No. 8737.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders
van 29 Juli 1954 (bijlage no. 145);
Gelet op het bepaalde in artikel 369e lidlaatste
volzin, der Lager-onderwijswet 1920;
BESLUIT
I. met ingang van 16 Augustus 1954 de onderwijzer
P. Sijterna als zodanig over te plaatsen van gemeente
school no. 28 (gewoon lager onderwijs) te Lekkum
naar gemeenteschool no. 1 (voortgezet gewoon lager
onderwijs), alhier;
II. met ingang van 17 Augustus 1954 de onderwijzer
P. Geertsma als zodanig over te plaatsen van gemeente
school no. 24 (gewoon lager onderwijs) naar gemeente
school no. 2 (voortgezet gewoon lager onderwijs), al
hier
Aldus vastgesteld in de openbare ver
gadering van
Voorzitter.
Secretaris.
Exploitatie restauratie autobusstation Zuidersingel.
Bijlage no. 146 Leeuwarden, 30 Juli 1954.
Aan de Gemeenteraad.
Op 3 Augustus 1949 werd door U, na het houden van een
openbare inschrijving, besloten tot het aangaan van een
overeenkomst met de heer M. Boelens, alhier, inzake de ex
ploitatie van de restauratie van het autobusstation, staan
de aan de Zuidersingel, alhier.
Deze overeenkomst werd gesloten voor een tijdvak van 5
jaren, ingaande 1 September 1949 en eindigende derhalve op
31 Augustus 1954.
In artikel 3 van deze overeenkomst is bepaald, dat, in
dien de heer Boelens de overeenkomst wenst te verlengen, hij
dit tenminste zes maanden vóór de afloop van het contract
aan de gemeente dient te berichten. Volgens het schrijven van
15 October 1953, no. 302, van de directeur van de markt- en
havendienst is dit bericht tijdig bij hem binnengekomen.
Met genoemde directeur zijn wij van mening, dat gedurende
de afgelopen jaren is gebleken, dat de heer Boelens de ver
eiste vakbekwaamheid en soliditeit voor het exploiteren van
deze restauratie bezit, terwijl de bedongen vergoeding rede
lijk is. Wij zijn dan ook van mening, dat tegen verlenging van
de bedoelde overeenkomst voor de tijd van 5 jaren tegen de
zelfde vergoeding als die,welke voor de aflopende periode
heeft gegolden, geen bezwaren bestaan.
In verband met het bepaalde in de overeenkomstgesloten
met de N.V. Nederlandse Spoorwegen, betreffende het stichten
en exploiteren van het autobusstation op het aan deze N.V.
in eigendom toebehorende terrein aan de Zuidersingel, hebben
wij omtrent het vorenstaande overleg gepleegd met de N.V.
Nederlandse Spoorwegen. Zoals uit het bij de stukken overge
legde schrijven van de N.V. van 26 Juli j.l. blijkt, heeft
deze tegen het verlengen van de overeenkomst met de heer
Boelens geen bedenkingen, mits de bepalingen, waaronder de
overeenkomst wordt aangegaan, op enkele ondergeschikte punten
worden gewijzigd. Dit betreft dan o.a. het niet opnieuw op
nemen in het contract van de mogelijkheid voor de houder der
buffetten om vóór de afloop van de lopende overeenkomst ver
lenging daarvan te vragen, alsmede het opleggen aan de houder
der buffetten van de verplichting, dat hij dient te gedogen,
dat van gemeentewege aankondigingen, omtrent de bestemming
van de vertrekken en het gebruik van consumpties aldaar,
worden aangebracht, /ij hebben tegen de voorgestelde wijzi
gingen geen bezwaar; ook de heer Boelens kan zich met de in
houd van de bij de stukken gevoegde concept-overeenkomst
verenigen
Onder mededeling, dat ook de commissie voor het markt
en havenwezen zich met dit voorstel kan verenigen, geven wij
U in overweging te besluiten overeenkomstig het hierbij
"overgelegde