No. 1747. DE RAAD DER GEMEEN TE LEEUWARDEN; Gezien de aanvraag van 2 Februari 1953 van het na te melden schoolbestuur om vergoeding, als bedoeld in artikel 36 van het Besluit buitengewoon lager onderwijs 1949, over 1953; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 Februari 1 954 (bijlage no. 21); Gelet op het raadsbesluit d.d. 25 Februari 1953, no. 2031; BESLUIT: I. de vergoeding, bedoeld in artikel 36 van het Besluit buiten gewoon lager onderwijs 1949, over het jaar 1953 voor het be stuur der Stichting tot oprichting en instandhouding van één of meer Christelijke scholen voor buitengewoon lager onder wijs voor Leeuwarden en omgeving ten behoeve van zijn school voor zwakzinnige kinderen, Droevendal 1, vast te stellen op 1757,36; II. burgemeester en wethouders te machtigen aan het sub I genoem de bestuur alsnog uit te betalen 1757,36 - 1520,-- is 237,36. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Vaststellen getal wekelijkse lesuren vakonderwijs openbare scho len voor v.g.l.o. en u.l.o. en toekennen voorschotten bijz. scho len voor g.l.o. en u.l.o., beide voor 1954. Bijlage no. 22. Leeuwarden, 11 Februari 1954. Aan de Gemeenteraad. Ingevolge artikel 101 bis, 1elid, der Lager-onderwijswet 1920 bepaalt de gemeenteraad, die ten behoeve van een of meer openbare scholen onderscheidenlijk voor gewoon, voortgezet ge woon en uitgebreid lager onderwijs, vakonderwijzers heeft aange steld, vóór 1 Maart van elk jaar voor elke daarvoor in aanmer king komende soort van scholen het getal wekelijkse lesuren, ge durende hetwelk vakonderwijs zal worden gegeven. Dit getal wordt berekend door deling van het totaal getal per week te geven uren vakonderwijs door het volgens artikel 28 der wet verplichte aan tal onderwijzers aan die scholen. Aan de openbare scholen voor gewoon lager onderwijs wordt geen vakonderwijs gegeven. Het totaal per week te geven uren vakonderwijs aan de drie gemeentelijke schole'n voor voortge zet gewoon lager onderwijs bedraagt vanaf 1 Januari 1954 98, terwijl het aantal verplich- te leerkrachten aan die scholen samen 20 is, zodat het aantal wekelijkse lesuren op 98 20 is 4 9/10 moet worden bepaald. Yoor het uitgebreid lager onderwijs bedraagt het totaal per week te geven uren vakonderwijs vanaf 1 Januari 1954 120/, terwijl het aantal verplichte leerkrachten aan de drie openbare scholen voor uitgebreid lager onderwijs samen 33 is, zodat hier voor het aantal wekelijkse lesuren op 120/ 33 is 3 85/132 dient te worden bepaald. De besturen van de in de gemeente gevestigde gelijksoortige bijzondere scholen kunnen voor 1954 voor beloning van hun vakleer krachten aanspraak maken op een vergoeding uit de gemeentekas, welke wordt bepaald met inachtneming van de bovenbedoelde getal len wekelijkse lesuren, vermenigvuldigd met het getal verplichte leerkrachten aan hun scholen en een beloning tot een bedrag, waar op de vakonderwijzers aanspraak zouden hebben gemaakt, indien zij in dienst der gemeente waren geweest, Op grond van het bepaalde in artikel 101 bis, 4e lid, der wet vergoedt de gemeente, indien zij aan geen enkele openbare school voor gewoon lager onderwijs vakonderwijzers heeft aange steld, aan de besturen van gelijksoortige bijzondere scholen de beloningen van de aan die scholen verbonden vakleerkrachten. Indien U evenwel van oordeel mocht zijn, dat deze kosten zonder noodzaak zijn gemaakt of hoger zijn dan noodzakelijk is, kan de aanvrage van deze vergoeding bij een met redenen omkleed besluit geheel of gedeeltelijk worden afgewezen. De aanstelling van vakleerkrachten bij het bijzonder gewoon lager onderwijs achten wij als regel niet noodzakelijk. Yoor de klassen 7 en 8, mits geplaatst in een of meer afzonderlijke lokalen en tezamen min stens 20 leerlingen tellend, menen wij echter, evenals voorgaan de jaren, een uitzondering te moeten maken. Genoemde voorwaarden zijn ontleend aan artikel 101, jo. artikel 55 bis, 4e lid, der wet, alwaar zij beslissend zijn voor de beantwoording van de vraag, of het 7e en 8e leerjaar, met betrekking tot de zogenaam de exploitatievergoeding, al dan niet als voortgezet gewoon lager onderwijs moeten worden aangemerkt. "Aan-"

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1954 | | pagina 30