naar dat het betreffende gedeelte van het erf in zekere zin noet worden beschouwd als het achtererf van de woning. Inners de voorkant van de wo ning bevindt zich aan de zijde, welke van de weg is afgekeerd. Bovendien merken wij op, dat de overblijvende strook tussen de woning en het trot toir, v/elke strook toch nog een breedte van pin. 6.00 n behoudt, is ge legen aan de noordzijde van de opstal, zodat dus dit gedeelte van het erf als het ninst belangrijke gedeelte dient te worden beschouwd. Ook dit be zwaarschrift kan derhalve geen wijziging brengen in de door ons voorge stelde plannen. Tenslotte heeft de erfpachter van het perceel, kadastraal bekend alsvoren no. 2235 geprotesteerd tegen het voornenen on een gedeelte van de tuin van zijn woning aan de erfpacht te onttrekken. Hij grondt zulks op de omstandigheid, dat bij uitvoering van het plan een wanverhouding ontstaat tussen de hoogte van zijn woning en de breedte van de overblij vende tuin. Bovendien voert hij aan, dat het terras van zijn woning dan kont te liggen tegen het geprojecteerde trottoir, v/elke verhouding in strijd is net ieder begrip van juiste afnetingen. Hoewel wij niet kunnen ontkennen, dat de verhoudingen ter plaatse door de voorgenonen maatregel in ongunstige sin worden gewijzigd, nenen wij toch, dat de notieven, welke de erfpachter aanvoert niet zo zwaar wegen, dat een in het algeneen belang noodzakelijke naatregel achterwege zou noeten worden gelaten. Volgens de bij de stukken overgelegde tekening zal de afstand tussen de woning en de achterkant van het geprojecteerde trottoir nog altijd pin. 3,50 n bedragen. Indien deze strook op deskundige wijze van een passende beplanting en terreinafscheiding wordt voorzien, nenen wij, dat ook voor dit geval een aanvaardbare oplossing kan worden bereikt. 'Tij zijn dan ook van oordeel, dat het algeneen belang vordert, dat de ringweg ook op deze plaats op de vastgestelde breedte wordt aangelegd en dat net gebruik-| naking van het bij de algemene erfpachtsbepalingen aan de Gemeenteraad toegekende recht het erfpachtsrecht op de voor wegverbreding benodigde grondstrook wordt beëindigd. Liet betrekking tot de schadevergoeding, welke ook deze erfpachter vraagt, mogen wij U kortheidshalve verwijzen naar hetgeen hiervoren on trent deze aangelegenheid reeds is opgemerkt. De vermindering van de erfpachtscanon dient in dit geval te worden berekend naar een bedrag van f 0,54 por n per jaar. Uit het vorenstaande blijkt, dat de bezwaren van de erfpachters naar onze mening geen grond kunnen opleveren voor een wijziging van de gemeentelijke plannon. De andere aangeschreven erfpachters hebben op onze eerderbedoelde kennisgeving niet gereageerd, weshalve wij noeten aanne men, dat zij net de voorgestelde regeling instemmen. ïïij geven dan ook in overweging te besluiten de beëindiging van hot erfpachtsrecht van een gedeelte van de desbetreffende percelen op gronden van algeneen nut uit te spreken zoals in het hierbij gevoegde ontwerpbesluit nader is om schreven nurgeneester en Wethouders van Leeuwarden, A.A.LI. van der Heulen, Burgeneester de Jong, Secretaris. Verzonden 17 december i960. ITo. 16665. DB RAAD DER GE1ES1ITE LEEUWARDER Gelezen het voorstel van Burgeneester en ïïethouders van 16 de cember i960 (bijlage no. 311 BESLUIT: I. teneinde de vrije beschikking te verkrijgen over de voor het ver breden van de Julianalaan, als deel van de toekonstige ringweg benodigde grondstrokenhet beëindigen van het erfpachtsrecht op gronden van algeneen nut uit te spreken voor de terreinen, v/elke op de bij dit besluit behorende tekening geelgekleurd zijn aange geven en v/elke terreinen deel uitnaken van de volgende erfpachts percelen: a. het perceel, kadastraal bekend gemeente Huizun, sectie A, no. 2000, erfpachtster nevr. T.ÏI. van der lïan, geocron van Slooten, Julianalaan 19, Leeuwarden; te onttrekken oppervlakte pin. 75 n2; b. het perceel, kadastraal bekend alsvoren 110. 2002, erfpachtster de provincie Friesland, Tweebaksnarkt 52, Leeuwarden; te ont trekken oppervlakte pin. 50 n2 c. het perceel, kadastraal bekend alsvoren no. 2004, erfpachtster de provincie Friesland, Tweebaksnarkt 52, Leeuwarden; te ont trekken oppervlakte pin. 40 n2 d. het perceel, kadastraal bekend alsvoren no. 2005, erfpachter U. Hanje, Julianalaan 11, Leeuv/arden; te onttrekken opper vlakte pin. 40 n e. het perceel, kadastraal bekend alsvoren no. 2006, erfpachter Tjde Vries, Julianalaan 9, Leeuwarden; te onttrokken opper vlakte pin. 40 m- f. het perceel, kadastraal bekend alsvoren no. 20715 erfpachter ir. G.Ff Israël, Julianalaan 35, Leeuwarden; te onttrekken oppervlakte pin. 49 m1- g. hot perceel, kadastraal bekend alsvoren 110. 2075, erfpacht- ster de Doopsgezinde Gemeente Leeuwarden, Willemskade 2; te onttrekken oppervlakte pin. 71 °2 5 h. het perceel, kadastraal bekend alsvoren no. 2235, erfpachter P«H> van Boffen, Rioter Lastmanstraat 35, Leeuwarden; te ont trekken oppervlakte pin. 78 n2 II. te bepalen, dat de erfpachtscanons voor de overblijvende perceels gedeelten worden verlaagd net inachtnening van een bedrag van f 0,48 per n per jaar voor de onder I, sub a t/m g, genoende erfpachtersstersen van een bedrag van f 0,54 por n2 per jaar voor de onder I, sub h, genoende erfpachter; III.te bepalen, dat het erfpachtsrecht voor de onder I bedoelde grondstroken eindigt op 1 februari 1961 Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1960 | | pagina 533