Aangezien de gemeente het 7e en 8e leerjaar - met uitzon dering van die der dorpsecholen - in afzonderlijke scholen heeft ondergebracht en het onderwijs op deze scholen als voort gezet gewoon lager onderwijs wordt beschouwd, terwijl geen bij zonder voortgezet gewoon lager onderwijs wordt gegeven, achten wij het voor de toepassing van artikel 101 bis wenselijk en billijk, dat het aantal lesuren vakonderwijs van het openbaar voortgezet gewoon lager onderwijs, alsmede de hieraan verbonden kosten maatgevend zijn bij de vergoeding van het vakonderwijs van het 7e en 8e leerjaar van de bijzondere scholen voor gewoon lager onderwijs, mits voldaan wordt aan de boven omschreven voor waarden De daarvoor in aanmerking komende besturen van de bijzondere scholen voor gewoon en uitgebreid lager onderwijs, waaraan vak onderwijzers werkzaam zijn, hebben gebruik gemaakt van de hun bij het 5e na van artikel 101 bis der wet geboden gelegenheid op vorenbedoelde vergoeding een voorschot aan te vragen, welk voor schot op gelijke wijze wordt berekend als de vergoeding, terwijl na afloop van het kalenderjaar de afrekening met de schoolbestu ren plaats vindt onder overlegging van de nodige bewijsstukken. Op grond van het vorenstaande geven wij U in overweging te besluiten overeenkomstig het hierna opgenomen ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.M. van der Meulen, Burgemeester. J. Hooij, 1.-Secretaris Verzonden 13 Februari 1954. No. 1749. DE RAAD DER GEMEENTE" LEEUWARDEN; Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 Februari 1954 (bijlage no. 22); Gezien de ingekomen aanvragen van de na te noemen school besturen om een voorschot op de vergoeding, bedoeld in artikel 101bis der Lager-onderwijswet 1920,voor 1954; BESLUIT voor het jaar 1954: I. het getal wekelijkse lesuren, gedurende hetwelk aan de openbare scholen vakonderwijs zal worden gegeven, vast te stellen op 4 9/10 en 3 85/132, respectievelijk voor het voortgezet gewoon en het uitgebreid lager onderwijs; II. op de vergoeding, bedoeld in artikel 101bis, derde lid, der Lager-onderwijswet 1920, de volgende voorschotten te verle- nen: 1. aan het bestuur der Rooms-Katholieke schoolvereniging, alhier, ten behoeve van het gewoon lager onderwijs, 400,-- en ten behoeve van het uitgebreid lager onder wijs 2700,--; 2. aan het bestuur van het St. Lucia-Gestichtte Rotterdam, ten behoeve van het uitgebreid lager onderwijs 2600,--; 3. aan het bestuur der Vereniging voor Christelijk school onderwijs, alhier, ten behoeve van het uitgeoreid lager onderwijs 8500,--; 4. aan het bestuur der Nederlands-Hervormde schoolvereniging alhier, ten behoeve van het gewoon lager onderwijsƒ500, - 5. aan het bestuur der Leeuwarder schoolvereniging, alhier, ten behoeve van het gewoon lager onderwijs 500,--; 6. aan het bestuur der Vereniging tot stichting en instand houding van scholen met de BijbejL, te Huizum, ten behoeve van het gewoon lager onderwij? 1800,--. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1954 | | pagina 31