p
I
I
ft
v
Bijlage no. 227. Leeuwarden, 12 september i960.
Aan de Gemeenteraad.
Bij schrijven van 9 maart i960 doet het Centraal Bureau inzake gemeen
schappelijke behandeling van gemeentelijke personeelsaangelegenheden aan de
aangesloten gemeenten enige wijzigingen en aanvullingen in de rechtsposi
tieregelingen toekomen ten aanzien waarvan in het centraal overleg overeen
stemming is verkregen. Ontrent deze aanbevolen wijzigingen en aanvullingen
behoeft derhalve geen plaatselijk georganiseerd overleg neer te worden ge
houden.
De wijzigingen betreffen de volgende punten.
Artikel 19, 4e lid. Dit lid regelt de vergoeding voor overwerk. Zo is onder
neer bepaald dat een extra vergoeding van 1 00/S wordt gegeven voor overwerk
verricht tussen zondagmorgen 6 uur en maandagmorgen 6 uur. Herstellings
werkzaamheden e.d. worden in de praktijk evenwel bij voorkeur verricht ge
durende de uren tussen zaterdagmiddag en zondagochtend,, zulks teneinde het
bedrijfsleven zo weinig nogelijk hinder te veroorzaken. Om deze reden moet
het billijk worden geacht het overwerk, voorzover het op zondag geschiedt,
net 1 OO^j extra te vergoeden.
Artikel 23d, 1e en 6e lid.
Het eerste lid regelt de doorbetaling van bezoldiging van de ambtenaar die
op grond van een vrijwillige verbintenis als noodwachter in werkelijke
dienst is. Dit artikel behoeft aanvulling in verband met de invoering van de
noodwachtplicht, waardoor het kan voorkomen dat ook ambtenaren als nood-
wachter worden ingelijfd op grond van artikel 80 van de Wet op de noodwach*
ten.
Artikel 25a, 1e lid.
Hierbij is de aanspraak van de ambtenaar op vakantietoelage geregeld.
Aanspraak hierop bestaat voor elke maand waarin de ambtenaar over tenminste
16 dagen bezoldiging heeft genoten. Aangezien deze bepaling onbillijk werkt
t.o.v. ambtenaren in een niet-volledige betrekking, dient zij te worden ge
wijzigd in die zin, dat elke ambtenaar die gedurende een bepaalde maand be
zoldiging heeft genoten, aanspraak op vakantietoelage kan doen gelden. Bij
indiensttreding dan wel ontslag in de loop van een maand wordt een even
redig deel van de 4/j vakantietoelage over die maand uitbetaald.
Artikel 26, 1e en 2e lid.
De vakantie-aanspraken voor ambtenaren die een nevenfunctie bekleden zijn
niet uitdrukkelijk geregeld. Teneinde hierin te voorzien wordt voorgesteld
dat Burgemeester en Wethouders, naast algemene regelen de duur van het va
kantieverlof betreffende voor ambtenaren met een volle taak, tevens zodanig
regelen zullen stellen voor ambtenaren met een gedeeltelijke dag-, week- of
jaartaak, zulks met inachtneming van het door hen beklede ambt.
Artikel 58, 5e lid.
De ambtenaar die wegens ziekte of ongeval verhinderd is zijn dienst te ver
richten, ontleent aan dit artikel aanspraak op doorbetaling van zijn bezol
diging gedurende eon bepaalde tijd. In mindering dient evenwel te worden
gebracht hetgeen hij terzake van de_ ziekte _of het ongevaB krachtens een wet
telijke verzekering ontvangt. De onderstreepte zinsnede dient te worden
Wijziging Algemeen Ambtenarenreglement, Arbeidsovereenkomstenverordening
en Wachtgeldregeling»
Algemeen Ambtenarenreglement.
Het zesde lid verklaart de voorgaande leden van overeenkomstige toepassing
op de ambtenaar-vrijwilliger ingevolge het Besluit Reservepolitie 1954
(s. no. 565). Aangezien dit besluit inmiddels is vervangen door het Be
sluit Reservepolitie 1958 (S. no. 559)dient genoemd lid hiermede in
overeenstemming to worden gebracht.
"toegevoegd"