Bo. 3390 3. DE RAAD DER GEMEENTE LEEü'.TARDEü Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 8 maar 1961 (bijlage no. 59)5 BESLUIT: aan de Stichting tot oprichting en instandhouding van een of meer Christelijke scholen voor buitengewoon lager onderwijs voor Leeuwar den en omstreken, gevestigd te Leeuwarden, uit te keren een bedrag van f 20.650,93, onder bepaling, dat het van gemeentewege verlenen van jaarlijkse bijdragen, gelijk aan de rente en aflossing van de vastgestelde stichtingskosten van de school aan het Droevendal, het welk is gebaseerd op het raadsbesluit van 19 juli 1950, no. 6704, gerekend met ingang van 1 januari 1961 wordt gestaakt. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Vaststellen aantal wekelijkse lesuren vakonderwijs openbare scholen en toe kennen voorschotten bijzondere scholen voor v.g.l.o. en u.l.o., beide voor 1961 Bijlage no. 60. Leeuwarden, 8 maart 1961. Aan de Gemeenteraad. Ingevolge artikel 101bis, 1e lid, der Lager-onderwijswet 1920 bepaalt de Gemeenteraad, indien ten behoeve van een of meer openbare scholen onder scheidenlijk voor gewoon, voortgezet gewoon en uitgebreid lager onderwijs vakonderwijzers zijn aangesteld, elk jaar voor elke daarvoor in aanmerking komende soort van scholen het aantal wekelijkse lesuren, gedurende hetwelk vakonderwijs zal worden gegeven. Dit aantal wordt berekend door deling van het totaal aantal per week te geven uren vakonderwijs door het volgens artikel 28 der wet verplichte aantal onderwijzers aan die scholen. Bij het openbaar gewoon lager onderwijs wordt geen vakonderwijs gege ven. Aan de drie gemeentelijke scholen voor voortgezet gewoon lager onderwijs bedraagt het aantal wekelijkse lesuren vakonderwijs in totaal 122. Het aan tal verplichte leerkrachten is 21. Het aantal wekelijkse lesuren per leer kracht bedraagt dus 122 21 is 5 17/21. Aan de drie openbare scholen voor uitgebreid lager onderwijs "bedraagt het aantal wekelijkse lesuren vakonderwijs in totaal 223 1/3 en het aantal ver plichte leerkrachten 51 Eet aantal wekelijkse lesuren per leerkracht be draagt hier dus 223 13 51 is 4 58/153- De besturen van de gelijksoortige bijzondere scholen kunnen voor 1 961 voor- beloning van hun vakleerkrachten aanspraak maken op een vergoeding uit de ge meentekas, welke wordt bepaald met inachtneming van bovenbedoelde getallen wekelijkse lesuren, het getal verplichte leerkrachten aan hun scholen en een beloning tot een bedrag, waarop de vakonderwijzers aanspraak zouden hebben gemaakt, indien zij in dienst der gemeente waren. De daarvoor in aanmerking komende besturen van de bijzondere scholen voor voortgezet gewoon en uitgebreid lager onderwijs hebben gebruik gemaakt van de hun bij artikel 101bis, 5e lid, der wet geboden gelegenheid op voren bedoelde vergoeding een voorschot aan te vragen. Dit voorschot wordt op ge lijke wijze berekend als de definitieve vergoeding, terwijl na afloop van het kalenderjaar de afrekening met de schoolbesturen plaats vindt onder overlegging van de nodige bewijsstukken. Op grond van het vorenstaande geven wij U in Overweging te besluiten overeenkomstig het hierna opgenomen ontwerp. Burgemeester en V.'ethouders van Leeuwarden, A.A.M.van der Heulen, Burgemeester. de Jong, Secretaris. Verzonden 11 maart 1961.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1961 | | pagina 83