No. 9473-
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
17 Augustus 1954 (bijlage no. 152);
BESLUIT s
I. de gemeente koopt en neemt in volle en vrije eigendom
over Tn het belang der volkshuisvesting van;
a. Egbert Theunis de Vries, Vermeerstraat 41 te Leeuwarden, het
perceel met opstal, plaatselijk gekwoteerd Schoppershof no.
10, kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie G, no.
4210, groot 84 ca, voor een koopsom van f. 525,--;
b. Thomas Boersma, Oostersingel 82 te Leeuwarden, het perceel
met opstal, plaatselijk gekwoteerd Schoppershof no. 12,
kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie G, no. 4212,
groot 99 ca, voor een koopsom van f. 625,--,
zulks onder de volgende bepalingen en bedingen
1. de gronden worden overgedragen met alles wat daarop of daarin
aanwezig is en met alle daarop rustende erfdienstbaarheden
en lasten en daaraan verbonden rechten, doch vrij van hypo-
the e k
2. de levering geschiedt op de dag van het verlijden der akte
van overdracht;
3- vanaf de dag van levering komen alle zakelijke lasten en be
lastingen, welke van de over te dragen percelen met opstal
len geheven worden, voor rekening van de gemeente Leeuwarden;
4. de verkopers zijn tot geen andere vrijwaring gehouden dan
tot die, welker uitsluiting de wet niet toestaat;
5. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ont
binding, als bedoeld in de artikelen 1302 en 1303 van het
burgerlijk wetboek;
6. de kosten van overdracht komen voor rekening van de gemeente
Leeuwarden;
II. de sub a en b bedoelde percelen worden ondergebracht
in het gemeentelijk woningbedrijf.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Demping vervuilde sloot op Snakkerburen en vervanging van deze
sloot door een riool.
Bijlage no. 153= Leeuwarden, 18 Augustus 1954.
Aan de Gemeenteraad
Van verschillende zijden ontvingen wij ernstige klachten
met betrekking tot een in zeer vervuilde toestand verkerende
sloot op Snakkerburen.
De klachten omtrent deze sloot gaven aanleiding tot diver
se pogingen om de situatie ter plaatse te verbeteren, tot dus
verre evenwel zonder resultaat. Het betreft hier een doodlopen
de sloot, zonder doorstroming, welke het afvalwater van een
zestal aangrenzende woningen ontvangt en voorts de gier van de
naastgelegen boerderij, welke van tijd tot tijd overloopt of
doorsijpelt uit een gebrekkig geconstrueerde gierput. Bovendien
wordt de sloot nog verder verontreinigd door het daarin werpen
van allerlei vaste afvalstoffen.
De enige wijze waarop, naar ons oordeel, thans nog een
bevredigende oplossing kan worden bereikt,is;
1. Het aanleggen van een riool naar de Dokkumer Ee.
2. Het schoonmaken en vervolgens dempen van de sloot.
Deze maatregelen zullen moeten worden geeffectueerd op ba
sis van de ter plaatse vigerende politieverordening, waarvan
de hier van belang zijnde bepaling (artikel 9) als volgt luidt;
;lDe eigenaar van een watering of sloot, welker demping en ver
vanging door een riool de Raad na ingewonnen advies van de
Gezondheidscommissie wegens de daarin voorkomende of daarin
afgevoerd wordende stoffen, noodzakelijk heeft verklaard, is,
voorzover zijn recht of beheer zich uitstrekt, verplicht die
watering of sloot te dempen en door een riool te vervangen,
een en ander ten genoegen van Burgemeester en Wethouders, bin
nen een door de Raad te bepalen tijd."
Waar de taak van de in bovenstaand artikel genoemde com
missie sinds de wijziging van de Woningwet in 1934 berust bij
de Inspecteur van de Volksgezondheid (thans de Hoofdingenieur-
Directeur van de Wederopbouw en Volkshuisvesting), hebben wij
het advies van deze functionaris ingewonnen. Blijkens zijn bij
de stukken overgelegd schrijven kan de Hoofdingenieur-
Directeur zich met het" bevorderen van de dezerzijds voorge
stelde maatregelen verenigen.
Wij geven U mitsdien in overweging om:
1G. een noodzakelijkverklaring als bovenbedoeld uit te spreken
e en
2 ons college op te dragen de betreffende eigenaren, zijnde
H. lives en J. Bijlsma,aan te schrijven om ter zake het
nodige te verrichten binnen een termijn van twee maanden
na de datum der aanschrijving,
een en ander overeenkomstig het hierna afgedrukte ontwerp
besluit. Een bij de stukken overgelegde schetstekening moge
dienen tot verduidelijking van de situatie ter plaatse.
Ten slotte merken wij nog op, dat de te treffen maatrege
len slechts dan het nodige effect zullen sorteren, wanneer het
op het erf van lives aanwezige, nabij de sloot gelegen, open
giergat wordt vervangen door een gierkelder van deugdelijke
constructie en tevens geen kuilbulten meer nabij de sloot ge
plaatst worden.
"Het"