Verhuren gedeelte sloot aan de Fabrieksbuurt en schiphuis-
terrein aan het Vliet.
Bijlage no. 113. Leeuwarden, 5 Juli 1954.
Aan de Gemeenteraad.
Van een tweetal huurders ontvingen wij in verband met
het eindigen van de huur verzoeken om verlenging van de huur
overeenkomsten betreffende een gedeelte van de sloot, nabij
de Fabrieksbuurt en een schiphuisterrein aan het Vliet.
Tegen het opnieuw verhuren van deze perceelsgedeelten heb
ben wij geen bezwaar, wanneer, evenals zulks het geval is met
de bestaande overeenkomsten, ook in de nieuw te maken con
tracten de bepaling wordt opgenomen, dat de gemeente het
recht heeft de huur te allen tijde op te zeggen met inacht
neming van een opzegtermijn van drie maanden.
In verband met de toekomstige bestemming van de gronden
aan de noordzijde van het Vliet, waarvan de bovenbedoelde
sloot en het schiphuisterrein deel uitmaken, lijkt het ons
voorts gewenst te besluiten tot verhuring voor een termijn
van niet langer dan één jaar, met stilzwijgende verlenging
van jaar tot jaar.
De jaarlijks te betalen huursommen bedragen f. 2 0,--
voor het slootgedeelte aan de Fabrieksbuurt en f. 4 0,--
voor het schiphuisterrein. Deze bedragen kunnen naar onze
mening ook voor do komende periode gehandhaafd blijven, met
dien verstande evenwel, dat de gemeente, wanneer de wette
lijke voorschriften daartoe de gelegenheid zullen bieden,
bevoegd zal zijn deze huren op zodanige wijze te verhogen,
als redelijk geacht kan worden in verband met het alsdan
geldende algemene huurpeil.
Wij geven IJ dan ook in overweging te besluiten overeen
komstig het hierna afgedrukte ontwerp.
De bij dit besluit behorende overeenkomsten zijn bij de
stukken ter inzage gelegd.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
J. Hooij, 1,-Secretaris.
Verzonden 7 Juli 1954