Onder mededeling, dat de Financiële Commissie zich hiermede kan ver enigen, stellen wij U voor de gemeente-begroting en de begroting van het Grondbedrijf te wijzigen overeenkomstig de ter inzage gelegde ontwerp besluiten. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden A#A.M. van der Meulen, Burgemeester de Jong, Secretaris. Verzonden 25 mei 1960. Wijziging gemeentegrens. Bijlage nr. 128. Leeuwarden, 25 mei 196O Aan de Gemeenteraad. In zijn vergadering van 7 oktober 1959 besloot Uw Raad overeenkomstig hetgeen is bepaald in artikel 157 van de gemeentewet aan Hare Majesteit de Koningin het verzoek te richten een wijziging van de grens tussen de gemeenten Leeuwarden en Menaldumadeel te bevorderen. Op voorstel van Burgemeester en Wethouders van die gemeenten, met wie wij terzake tot volledige overeenstemming hadden kunnen geraken, wendde de Raad van de gemeente Menaldumadeel zich met een overeenkomstig verzoek tot Hare Majesteit De voorgestelde grenswijziging strekt er, zoals U bekend is, toe het ge deelte van de gemeente Menaldumadeel, omsloten door het Van Harinxmakanaal, het verbindingskanaal tussen het Van Harinxmakanaal en de Earlingervaart, de Harlingervaart en de huidige gemeentegrens (Zwette), naar onze gemeente te doen overgaan. Daartoe uitgenodigd door de Minister van Binnenlandse Zaken, die zijn instemming met de voorgestelde gebiedsovergang betuigde, hebben Gedeputeerde Staten van Friesland een ontwerp-regeling terzake samengesteld en deze aan de Raden van de beide gemeenten doen toekomen met het verzoek binnen twee maanden na de ontvangst daarvan hun gevoelen daaromtrent kenbaar te maken. Bedoelde ontwerp-regeling hebben wij voor U ter inzage gelegd, tezamen met de daarbij behorende toelichting en een tweetal kaarten, waarop het onderwerpe- lijke gebied met rode omlijning is aangegeven. Het concept omvat naast de om schrijving van het zo'éven bedoelde gebied, dat bij ongewijzigde aanvaarding van de ontworpen wettelijke regeling op 1 januari 1961 aan het territoir van onze gemeente zal worden toegevoegd, de in grenswijzigingswetten gebruike lijke bepalingen. Deze bepalingen behoeven naar ons voorkomt geen nadere toe lichting. Met de inhoud er van kunnen wij ons verenigen. Wij moeten er echter op wijzen dat Gedeputeerde Staten in de concept regeling niet een bepaling hebben opgenomen, ingevolge welke onze gemeente aan de gemeente Menaldumadeel zal moeten voldoen de door de Raden van beide gemeen ten in hun requesten voorgestelde vergoeding van de gekapitaliseerde, tengevol ge van de grenswijziging te derven inkomsten uit de grond- en straatbelasting en wegens uitkeringen uit het gemeentefonds. Genoemd college deelt dienaan gaande mede, dat de Minister en hun college van mening zijn, dat grenswijzi gingen in het algemeen zonder verrekeningen tussen de gemeenten dienen plaats, te hebben en dat er in het onderhavige geval geen aanleiding is van deze ge dragslijn af te wijken. Zoals wij U in ons voorstel d.d. 2 oktober 1959? nr. 283, meedeelden heeft de Raad van de gemeente Menaldumadeel zijn medewerking aan de totstandkoming van de onderhavige grenswijziging afhankelijk gesteld van de voldoening door onze gemeente van het bovenomschreven, op een bedrag van f. 28.275sgefixeer de inkomstenverlies. Uw vergadering aanvaardde deze voorwaarde. Op grond van het vorenstaande behoort er onzes inziens thans bij Gedepu teerde Staten met klem op te worden aangedrongen alsnog een bepaling, waarin de verplichting tot betaling van de voorgestelde compensatieuitkering aan onze gemeente wordt opgelegd, in de ontwerp-regeling op te nemen. Wij tekenen hierbij nog aan, dat ook de regeling van de wijziging van de grenzen van de gemeente Leeuwarden, Leeuwarderadeel en Tietjerksteradeel de raogelijkheid van vaststelling van een door onze gemeente aan de gemeente Leeuwarderadeel uit te keren bedrag behelsde en dat aan de desbetreffende be paling ook inderdaad toepassing is gegeven. "Wij"

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1960 | | pagina 264