Maatstaf
Artikel J.
1. Be belasting wordt berekend naar de belastbare opbrengst van de in
artikel 1 genoemde eigendommen, aangewezen in de kadastrale legger
2. Indien de belastbare opbrengst van eigendommen, genoemd in artikel
1, niet in de kadastrale leggers is aangewezen, wordt deze opbreng
vanwege en op kosten van de gemeente geschat in verhouding tot de
belastbare opbrengst van eigendommen van dezelfde of de meest na
bij komende soort in de gemeente.
Bedrag van de belasting.
Artikel 4»
Be belasting bedraagt jaarlijks:
a. van de belastbare opbrengst van de gebouwde eigendommen 10$
b. van de belastbare opbrengst van de ongebouwde eigendommen 5$
Artikel 5>
Bij het berekenen van het overeenkomstig het bepaalde in artikel
4 verschuldigde bedrag wordt het bedrag van de belastbare opbrengst c;^
volle guldens naar beneden afgerond.
Belastingjaar.
Artikel 6.
Het belastingjaar vangt aan op 1 januari.
Vri j stellingen
Artikel 7»
1, Be belasting vrordt niet geheven wegens:
a. de gebouwde en ongebouwde eigendommen der gemeente, welke uit
sluitend voor de openbare dienst of ten algemenen nutte wordon
gebezigd;
b. de bijzondere begraafplaatsen met de aanhorige gebouwde eigen
dommen
c. de gebouwde eigendommen, die uitsluitend dienen tot uitoefening
van de openbare eredienst of bestemd zijn tot het geven van
godsdienstonderwijs en toebehoren aan kerkgenootschappen dan wel
aan rechtspersoonlijkheid bezittende verenigingen of instellin
gen;
d. de gebouwde eigendommen, uitsluitend dienende als kleuterschool
of als school voor lager onderwijs;
e. de gebouwde eigendommen, uitsluitend dienende als inrichting van
weldadigheid of tot genezing of verpleging van zieken of gebrek-
kigen, mits geen winst wordt gemaakt of beoogd anders dan ten
bate der inrichting.
2. Be vrijstellingen, genoemd in het eerste lid onder c, d en e, strek
ken zich mede uit tot de aanhorige erven en tuinen van de onder die
letters genoemde gebouwde eigendommen.
Aanslag
Artikel 8.
1. Zo spoedig mogelijk na de aanvang van het belastingjaar maakt de
controleur der gemeentebelastingen van de verschuldigde belasting
een kohier op.
2. Be aanslagen, welke niet op het oorspronkelijke kohier zijn ge
plaatst, worden op een aanvullingskohier gebracht.
3. Be controleur der geneontebelasting-cn zendt de kohieren binnen
veertien dagen na de vaststelling aan de Gemeente-ontvanger ter
vordering.
"Ontheffing.^
Ontheffing
Artikel 9*
1. Voor gebouwde eigendommen, die met hun gebouwde aanhorighoden ge
durende twaalf achtereenvolgende maanden ongebruikt en onverhuurd
zijn gebleven, wordt aan hem, die daarvoor gedurende dat gehele tijd
vak in deze belasting is aangeslagen, voor dat tijdvak ontheffing
van zijn aanslag verleend.
Ter bekoming van deze ontheffing moet de aangeslagene binnen twee
maanden na het einde van het bedoelde tijdvak een verzoekschrift
indienen bij de controleur der gemeentebelastingen.
2. Gehele of gedeeltelijke ontheffing van een aanslag in deze belasting
wordt verleend indien op grond van artikel 53 van de wet van 26 mei
1870, Stbnr. 62, ontheffing of vermindering van grondbelasting is
verleend
Ter bekoming van deze ontheffing moet de aangeslagene binnen twee
maanden na de datum waarop een beslissing inzake de toepassing van
artikel 53 van de wet van 26 mei 1870, Stb. nr. 82, t er kennis van
de belastingplichtige is gebra„cht, of indien het aanslagbiljet na
die datum werd uitgereikt, binnen twee maanden na de dagtekening
van het aanslagbiljet, onder overlegging van een afschrift van de
desbetreffende beslissing een verzoekschrift indienen bij de con
troleur der gemeentebelastingen.
Vermindering
Artikel 10.
Onjuist vastgestelde aanslagen kunnen ambtshalve
derd of vernietigd, zolang niet sedert de aanvang van
drie jaren zijn verstreken.
Restitutie
Artikel 11.
Indien tengevolge van een beslissing op bezwaar- of beroepschrif
ten of van het verlenen van ontheffing of afschrijving, dan wel van een
ambtshalve vermindering of vernietiging van een aanslag, overeenkom
stig de bepalingen van de Gemeentewet en/of van deze verordening ge
nomen of gedaan, reeds betaalde bedragen moeten worden teruggegeven,
geschiedt zulks zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval binnen één
maand na de dagtekening van de desbetreffende beslissing.
ïïavordering
Artikel 12.
Indien enig feit grond oplevert voor het vermoeden, dat ten on
rechte is afgezien van hot vaststellen van een aanslag, dan wel dat
een aanslag ten onrechte is vernietigd of verminderd of een te lage
aanslag is opgelegd, ian de te weinig geheven belasting worden nage
vorderd, zolang niet sedert de aanvang van het belastingjaar drie
jaren zijn verstreken.
Belegatie
Artikel 13.
Ingevolge het bepaalde bij artikel 301 van de Gemeentewet treedt
voor de toepassing van de artikelen 297 en 299 van do wot in de plaats
van de Gemeenteraad, van Burgemeester en ïïetlioudcrs en van do Burge
meester, de controleur der gemeentebelastingen.
"Invordering
worden vermin-
het belastingjaar