No. 753-
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
18 Januari 1954 (bijlage no. 9)
BESLUIT
de gemeente staat tot 31 December 1990 in erfpacht af aan
W. Eeitsma, Willem Sprengerstraat 90, alhier, het perceel
bouwterrein, gelegen aan de Pioenstraat, hoek Goudenregenstraat,
deel uitmakende van het perceel kadastraal bekend gemeente Leeu
warden, sectie E, no. 4965, op de bij dit besluit behorende
tekening rood omlijnd aangegeven, ter grootte van plm. 32 0 m2
en wel onder de volgende voorwaarden:
1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een grondwaarde
van f. 17,-- per m2 en een rentevoet van 5 per jaar;
2. het door belanghebbende ten kantore van het gemeentelijk
grondbedrijf gestorte bedrag van f. 270,-- als waarborg
voor de nakoming der voorwaarden vervalt aan de gemeente,
indien niet aan de voorwaarden wordt voldaan, tenzij burge
meester en wethouders in bijzondere gevallen, te hunner be
oordeling, niettemin tot gehele of gedeeltelijke teruggave
van de waarborgsom besluiten. Bij voldoening aan de voor
waarden wordt op aanvraag de waarborgsom teruggegeven;
3. zolang de erfpacht niet met toestemming van burgemeester en
wethouders is overgedragen, mag bebouwing door derden niet
plaats hebben;
4. de akte van erfpacht moet notarieel worden verleden binnen
een door burgemeester en wethouders te stellen termijn;
5. voor het overige zijn op deze afstand in erfpacht van toepas
sing - voorzover mogelijk en met het bovenstaande niet in
strijd - de bepalingen, betreffende de uitgifte in erfpacht
van bouwterreinen, gelegen tussen Oostersingel en Cambuur-
sterpad en toebehorende aan de gemeente Leeuwarden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Mechanisatie bevolkingsadministratie
Bijlage no. 10. Leeuwarden, 18 Januari 1954.
Aan de Gemeenteraad.
De steeds toenemende behoefte aan gegevens omtrent de
structuur der bevolking maakt het noodzakelijk de bevolkings
administratie die uiteraard als bron van deze gegevens moet
fungeren, aan deze behoefte aan te passen.
Weliswaar werd de bevolkingsboekhouding kort voor de
tweede wereldoorlog gemoderniseerd, doch het staat wel vast,
dat zij niet meer voldoet aan de eisen, die daaraan thans mo
gen worden gesteld.
Het bevolkingsregister toch bevat een schat van gegevens
omtrent de ingezetenen, doch over deze gegevens kan als gevolg
van de wijze, waarop de administratie krachtens de Rijks
voorschriften is ingericht, slechts met veel moeite de beschik
king worden verkregen.
Zodra n.1. de gevraagde inlichtingen of benodigde gegevens
niet met naam en/of adres aangeduide personen betreffen, doch
groepen van personen, die bepaalde kenmerken bezitten (leeftijd,
kerkelijke gezindte, burgerlijke staat, beroep, nationaliteit,
kiesgerechtigdheid enz. dan wel een combinatie van deze kenmer
ken) is het niet of eerst na zeer veel moeite en tijd mogelijk
deze gegevens te verzamelen. In dergelijke gevallen toch kunnen
de benodigde gegevens slechts worden verkregen door het gehele,
meer dan 80.000 kaarten omvattende persoonsregister door te lo
pen en iedere kaart aan een visueel onderzoek te onderwerpen,
waarbij in de meeste gevallen, om een betrouwbare uitslag te
verzekeren, nog een tweede doorloop voor controle noodzakelijk
is.
Het ligt voor de hand, dat een dergelijk onderzoek uiterst
tijdrovend is en daardoor de normale werkzaamheden van de be
trekkelijke secretarie-afdeling nadelig beïnvloedt. Toch eisen
in sommige gevallen wettelijke voorschriften of noodzakelijker
wijs te verrichten werkzaamheden, in andere gevallen een goed
beleid, dat regelmatig zodanige gegevens ter beschikking staan.
De Leerplichtwet, de Dienstplichtwet en de Kieswet, om enkele
voorbeelden te noemen, maken het noodzakelijk, dat jaarlijks de
gegevens omtrent de ingezetenen, die respectievelijk de leerplich
tige, de dienstplichtige en de kiesgerechtigde leeftijd bereiken,
uit het bevolkingsregister worden verzameld. Voor de scholenbouw
is het van het grootste belang, dat beschikt kan worden over
overzichten van in de gemeente of in een bepaalde wijk wonende
leerplichtige of toekomstig leerplichtige kinderen, onderscheiden
naar kerkelijke gezindte. Ook voor de woningbouw, de industria
lisatie, de verdeling van de woningvoorraad en andere soortgelijke
onderdelen van het bestuur, is de beschikking over de voor ieder
geval van belang zijnde sociografische gegevens van zeer veel
nut. Daar evenwel de hiervoor benodigde gegevens veelal gecompli
ceerd zijn, is het vrijwel uitgesloten deze aan het bevolkings
register te ontlenen.
Naast de hierboven genoemde gebreken van het bevolkings
register, ondervindt de secretarie-afdeling Bevolking en Mili
taire Zaken herhaaldelijk de grote bezwaren, welke, niet het
minst uit een oogpunt van een goede uitvoering van de dagelijkse
taak, zijn verbonden aan de verrichting van massale werkzaamheden,
zoals de vervaardiging van circa 50.000 oproepings- en uittreksel-
kaar"