kuipbad douche bad
maandag, woensdag en donderdag f* 0,50 f. 0,30
vrijdag en zaterdag 0,60 0,35
Uit bovengenoemde voorgestelde tarieven kunnen nieuwe tarieven voor
knipkaarten recht gevende op 10 baden, worden afgeleid. WJ stellen U voor
de prijs van deze knipkaarten, dio thans voor 10 kuipbaden f.3,-- envoor
10 douohebaden f.1,50 bedraagt, to verhogen tot respectievelijk f-3,75 en
f.2,25. Bij deze nieuwe tarieven wordt dan evenals tot. ausver een reduc
tie van 255Ó verleend,
Aan de hand van de voorgestelde verhoogde tarieven en rekening hou
dende met de te verwachten afname van het aantal baden ramen wij de jaar
opbrengst in de toekomst op ongeveer f.9.500,--. +1
Onder mededeling dat de Financiële Commissie zich met. de voorgestel
de tariefsverhoging kan verenigen stellen wij U voor te besluiten overeen
komstig het hierbij gevoegde ontwerp-besluit.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.Ii.van der Heulen, Burgemeester,
de Jong, Secretaris.
Verzonden 7 juni 1961.
No. 7624.
DE RA-AD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester on Wethouders van 6 juni
1961 (bijlage no. 172);
BESLUIT
vast te stellen de volgende verordening:
VERORDENING op do heffing van
rechten voor hot gobruilc van
do Gemeentel!jke Badinrichting.
Aard der vergoeding.
Artikel 1
Voor hot gebruik maken van de Gemeentelijke Badinrichting worden
rechten geheven overeenkomstig de volgende bepalingen.
Vergoedingsplicht
Artikel 2.
Het recht is verschuldigd door degene, die gebruik maakt van de
Gemeentelijke Badinrichting.
Bedrag' dor vergoeding.
Artikel 5.
Het recht bediaagt. voor oen kuipbad voor eon douche
op maandag, woensdag on donderdag 0,50 0,30
op vrijdag cn zaterdag 0,60 0,35
voor eon knipkaart (niot geldig
op vrijdag on zaterdag)
voor 10 kuipbaden 3,75
voor 10 douohebaden 2,25
Artikel 4.
De krachtens doze verordening verschuldigde rechten worden bij
vooruitbetaling voldaan.
Inning-
Artikel 5-
1 De inning van de rechten geschiedt door of nations dc administra
teur dor Openbare Werken tegen afgifte van een kwijtingsbewijs
2. Het kwijtingsbewijs moet op eerste vordering van de mot do inning
belaste ambtenaar, alsmede aan do ambtenaren belast met het toe
zicht op de inning van de plaatselijke belastingen, worden getoond
of overhandigd.
"Invordering"