-49-
der Gemeentewet schriftelijk wordt gewaarschuwd, aan deze gemotiveerd
het voornemen tot de toepassing van evengenoemd artikel schriftelijk
medegedeeld. Tegen deze mededeling staat beroep open op de Gemeente
raad. Artikel ;3 is ten aanzien hiervan van overeenkomstige toepassing.
Artikel 127,
1. Het is verboden tussen twee openbare straten, die beide, of waarvan
dén van beide aan particulieren behoren, een versperring te plaatsen
of te hebben, welke het verkeer tussen die straten of in die straat
geheel of gedeeltelijk belemmert,
2, Dit verbod is niet van toepassing voor zover gehandeld wordt met
vergunning van Burgemeester en Wethouders en de daarbij door hen ge
stelde voorwaarden in acht worden genomen.
Artikel 128.
1. De tussenruimte, bedoeld in artikel 703 van het Burgerlijk Wetboek,
wordt bepaald op ten minste 0,20 m.
2. Het is verboden deze tussenruimte af te sluiten of op enigerlei wij
ze aan te vullen, onverminderd het bepaalde bij een door Burgemees
ter en Wethouders krachtens de Hinderwet verleende vergunning.
3. Het bepaalde in het tweede lid is niet van toepassing op schoorste
nen van woonvertrekken en keukens.
Artikel 129.
1Onverminderd het bepaalde in de verordening, regelende de verplich
ting inzake de nummering van gebouwen, is de eigenaar van een gebouw
verplicht toe te latens
a, dat aan dat gebouw van gemeentewege worden aangebracht toestellen
voor straatverlichting, zomede kentekenen en borden, betrekking
hebbende op het verkeer of op de brandweer, de waterleiding, de
luchtbescherming of andere gemeentelijke diensten;
b. dat tegen dat gebouw worden aangebracht schoren en dergelijke
constructiedelen, nodig in verband met de bouwvalligheid van een
in de nabijheid daarvan gelegen perceel of in verband met het
slopen of vernieuwen daarvan,
2. Het aanbrengen van schoren en dergelijke, bedoeld onder b van het
eerste lid, mag slechts geschieden, wanneer in acht worden genomen
de door Burgemeester en Wethouders vast te stellen voorzieningen
en gedurende een door hen te bepalen termijn.
Hoofdstuk VII.
Voorschriften betreffende het als woning in gebruik geven of nemen van
een gebouw, laatstelijk niet als woning gebezigd.
Artikel 130.
1Bij het krachtens enig zakelijk recht tot woning in gebruik nemen
of als eigenaar of in enige andere hoedanigheid tot woning in
"gebruik"