III.Aan de vereniging voor een tijdvak van ten hoogste 50 jaren,
aanvangende op de datum, waarop de woningen voor bewoning ge
reed komen, een jaarlijkse bijdrage uit de gemeentekas te ver
strekken, gelijk aan de toe te kennen rijksbijdrage, als be
doeld onder II, en onder de vol ende voorwaarden:
a. de bijaragen worden terugbetaald overeenkomstig hetgeen te
dien aanzien is bepaald in artikel 25, 7e en 8e lid, van het
Woningbesluitonverminderd het bepaalde in artikel 24c, 3e
lid, van dat besluit;
b. indien de voorschotten of onafgeloste gedeelten daarvan wor
den opgevorderd krachtens artikel 19, letter b, van het Wo-
ningbesluit, zullen de bijdragen, tot welker betaling de ge
meente zich nog voor de toekomst heeft verbonden, niet meer
verschuldigd zijn.
IV.De gemeente stort jaarlijks een bedrag van 1% van de op het
tijdstip van storting geldende jaarhuur in het krachtens arti
kel 24c van het Woningbesluit te vormen reservefonds ten behoe
ve van de 94 étagewoningen.
Ten aanzien van dit reservefonds geldt het navolgende:
a. het reservefonds wordt beheerd door de vereniging op aanwij
zing van burgemeester en wethouders en is bestemd om te
voorzien in de dekking van tekorten op de exploitatie der 94
étagewoningen, welke zich in enig jaar mochten voordoen en
van onvoorziene kapitaalsuitgaven;
b. over de reserve mag niet worden beschikt zonder toestemming
van burgemeester en wethouders;
c. de vereniging kan worden verplicht deel te nemen in de jaar
lijkse stortingen tot ten hoogste 3-5% van de op het tijdstip
van storting geldende jaarhuur. Het bedrag dier storting mag
niet ten laste van de exploitatie van de 94 étagewoningen
worden gebracht. Burgemeester en wethouders bepalen nader
het percentage van de deelneming;
d. de hierboven genoemde stortingen mogen achterwege blijven,
indien de reserve een omvang heeft bereikt gelijk aan vier
maal het bedrag van de jaarhuur der 94 étagewoningen. De
storting wordt hervat, zodra de reserve daalt beneden de in
de vorige volzin bedoelde omvang. Zolang de reserve de hier-
voren genoemde omvang niet heeft bereikt, worden overschot
ten op de exploitatie van de 94 tagewoningen aan de reserve
toegevoegd
V.De gemeente draagt in eigendom aan de Arbeiders Woningbouwvereni
ging "Beter Wonen", onder nader door burgemeester en wethouders
te bepalen voorwaarden, over:
a. het voor de bouw van 94 étagewoningen benodigde bouwterrein
tegen de prijs van f.180.232,- of zoveel meer of minder als
de Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting in aanmer
king neemt voor de b^rekening van de rijksbijdrage in het
exploitatietekort der woninge-n;
b. het voor de bouw van 2 winkels benodigde bouwterrein tegen
de prijs van f.4.355,-.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Ontheffing bebouwingsvoorschriften Franklinstraat hoek Willem
Loréstraat
Bijlage no. 88. Leeuwarden, 28 Mei 1954.
Aan de Gemeenteraad.
Enige tijd geleden ontvingen wij van de architect B.J.
Gros, handelende als gemachtigde voor J.Reitsma, Javastraat 11,
het verzoek om zijn cliënt een optie te verlenen op een ter
rein, gelegen op de hoek Franklinstraat - Willem Loréstraat,
kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie G, no. 1323*1.
De gemachtigde deelde voorts mede, dat het in de bedoeling van
zijn cliënt lag om daar ter plaatse een reparatiebedrijf voor
bootmotoren annex bovenwoning te stichten.
Naar aanleiding hiervan hebben wij de heer Gros medege
deeld bereid te zijn Uw raad te zijner tijd voor te stellen
om het bedoelde terrein onder nader daarbij genoemde voor
waarden aan de heer Reitsma in erfpacht uit te geven. Deze
laatste verklaarde zich daarmede accoord bij schrijven van 11
Januari j.l.
Voor het terrein in kwestie is van toepassing de Verorde
ning, houdende bebouwingsvoorschriften voor de gronden, ge
legen aan de Franklinstraat tussen de Kanaalweg-Noordzijde en
het Vliet (Gemeenteblad 1936, no.8). Artikel 5 dier verorde
ning houdt in, dat op deze gronden geen gebouwen voor indus
triële doeleinden mogen worden gesticht, behoudens de be
voegdheid van de raad hiervan ontheffing te verlenen. Een ver
zoek om ten behoeve van een door hem in te dienen bouwplan
deze ontheffing te verlenen hebben wij thans van de heer Reit
sma ontvangen.
Daar zich ten Noorden van het onderhavige terrein een
scheepshelling bevindt en ten Oosten daarvan het P.E.B., zijn
wij van oordeel, dat een reparatiebedrijf als verzoeker be
oogt te stichten, op deze plaats zeker aanvaardbaar is te
achten
Wij geven U mitsdien in overweging de vereiste ontheffing
te verlenen en daartoe te nemen het hierna afgedrukte ontwerp
besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
T.Bakker, Secretaris.
Verzonden 29 Mei 1954.