-.1,^ Krh
3
- 2 -
tussen het Openhaar Lichaam en de Naamloze Yennootschap de Nationale Gas
maatschappij te s~Gravenhage
Artikel 2.
De deelnemers vorhinden zich bij deze ieder voor zichzelf jegens het
Openbaar Lichaam tot het in voorkomende gevallen en in overleg met het
Openhaar Lichaam gebruik te naken van de rochtcn, die zij eventueel aan hc
in artikel 1 bedoelde contract kunnen ontlenen.
Artikel 3.
1De deelnemers verbinden zich bij deze ieder voor zichzelf jegens hot
Openbaar Lichaam tot het nemen van zodanige maatregelen, dat het Open
baar Lichaam in staat is zijn, uit het in artikel 1 bedoelde contract
voortvloeiende verplichtingen tegenover de N.V. Nationale Gasmaatschap
pij na te komen.
2. Het Openbaar Lichaam verbindt zich bij deze jegens elke deelnemer tot
het plegen van overleg met dezen ontrent de aard en de omvang van do
maatregelen, als in het eerste lid bedoeld, alsmede ontrent het tijd
stip, waarop zij genomen moeten worden.
3. Het Openbaar Lichaam is gerechtigd om, indien hot in het tweede lid
genoemde overleg niet tot bevredigende uitkomsten leidt, het nemen
van maatregelen, als bedoeld in het eerste lid, van één of meer deel
nemers, te vorderen, aan welke vordering de betreffende deelnemer(s)
met de meeste spoed voldoet (voldoen).
Artikel 4-
1. Deze overeenkomst wordt aangegaan voor onbepaalde tijd.
2. Een contractant is van zijn verplichtingen, uit deze overeenkomst
voortvloeiende, bevrijd met ingang van de dag, waarop hij ophoudt deel
nemer in hot Openbaar Lichaam te zijn.
Zwo 1 le
De deelnemer!
Het Openbaar Lichaam,
Onteigening van gronden, gelegen tussen de Dokkumer Ee en de Groninger
straatweg.
Bijlage no. 182. Leeuwarden, 19 juni 191
Aan de Gemeenteraad
Haar aanleiding van een voorstel onzerzijds van 13 augustus 1960
(bijlage no. 201) heeft Uw Raad op 24 augustus 196O besloten ten name van
de gemeente Leeuwarden te onteigenen het perceel, kadastraal bekend ge
meente Leeuwarden, sectie p, 110. 2025, alsmede gedeelten van de percelen,
kadastraal bekend alsvoren nos 5444 en 946 en sectie H, no. 926.
De bedoelde percelen zijn gelegen ten noorden van de bestaande bebouwing,
tussen de Dokkumer Ee en de Groningerstraatweg. Het nomen van een besluit
tot onteigening van deze gronden was noodzakelijk teneinde uitvoering te
kunnen geven aan een ontworpen bouwplan, als bedoeld in artikel 10, lie"
1, sub 2e. van de Y/ederopbouwwetstrekkende tot leniging van de woning
nood
Kaderhand zijn mot de eigenaren van de betrokken percelen nogmaals
onderhandelingen gevoerd om te trachten de benodigde grond langs minne
lijke weg en tegen een aannemelijke prijs voor de Gemeente in eigendom
te verkrijgen. Zulks heeft tot resulaat gehad, dat wij U op 15 maart jl.
(bijlage no. 85) konden voorstellen de percelen, kadastraal bekend ge
meente Leeuwarden, sectie P, no. 2025, 5444 cn 946 aan te kopen. Uw Raad
besloot overeenkomstig ons voorstel op 22 maart 1961
Wij kunnen U thans mededelen, dat hot laatstbedoelde besluit de op
grond van artikol 228 dor Gemeentewet vereiste goedkeuring van Gedepu
teerde Staten van Pricsland heeft verkregen, zodat de eigendomsoverdracht
aan de Gemeente zal kunnen plaats hebben.
In verband net hot vorenstaande dient het ontcigoningsbcsluit van Uw
Raad van 24 augustus 1960, no. 10675i te worden horzien cn wol in die:
voege, dat dit besluit niet van toepassing is op do percelen, kadastraal
bekend gemeente Leeuwarden, sectie nos. 2025, 5444 on 946.
Wij geven U dan ook in overweging te besluiten overeenkomstig hot
hierbij gevoegde ontwerp.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarder,
J. Tiokstra, 1-Burgemeester
do Jong, Secretaris
Verzonden 2p juni 19b1.