Volgno. 144-
Enkele leden vroegen wat de be
stemming zal zijn van de voormali
ge speelplaats aan de Willem Spren-
gerstraat.
Volgno. 14 6.
De capaciteit van de gemeente
lijke badinrichting is onvoldoende
zo merkte een lid op.
Is het mogelijk ook in andere ge
deelten van de stad dergelijke bad
inrichtingen te doen verrijzen?
Volgno. 148.
Een ander lid vestigde de aan
dacht op de slechte toestand van de
urinoirs op het Oldehoofsterkerk
hof en nabij het autobusstation.
Kaar het oordeel van enkele leden
is de aanduiding van de urinoirs
onder de bruggen onvoldoende.
Volgno. 152.
Vrijwel alle leden betreurden
het, dat de toiletinrichting in
de Oude Waag nog niet is verwij
derd
Wordt een onderzoek ingesteld
naar het maken van een of meer
ondergrondse 'urinoirs?
Volgno. 158.
Enkele leden zouden gaarne ver
nemen, waarom burgemeester en wet
houders afwijzend hebben geadvi
seerd op het verzoek om verhoging
van subsidie ten behoeve van het
Consultatiebureau voor Alcoholisme.
Een lid stelt zich voor nog een
opmerking te maken over de subsidi
ering van de bureaux voor beroeps
keuze.
Herstel tot speelplaats is in
overweging.
Voldoende behoefte hieraan is
ons nog niet gebleken.
Deze zaken hebben onze aandacht.
Dit is het geval.
Ons advies is gebaseerd op de
door dit bureau aan ons verstrekte
financiê'le gegevens.
Hoofdstuk V.
Algemeen
Een lid sprak zijn grote bezorgd
heid uit over de hoge huur van de
nieuw gebouwde woningen.
De huren van de nieuwe woningwet
woningen worden door de Minister
van Wederopbouw en Volkshuisves
ting vastgesteld.
Zijn er niet tal van inwoners,
die deze huur niet kunnen opbren
gen?
Zien burgemeester en wethouders
hier een oplossing?
Een ander lid vroeg, of met het
oog op het aantal vakbekwame bouw
vakarbeiders het bouwvolume van 930
woningen wel is te realiseren.
Door welke oorzaken zijn er in
1954 zo weinig woningwetwoningen
gereed gekomen?
Ook zou dit lid gaarne worden in
gelicht over de bebouwing van de
aan het Harlingerplein liggende
terreinen.
Is het langzame tempo, waarin in
1954 woningwetwoningen zijn gebouwd,
wellicht te wijten aan de geringe
activiteit van de woningbouwcorpo
raties
Kunnen de corporaties, aldus dit
lid, verplicht worden hun plannen
een jaar, voordat toewijzing van
bouwvolume plaats heeft, in te die
nen?
Ten aanzien van nieuwe bouwplan
nen pleitte dit lid voor een goede
samenwerking tussen de corporaties
en de gemeente.
Is het mogelijk een bepaalde dienst
of een hiervoor aan te wijzen ambte
naar meer in het bijzonder met de
administratieve voorbereiding te
belasten?
Een oplossing van dit probleem
zal door de Regering moeten worden
aangegeven
Naar onze verwachting zal dit
wel het geval zijn.
Dit is een gevolg van het ge
ringe woningcontingent voor de ja
ren 1951 t/m 1953»
Terzake kunnen nog geen defini
tieve mededelingen worden gedaan.
Indien de woningbouwcorporaties
een grotere activiteit zouden heb
ben ontwikkeld, had wellicht het
aan hen toegekende bouwvolume ook
groter kunnen zijn.
De corporaties kunnen niet ver
plicht worden de bouwplannen reeds
in te dienen,voordat toewijzing
van bouwvolume plaats heeft gehad.
Wel wordt bij de toewijzing voor
het indienen van de plannen een
termijn gesteld, bij overschrij
ding waarvan de toewijzing niet
meer van kracht is.
De voorbereiding van de bouw
plannen van de woningbouwcorpora
ties wordt uiteraard verzorgd door
vanwege deze corporaties aangewe
zen architecten. Eerst nadat de
plannen bij ons zijn ingediend,
worden zij formeel in de gemeente
lijke administratieve- en techni
sche sfeer betrokken. Tijdens het
opstellen van de plannen bestaat
volop gelegenheid tot overleg
tussen de architecten van de cor
poraties enerzijds en de ambtena
ren van de betreffende diensten
anderzijds. Van deze gelegenheid
wordt een nuttig gebruik gemaakt,
zodat aan een andere regeling
geen behoefte bestaat.
- 10 -
- 11 -