Beschikbaarstelling gelden voor stichting R.K. school voor ge woon lager onderwijs in het westen van de stad. Bijlage no.233. Leeuwarden, 4 November 1954. Aan de Gemeenteraad. Uw Vergadering heeft om prae-advies in onze handen ge steld een verzoek van het bestuur der hoorns Katholieke-School vereniging, alhier om op grond van artikel 72 der lager-onder- wijswet 1920 gelden uit de gemeentekas te mogen ontvangen voor de stichting van een zesklassige school voor g won lager onder wijs voor jongens en meisjes in het westen der stad. Volgens artikel 73 der wet moet bij vorenbedoelde aanvrage worden overgelegd: a. een verklaring, waaruit blijkt, dat de school door tenminste 100 leerlingen zal worden bezocht; b. een verklaring, waarbij de vereniging zich verbindt om, voor- dat met de bouw wordt aangevangen, als waarborgsom een be drag, gelijkstaande met vijftien ten honderd van de stichtings- kosten, in de gemeentekas te storten; c. een opgave van het aantal leerlingen voor wie het gebouw ruim te moet bieden, het maximum aantal leerlingen, dat per lokaal zal worden toegelaten en het aantal lokalen, met dien verstan de, dat eerstbedoelde opgave niet een lager aantal leerlingen zal vermelden, dan het minimum, volgens artikel 29 vereist voor een school met zoveel onderwijzers, als het aantal klas selokalen bedraagt, zomede of de school bestemd zal zijn voor het geven van gewoon, voortgezet gewoon of uitgebreid lager onderwijs d. een verklaring, waaruit blijkt, dat het bestuur der vereniging voor de nieuw te stichten school is aangesloten bij een groep bijzondere scholen, welke een commissie van beroep, als be doeld in artikel 89, 7 lid, hebben ingesteld. Het schoolbestuur is voornemens de school te stichten op een terrein, dat wordt begrensd door Sweelinck-, Bach- en Averkamp- straat. Wij merken hierbij op,dat wij tegen de keuze van het ter rein, het bestek van de bouw, de voorgenomen eerste inrichting en de raming der kosten, indien daartoe t.z.t. aanleiding mocht be staan, nog bezwaar kunnen maken. In de hieromtrent eventueel te rijzen geschillen beslist de minister. De medewerking Uwerzijds beoogt dan ook enkel de principiële verklaring, dat aan de in artikel 73 der wet gestelde vereisten is voldaan. Blijkens de overgelegde bescheiden zullen 117 leerlingen de nieuw te stichten school bezoeken. Op het tijdstip van in diening der aanvrage waren deze kinderen nog niet op een school geplaatst en bezochten dus geen gelijksoortige inrichting van onderwijs, waar plaatsruimte beschikbaar blijft, zodat het 4" lid van artikel 73 der wet in het onderhavige geval niet van toepassing is. De bovenbedoelde leerlingen kunnen dus all::n wor den meegeteld, zodat het voor schoolbouw vereiste aantal van 100 ruimschoots is overschreden. Uit het bovenstaande, alsmede uit de door het schoolbe stuur overgelegde stukken blijkt duidelijk, dat aan de in arti kel 73 der wet omschreven vereisten is voldaan, in welk geval naar ons oordeel op de aanvrage een gunstige beschikking moet worden genomen. "Wij"

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1954 | | pagina 322