Vaststelling van het kostenbedrag als bedoeld in artikel 55 ter, le lid,
der Lager-onderwijswet 1920 over 1959
Bijlage no. 38. Leeuwarden, 17 februari 1961.
Aan de Gemeenteraad.
Ingevolge artikel 55 ter, le lid, der Lager-onderwijswet 1920 moet
de Gemeenteraad het bedrag bepalen, dat in 1959 is uitgegeven voor het
openbaar gewoon-, voortgezet gewoon- en uitgebreid lager onderwijs. Tevens
moet voor elk der genoemde soorten van onderwijs het bedrag worden vast
gesteld, dat voor 1959 met inachtneming van het werkelijk aantal leerlin
gen en het ingevolge artikel 55 bis per leerling bepaalde bedrag beschik
baar is gesteld voor het openbaar onderwijs en indien de hiervoren vermel
de bedragen verschillen, het bedrag van het verschil.
Wij merken hierbij op, dat de vaststelling van deze cijfers niet van
rechtstreeks belang is voor het openbaar onderwijs, doch slechts betekenis
heeft voor het bijzonder onderwijs, aangezien de vast te stellen bedragen
de grondslag vormen voor het bepalen van de aan de bijzondere schoolbe
sturen uit de gemeentekas toekomende exploitatievergoeding.
Op grond van de cijfers uit de voorlopige gemeenterekening over 1959
is de volgende berekening opgemaakt. Voor een nadere specificatie verv/ijzen
wij U naar de bij de stukken ter inzage gelegde staat.
g.l.o. v.g.l.o. u.l.o.
Kosten van instandhouding van
schoollokalen, alsmede van ter
reinen voor het onderwijs in
lichamelijke oefening f. 25.665,54 f- 5-056,86 f. 5-435,23
Onderhoud van schoolmeubelen,
aanschaffing en onderhoud van
schoolboeken, leermiddelen en
schoolbehoeften 60.785,26 9-829,64 26-517,20
Verlichting, verwarming en
schoonhouden van schoolge
bouwen 131.765,62 22.924,10 49-030,71
Kosten van schoolbibliotheken 2.775,31 755,87 1.642,82
Andere uitgaven ter verzeke
ring van de goede gang van
het onderwijs 12.543,10 2.862,83 3-441,75
Totaal f. 233-534^83 f. 41^42930__fi_861o67i71_
De uitgaven voor het openbaar gewoon lager-, het voortgezet gewoon
lager- en het uitgebreid lager onderwijs moeten nog worden verminderd met
onderscheidenlijk f.2.515,28, f. 2.865,57 en f.9.802,61 wegens opbrengst,
voortvloeiende uit de verhuur van schoollokalen voor particuliere lessen
en wegens de kosten van verlichting, verwarming enz., komende ten laste
van de middelbare handelsavondschool, de school tot opleiding van leid
sters bij het kleuteronderwijs en het in de Wissesdwingerschool onderge
brachte bureau van de schoolartsen.
"Het"