No. 2645.
BE RAAB DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 februari
1958 (bijlage no. 53);
BESLUIT:
I. de aankoop te bekrachtigen van het perceel met opstal, plaatselijk
gekwoteerd Blekerstraat no. 59, kadastraal bekend gemeente Leeuwar
den, sectie E, no. 3953, groot 77 ca, voor een koopsom van 913,--,
welke aankoop verder is geschied onder de met betrekking tot het
onderhavige perceel gestelde voorwaarden, vermeld in het bij dit
besluit behorende beursbiljet van het makelaarskantoor Van der Valk,
alhier;
XI. het onder I bedoelde perceel onder te brengen in het woningbedrijf.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris
Verslag van rapporteurs van het verhandelde in de sectievergaderingen van de
gemeenteraad, met memorie van antwoord van burgemeester en wethouders, be
treffende de ontwerp-begroting voor het dienstjaar 1958.
Bijlage no. 54.
Algemeen
Verschillende leden kondigden aan
bij de behandeling van de begroting
algemene beschouwingen te zullen
houden.
Een aantal leden drong aan op
vroegtijdige toezending van de raads
voorstellen, met name van stukken,
die betrekking hebben op onderwerpen,
die nauwkeurige bestudering vereisen.
Een lid merkte in dit verband op voor
een goede voorbereiding een periode
van ongeveer drie weken redelijk te
achten. Andere leden spraken er hun
waardering over uit, dat de stukken
thans in de regel eerder in het bezit
van de raadsleden zijn, dan voorheen
gebruikelijk was.
Enkele leden zouden het op prijs
stellen bij de raadsvoorstellen af
schriften van belangrijke stukken te
ontvangen, aangezien het raadplegen
van de ter inzage gelegde stukken in
de praktijk, vooral indien de tijd
van voorbereiding kort is, soms be
zwaarlijk is. So nodig zouden de ver
strekte bijlagen vertrouwelijk ter
kennisneming aan de raad kunnen wor
den overgelegd.
Een lid vroeg,of het mogelijk is,
aan de raadsleden tekeningen en be
stekken van aan de raad voorgelegde
bouwplannen te verstrekken.
Vele leden gaven te kennen, dat
het reglement van orde voor de raads
vergaderingen verouderd is en naar
hun mening herziening behoeft. Een
lid stelde voor, hiervoor een raads*-
commissie in het leven te roepen.
Verschillende leden deelden mede,
dat zij niet in het bezit van het
reglement van orde waren gesteld. Deze
leden zouden gaarne alsnog een exem
plaar ontvangen.
Wij wachten deze beschouwingen met
belangstelling af.
In het algemeen menen wij te mogen
stellen, dat de raadsvoorstellen op
een zodanig tijdstip aan de raadsleden
worden toegezonden, dat voldoende tijd
wordt gelaten om de stukken te kunnen
bestuderen. In uitzonderingsgevallen
kan tot onze spijt niet worden verme
den, dat, op grond van het spoedeisende
karakter van een zaak, de voorstellen
wel eens later bij de leden worden be
zorgd dan voor een rustige overweging
wenselijk zou zijn.
Wij zullen er gaarne naar streven
deze uitzonderingsgevallen zoveel mo
gelijk te beperken.
Wij zullen dit gaarne nader bezien.
Dit verlangen levert te veel prak
tische bezwaren op om hieraan te kun
nen voldoen.
Zonder nauwkeurig de bezwaren te
kennen, die de hier bedoelde leden
hebben tegen de bepalingen van het
geldende reglement van orde, is het
ons niet mogelijk ons standpunt te
bepalen.