5. Verschillende leden wezen
er op dat het aanvankelijk de
bedoeling was de duplexwoningen
slechts voor tien jaar als zo
danig in te richten. Zij dron
gen er daarom op aan de duplex-
tooslag op de huren zo mogelijk
na tien jaar te laton vervallen
en deze in geen geval langer te
laten betalen dan strikt nood
zakelijk is om de kosten van
ontsplitsing te dekken. Gaarne
zouden zij over deze aangelegen
heid concrete inlichtingen over
de stand van zaken en over de
te volgen gedragslijn ontvangen.
6. Enkele leden vrezen er bij
het stellen van hun vragen nog
op, dat verschillende bewoners
al bejaard zijn en vermoedelijk
nimmer zullen profiteren van de
ontsplitsing.
7. Een lid vroeg naar de stand
van zaken t.a.v. het vraagstuk
der overdracht van woningen
aan de woningbouwcorporaties.
Grondbedrijf
1Enkele leden drongen aan op
verlaging van erfpachtscanons
omdat het maken van een zo hoge
winst op de exploitatie der
uitgegeven terreinen als voor
1961 geraamd is hun niet ge
rechtvaardigd voorkont.
De Minister van Volkshuisvesting
en Bouwnijverheid heeft medegedeeld
het billijk te achten, dat, ingeval
de huurverhoging een gevolg is van
door en op kosten van de huurder aal
gebrachte verbeteringen, de kosten
hiervan geheel of gedeeltelijk word
terugbetaald of dat tijdelijk van ii
ning der huurverhoging wordt afgezial
17ij zijn bereid dit te overwegen.
In verband net de woningnood is
ontsplitsing na tien jaar niet mog
lijk. Vlij hebben daarom aan de EinisJ
van Volkshuisvesting en Bouvmijver
heid toestemming gevraagd de ontsplil
sing te mogen uitstellen en de duplet
toeslag te mogen blijven innen. Dezel
toestemming is verleend. De tot dus
ver geinde en gereserveerde duplex
toeslagen zijn nog volstrekt ontoe
reikend om de kosten van de ontsplit|
sing te dekken.
Het is niet mogelijk en dan ook
niet de bedoeling alle tegenwoordige!
bewoners van de ontsplitsing te la
ten profiteren.
Wij stellen ons voor binnenkort
terzake overleg te plegen met de wo-|
ningbouwoorporaties
De winst op de exploitatie van de:
uitgegeven terreinen is niet hoog.
Wij achten het maken van een matige
winst volstrekt nodig in verband net
het risico van stijging der gemiddel
de kapitaalrente en het ontbreken de
mogelijkheid de erfpachtscanons tus
sentijds te verhogen.
Reinigings- en Ontsme11insclicnst
1Verschillende leden infor
meerden er naar of het beraad
over de mogelijkheden voor de
vuilafvoer inmiddels reeds heeft
geleid tot een volledig inzicht
en of een concreet plan spoedig
mag worden tegemoet gezien. Is
vuilverbranding, zoals in Sneek
gebeurtook in overweging ge
nomen?
2. Gevraagd werd hoe lang de
storting te Wartena nog kan
worden voortgezet.
3. Een lid zou het op prijs
stellen als de Raad in de gele
genheid zou kunnen worden ge
steld om elders kennis te nemen
van de mogelijkheden die er op
het gebied van de vuilafvoer
zijn.
Openbare Werken
1Een lid merkte op de indruk
te hebben, dat de personeelsbe
zetting van de dienst ontoerei
kend is, hetgeen zou leiden tot
afstoting van werken naar parti
culiere bureaus, zoals b.v. met
uitbreidingsplannen en woning
bouwprojecten het geval is.
Dit lid vreest, dat de Gemeente
hierdoor to veel afhankelijk
wordt van de medewerking van be
doelde bureaus en meent dat het
aanbeveling verdient neer vak
kundige krachten in gemeente
dienst aan te stellen, nierdoor
zal de uitvoering van de projec
ten die het gemeentebestuur no
dig acht beter in de hand kunnen
worden gehouden.
2. Ook vroeg dit lid of de huis
vesting van de dienst wel vol
doende is en of er eventueel
plannen zijn om hierin verbete
ring aan te brengen.
3. Een ander lid vroeg of het
aanbeveling zou verdienen voor
meerdere diensten en onderdelen
van diensten gezamenlijk in te
kopen, omdat hierdoor waar
schijnlijk een besparing sou
kunnen worden vorkregen.
Deze zaak is nog in beraad. Alle
systemen van vuilafvoer worden daar
bij in overweging genomen.
Wij vertrouwen, dat dit mogelijk
zal blijven zolang een andere oplos
sing niet gevonden is.
Wij zullen dit overwegen.
Wij streven er naar de capaciteit
van de dienst door het aantrekken van
nieuw personeel te vergroten. Het is
echter niet wenselijk de personeels
bezetting af te stommen op een tijde
lijk optredende toestand van overbe
lasting. Daarom zullen bepaalde op
drachten moeten worden uitbesteed.
I.iogolijkheden om de huisvesting
van de dienst te verbeteren zijn in
studie
Dit punt heeft reeds lang onze
aandacht, doch door personeclsnoei
lijlcheden is het nog niet tot uit
voerige onderzoekingen gekomen.