p. de verkopers zijn tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die
wegens uitwinning;
epartijen doen afstand van het recht om op grond van het bepaalde bij
de artikelen lj502 en 1303 van het Burgerlijk Wetboek of op enige ande
re grond ontbinding van de koopovereenkomst te vragen;
alle eventueel aan de tegenwoordige pachters van het gekochte toekomen
de vergoedingen wegens mogelijke pacht- en/of vruchcderving, bedrijfs
schade of van welke andere aard ook, uit de koopovereenkomst of de
daarmede annex zijnde exploitatieplannen van de gemeente Leeuwarden
voortvloeiende, komen gehee7 ten laste van de gemeente Leeuwarden;
8. alle op de eigendomsoverdracht vallende kosten, alsmede de kosten van
de verrichte taxaties komen voor rekening van de gemeente Leeuwarden;
II. de onder I genoemde percelen onder te brengen in het Grondbedrijf.
Aldus vastgesteld In de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris
Verpachten landerijen, gelegen ten noorden van het Schapendijkje, aan S. de
Jong.
Bijlage no. 357. Leeuwarden, 7 december 1961.
Aan de Gemeenteraad.
In verband met de plannen om in samenwerking met de Coöperatieve Vereniging
tot aankoop en bewerking van landbouwbenodigdheden voor Friesland (C.A.F.) een
voorbeeld-pluimveebedrijf te stichten op de ten noorden van het Schapendijkje,
alhier, gelegen terreinen, heeft de heer S. de Jong ons verzocht te willen be
vorderen, dat deze terreinen, die reeds sedert 1 maart 19^9 bij ben in gebruik
zijn, voor een langere termijn aan hem worden verpacht.
De opzet van een modern pluimveebedrijf is nogal kapitaal-intensief en het
doen van een investering van vrij grote omvang is niet verantwoord, indien het
gebruik van de grond slechts voor een betrekkelijk korte tijd verzekerd is.
De terreinen, welke de heer De Jong van de Gemeente in pacht heeft, zijn
op de bij de stukken ter inzage gelegde tekening rood- en blauwomlijnd aange
geven. De laatste pachttermijn is reeds geëindigd op 1 maart jl. De pachtsom
bedroeg 650,-- per jaar.
Wij hebben tegen het opnieuw verpachten van deze terreinen geen bezwaar.
Voor dit gebied geldt geen uitbreidingsplan, terwijl ook de vaststelling van
een zodanig plan niet wordt voorberei; Een noordoostelijk gedeelte (op de teke
ning blauwomlijnd) is evenwel gelegen aan de noordzijde van de Noorderbegraafr
plaats In verband met. een mogelijke uitbreiding van de begraafplaats in deze
richting achten wij het niet wenselijk dit perceelsgedeelte voor langer dan
drie jaren te verpachten. Tegen her "'-.'pachten van het resterende gedeelte
(roodomlijnd) voor een periode van 20 jaren bestaan naar onze mening geen beden
kingen. De pachtsom kan worden gehandhaafd op een bedrag van 650,-- per jaar.
Overigens achten wij het wenselijk in de te sluiten nieuwe pachtovereenkomst
uitdrukkelijk te doen uitkomen, dat de pachter ter bede mag overgaan tot het
plaatsen van opstallen op het gepachte, welke opstallen bij hoe einde van de
pacht voor zijn rekening van het terrein moeten worden verwijderd zonder dat de
pachter terzake enig recht op schadevergoeding kan doen gelden.
Nadat de pachter had verklaard zich met een verpachting als bovenomschre
ven te kunnen verenigen, hebben wij in verband met het bepaalde in artikel 7
van de Pachtwet een ontwerp-pachtovereenkomst ter goedkeuring aan de Grondkamer
toegezonden. Zoals uit de bij de stukken overgelegde beslissing d.d. 17 oktober
jl. blijkt, heeft de Grondkamer deze ontwerp-overeenkomst goedgekeurd.
Op grond van het vorenstaande geven wij U in overweging te besluiten over
eenkomstig het hierna afgedrukte concept.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van der Meulen, Burgemeester.
de Jong, Secretaris
Verzonden 8 december 19ÓI