Artikel 10
Zo spoedig mogelijk na het verzoek, als bedoeld in artikel 2, lid 1, rich
de ambtenaar tot de door hem aangewezen spaarinstelling het verzoek te zijnen
name een spaarrekening te openen. Hij dient daarbij gebruik te maken van een
door Burgemeester en 'Wethouders vast te stellen formulier.
Artikel 11
De spaarinstelling schrijft het door Burgemeester en Wethouders ten name
van de ambtenaar overgemaakte bedrag bij op diens spaarrekening.
Artikel 12
1. De ambtenaar, die een bedrag van zijn spaarrekening wenst op te nemen, ten
einde een der in artikel 6, tweede lid, bedoelde bestedingsobjecten te
verwerven, dient hiertoe door middel van een door Burgemeester en V/et-
houders vast te stellen premie-aanvraagformulier een verzoek in bij de
betrokken spaarinstelling.
2. Na vervolgens het premie-aanvraagformulier te hebben ingevuld» stelt de
spaarinstelling het formulier ter hand aan de ambtenaar of zendt hem dit
toe
3. Nadat de ambtenaar het opgenomen bedrag voor het beoogde doel heeft aange
wend, zendt hij het formulier na verdere invulling en met de nodige be
wijsstukken aan Burgemeester en Wethouders toe met het verzoek de hem toe
komende spaarprernie uit te betalen.
Artikel 13
Indien een ambtenaar verzoekt zijn tegoed bij de spaarinstelling geheel
of gedeeltelijk aan hem uit te betalen en dit verzoek niet plaats heeft door
middel van het in het vorige artikel bedoelde formulier, schrijft de spaar
instelling het uitbetaalde bedrag voor zoveel mogelijk eerst af van de gewone
spaarrekening van de ambtenaar en slechts voorzover diens gewone spaartegoed
niet toereikend is, van diens bijzondere spaarrekening.
Artikel 14
Telkenjare op 31 december bepaalt de spaarinstelling het spaarsaldo over
dar jaar. Dit bedrag wordt aangetekend. Is het spaarsaldo over enig jaar ne
gatief, dan wordt dit in mindering gebracht op het saldo over het vorige jaar.
Is het laatstbedoelde saldo daartoe niet toereikend, dan wordt het overblij
vende gedeelte van het negatieve saldo in mindering gebracht op het spaar
saldo over het voor—vorige jaar en zo vervolgens.
Artikel 13
Indien een deelnemer verzoekt zijn tegoed bij de spaarinstelling geheel
of gedeeltelijk over te schrijven naar een andere spaarinstelling geeft de
spaarinstelling aan dat verzoek zo spoedig mogelijk gevolg onder mededeling
aan die andere spaarinstelling van de spaarsaldi over de jaren, waarin het
tegoed op de spaarrekening werd bijgeschreven.
Artikel 16
1 De spaarinstelling stelt Burgemeester en V.'ethouders jaarlijks in het eerste
halfjaar in kennis van het bedrag, dat sinds het einde van het jaar, waarin
het op een spaarrekening werd bijgeschreven, 4 jaar ononderbroken op die
rekening heeft gestaan.
2. De spaarinstelling boekt het in het eerste lid bedoelde bedrag terstond
af van de spaarrekening.
"Artikel 17"
.Artikel 1?
Na ontvangst van de kennisgeving, bedoeld in artikel 9j boekt de spaar
instelling het op de spaarrekening van de gewezen ambtenaar aanwezige bedrag
terstond af
Artikel 18
De ambtenaar, die aanspraak maakt op de spaarprernie bedoeld in artikel
6, lid 2, sub a, 2e, dient eenmaal per jaar onder overlegging van de nodige
bewijsstukken een verzoek om uitbetaling van deze premie bij Burgemeester en
Wethouders in.
Artikel 19
Burgemeester en Wethouders stellen de spaarraad, ingesteld door het
Centraal Orgaan dei gemeenschappenjke regeling betreffende behandeling van
gemeentelijke personeelsaangelegenheden na overleg met de Vereniging van
Nederlandse Gemeenten, jaarlijks vóór 1 april in kennis van hot aantal
ambtenaren, dat aan de spaarregeling heeft deelgenomen, en van c.e door hen
in het voorafgaande jaar in totaal toegekende spaarpremiesalsmede van ver
dere gegevens, welke de spaarraad verzoekt.
A.rtikel 20
1. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd ter uitvoering van deze verorde
ning nadere regelen vast te stellen.
2. Zij regelen, ter uitvoering van een raadsbesluit als bedoeld in artikel
3, eerste lid, de administratieve inrichting van de gemeentelijke spaar-
•rekening.
Artikel 21
Burgemeester en Wethouders kunnen terzake van de uitvoering van deze
verordening advies inwinnen bij de spaarraad, als bedoeld in artikel 19.
Artikel 22
Deze verordening treedt in werking op 1 juli I960.
Artikel 23
Deze verordening kar v/orden aangehaald onder de titel "Spaarverordening
1960".
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
