Benoemen van leraren aan de Middelbare Handelsavondschool
Bijlage no. 26lLeeuwarden, 8 september 1959.
Aan de Gemeenteraad.
Voor de duur van het cursusjaar 1959-1960 dient aan de Middelbare Handels
avondschool een aantal docenten te worden herbenoemd, te vreten:
a. tot leraren in de handelswetenschappen de heren A. de Boer, J.H. de Jager,
J. Kooistra, P. van Kuik, J. Oostra en R.H. Woldring;
b. tot leraren in het Nederlands de heren C. Stelling en J. van der Wal:
c. tot leraren in het Engels de heren D. Bergstra, P. Bilstra en J. Graafsma.
Blijkens de ingewonnen adviezen ontmoet de herbenoeming van deze docenten
geen bezwaar bij de inspecteur van het gymnasiaal en middelbaar onderwijs en de
Commissie van Toezicht op het middelbaar onderwijs.
De hierbovengenoemde leraren zijn, met uitzondering van de heer D. Bergstra,
niet in het bezit van de wettelijk vereiste onderwijsbevoegdheid voor de door hen
te onderwijzen leervakken. Met het oog hierop heeft de Minister van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen bij brief van 19 augustus 1959, afdeling V.H.M.O.,
no. 111480, overeenkomstig het bepaalde in artikel 27, 2e lid van de Middelbaar
onderwijswet, machtiging verleend voor hun benoeming voor de duur van het cursus
jaar 1959-1960.
Onder overlegging van de bijbehorende stukken stellen wij U daarom voor de
genoemde docenten gerekend met ingang van 1 september 1959 opnieuw te benoemen
aan de Middelbare Handelsavondschool voor het geven van onderwijs in de onder
scheidene leervakken, zulks tijdelijk en tot wederopzegging, uiterlijk tot het
einde van het cursusjaar 1959-1960.
Burgemeester en 'Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
de Jong, Secretaris.
Verzonden 9 september 1959-