No. 2677.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van
5 Maart 1954 (bijlage no. 36)
BESLUIT s
de gemeente staat tot 31 December 1990 in erfpacht af aan de
Eerste Nederlandsche Verzekeringmaatschappij op het leven en
tegen invaliditeit N.V.gevestigd te s-Gravenhagehet per
ceel bouwterrein, gelegen aan het Beethovenplantsoen, hoek
Valeriusstraat, deel uitmakende van het perceel, kadastraal
bekend gemeente Leeuwarden, sectie D, no. 4925, op de bij
dit besluit behorende tekening roodomlijnd aangegeven, ter
grootte van plm. 250 m2 en wel onder de volgende voorwaarden:
1. de erfpachtscanon zal worden berekend naar een grondwaarde
van f. 17,50 per m2 en een rentevoet van 5 per jaar;
2. het door belanghebbende ten kantore van het gemeentelijk
grondbedrijf gestorte bedrag van f. 218,75 als waarborg
voor de nakoming der voorwaarden vervalt aan de gemeente,
indien niet aan de voorwaarden wordt voldaan, tenzij bur
gemeester en wethouders in bijzondere gevallen, te hunner
beoordeling, niettemin tot gehele of gedeeltelijke terug
gave van de waarborgsom besluiten. Bij voldoening aan de
voorwaarden wordt op aanvraag de waarborgsom teruggegeven;
3- zolang de erfpacht niet met toestemming van burgemeester
en wethouders is overgedragen, mag bebouwing door derden
niet plaats hebben
4* de akte van erfpacht moet notarieel worden verleden binnen
een door burgemeester en wethouders te stellen termijn;
5- voor het overige zijn op deze afstand in erfpacht van toe
passing - voorzover mogelijk en met het bovenstaande niet
in strijd - de bepalingen, betreffende de uitgifte in erf
pacht van bouwterreinen, gelegen tussen Oostersingel en
Cambuursterpad en toebehorende aan de gemeente Leeuwarden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Verlenging sluitingsuur
Bijlage no. 37. Leeuwarden, 4 Maart 1954-
Aan de Gemeenteraad.
In Uw vergadering van 6 Januari j.l. stelde U in onze
handen om prae-advies het verzoek van de Nederlandse Bond van
exploitanten van hotels, cafe's, restaurants, slijterijen en
amusementsbedrijven, afdeling Leeuwarden, om het aantal in
richtingen, waarvoor een vergunning of een verlof ingevolge
de Drankwet (Staatsblad 1931, no. 476) is verleend en waar
voor tot één uur na middernacht ontheffing kan worden verleend
van het verbod om na 24 uur geopend te zijn, te brengen van
drie op vijf. Het verzoek is mede-ondertekend door de afdeling
friesland van de Nederlandse Bond van werkgevers in het hotel
restaurant-, café- en aanverwante bedrijven (Horecaf) en de
afdelingen Leeuwarden van de Nederlandse Bond van hotelperso
neel en de Nederlandse R.K. Bond van hotelpersoneel "St.Antho-
nius". Verder werden adhaesiebetuigingen ingezonden door de
Leeuwarder Middenstandsraad, de Vereniging tot bevordering van
vreemdelingenverkeer in Leeuwarden en omstreken, de Kamer van
Koophandel en fabrieken in friesland en de Commissie voor pro
ductieve werkgelegenheid. Van de familie J.L.Kaller is voorts
een verzoek binnengekomen de dancing "Centraal" aan de Oude
Lombardsteeg met het oog op het geluidsvolume van het in deze
inrichting staande concert-cinema-orgel geen vergunning te
verlenen langer geopend te zijn, omdat zij en haar buren reeds
nu in hun nachtrust worden gestoord en een verlenging van het
sluitingsuur voor de omwonenden een onhoudbare toestand zou
betekenen
Alle hiervoor genoemde stukhen liggen voor U ter inzage.
De laatste jaren is de kwestie van de verlenging van het
sluitingsuur verschillende malen in Uw Vergadering behandeld.
In 1950 bij de behandeling van de begroting voor 1951, op 12
Maart 1952 bij de behandeling van het voorstel tot wijziging
van de Verordening, regelende de politie op de openbare verma
kelijkheden en plaatsen van vereniging en op 12 Augustus 1953
bij de behandeling van een eerder ingediend verzoek van de
thans adresserende organisatie. In deze laatste vergadering
was bovendien een verzoek van gelijke strekking als het voor
liggende met betrekking tot de restaurant-dancing "Lido" aan
de orde. Dit verzoek, hetwelk was ingediend door de heren A.C.
van Wanum en Mr. Heemskerk, onderscheidenlijk eigenaar-exploi
tant en bewindvoerder in de voorlopige surseance van betaling
van deze dancing, werd volledig behandeld en afgewezen.
In elk van deze vergaderingen is de kwestie van het slui
tingsuur omstandig toegelicht en uitvoerig besproken en zijn
alle argumenten voor en tegen verruiming van de mogelijkheden
tot verlenging van het sluitingsuur aan de orde gekomen. Het
voorliggend adres voegt aan deze argumenten geen nieuwe toe:
integendeel, de aangevoerde argumenten zijn alle reeds eerder
door Uw Raad onderzocht en verworpen, voor de laatste maal nog
geen zeven maanden geleden.
Wij zijn dan ook van mening, dat sinds de totstandkoming
van de besluiten van 12 Maart 1952 en 12 Augustus 1953 geen
omstandigheden zijn opgekomen, die aanleiding geven om op het
eerder ingenomen standpunt terug te komen. Bovendien kunnen de
"in"