 25,
bestaande uit het herstellen van de voor- en achterkamervloer,
delen wij U he t volgende mede.
De betreffende woning is, evenals de overige in hetzelfde
bouwblok gelegen woningen, alsmede het daartegenover gelegen
blok huizen van de woningbouwvereniging "Patrimonium", gebouwd
op een zeer laag gelegen terrein, waardoor de vloeren van de
woningen op gelijke hoogte liggen als de kruin van de straat.
Als gevolg van de uit deze ongunstige ligging voortvloeiende
slechte afwatering zijn deze woningen alle zeer vochtig, welk
euvel nog verergerd wordt door het ontbreken van een goede bodem
afsluiting, de slechte toestand van het trasraam en andere gebre
ken in de constructie.
Adressant is nu van mening, dat de gemeente de afwatering
ter plaatse dient te verbeteren en vraagt voorts een bijdrage
in de kosten van herstel.
VYat betreft de afwatering kunnen wij de opvatting, die
adressant omtrent de taak van de gemeente heeft, niet delen.
Door in de straat een riool voor de afvoer van hemel- en huis-
houdwater aan te leggen, heeft de gemeente aan haar publiek
rechtelijke verplichtingen voldaan.
Ook uit de voorwaarden, waaronder het terrein in erfpacht
is uitgegeven, vloeit geen verplichting voor de gemeente in
deze voort. De erfpachter heeft de gronden aanvaard in de staat,
waarin deze zich bevonden en is bij bebouwing verplicht zorg
te dragen, dat de afwatering van het terrein verzekerd is en
de te bouwen woningen voldoen en blijven voldoen aan de eisen,
die de Bouwverordening stelt.
Voor het verstrekken van een bijdrage van gemeentewege
in de kosten van herstel bestaat dan ook geen reden.
Het ligt verder niet in de bedoeling adressant, zoals deze
blijkbaar meent, te verplichten tot definitief en afdoend herstel.
Hiertoe zou nodig zijn het aanbrengen van een bodemafsluiting,
vernieuwing van het trasraam en bijkomende werkzaamheden, gevolgd
door algehele vernieuwing van de vloeren. Uiteraard zouden hier
mede zeer belangrijke kosten gemoeid zijn. /el is het noodzake
lijk, en daartoe is adressant dan ook verplicht, de houten
vloeren en de balklagen te herstellen. Deze werkzaamheden mogen
niet langer worden uitgesteld. Van de noodzaak van deze werk
zaamheden is adressant trouwens zelf overtuigd.
De door hem aangevoerde onderhandelingen met zijn huurder
zijn in deze niet ter zake, aangezien krachtens artikel 95 van
de Bouwverordening de eigenaar van een gebouw dit zodanig moet
onderhouden, dat het geen gevaar oplevert voor de veiligheid of
gezondheid der bewoners. De woning in kwestie nu voldoet niet
meer aan de te dezer zake te stellen eisen.
"Het"