Benoemen van een leraar in de wiskunde en een leraar in het engels aan de Middelbare School en H.B.S. voor Meisjes. Bijlage no. 264. Leeuwarden, 7 november i960. Aan de Gemeenteraad. I. Gedurende het cursusjaar 1959-19^0 is als leraar in de wiskunde aan de Middelbare School en H.B.S. voor Meisjes werkzaam geweest de heer H.N. Schuring, die met het oog op zijn vertrek naar elders niet voor een herbenoeming als zodanig in aanmerking wenste te komen. Hierdoor ont stond aan deze inrichting van onderwijs met ingang van 1 september i960 een vacature van leraar in de wiskunde voor 16 wekelijkse lessen. Yoor de vervulling van deze vacature hebben zich vijf sollicitanten aange meld, waarvan zich twee hebben teruggetrokken. Eén der overblijvende sollicitanten is in het bezit van de vereiste onderwijsbevoegdheid, doch kan niet voor benoeming in aanmerking komen. Van de twee resterende sollicitanten, die niet bevoegd zijn, komt alleen voor benoeming in aanmerking de heer M. Roorda, wonende te Groningen. Betrokkene studeert aan de Rijksuniversiteit in zijn woonplaats voor het examen ter verkrijging van de akte van bekwaamheid A tot het geven van middelbaar onderwijs in de wiskunde. II.Met ingang van het cursusjaar 1960—1961 zijn in het vijfde leerjaar van de afdeling middelbare meisjesschool twee parallelafdelingen gevormd. Als gevolg hiervan zijn in de verschillende leervakken meerdere lessen te geven, welke grotendeels zijn opgedragen aan de reeds aan de school verbonden leerkrachten. Zulks is echter niet mogelijk gebleken voor drie wekelijkse lessen in he,t engels. Door bemiddeling van de directrice der school is tot hot geven van deze lessen bereid gevonden do heer K. Salver- da, wonende alhier. Deze docent is in het bezit van de akte van bekwaam heid A tot hot geven van middelbaar schoolonderwijs in het engels en is derhalve niet bevoegd tot het geven van de hem opgedragen lessen. Hij studeert voor het examen ter verkrijging van de akte van bekwaamheid B tot het geven van middelbaar onderwijs in genoemd leervak. Teneinde het onderwijs in genoemde leervakkon voortgang te doen vinden hebben wij do onder I en II genoemde docenten verzocht hun lessen aan te vangen met ingang van 1 september j.l., zulks in afwachting van hun benoe ming tot leraar door Uw Raad. Blijkens do ingewonnen adviezen hebben de inspecteur van het gymnasiaal en middelbaar onderwijs in de 6e inspectie en de commissie van toezicht op het middelbaar onderwijs geen bezwaar tegen benoeming van deze docenten. Zoals reeds eerder opgemerkt, zijn do betrokkenen niet in het bezit van de wettelijk vereiste onderwijsbevoegdheid. In verband hiermede heeft de Mi nister van Onderwijs, Kunsten en Y/otonschappen op ons verzoek bij brief van 17 oktober i960, afdeling V.H.M.O., no. 143343overeenkomstig artikel 27, 2e lid van do Middelbaar Onderwijswet, machtiging verleend voor de benoe ming van deze leraren. Onder overlegging van de bijbehorende stukken bevelen wij aan voor benoeming tot leraren aan de Middelbare School en II.B.S. voor Meisjes, de horen M. Roorda en K. Salverda, voornoemd, respectievelijk voor hot geven van onderwijs in do wiskunde en in hot engelszulks gerekend mot ingang van 1 september 196O, tijdelijk en tot wederopzegging, uiterlijk tot hot einde van het cursusjaar 1960-1961. Verzonden 9 november i960. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.M. van der Meulen, Burgemeester. de Jong, Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1960 | | pagina 469