Toekenning van voorschotten op vergoedingen stichtingskosten, kosten van huur en exploitatiekosten voor bijzondere kleuterscholen over het jaar 1962 Bijlage no. 9J. Leeuwarden, 27 maart 196 2 Aan de Gemeenteraad. Krachtens het bepaalde in artikel 126 der Kleuteronderwijswet kunnen schoolbesturen, die vóór 1 januari 1956 gestichte kleuterscholen in eigendom hebben, aanspraak maken op een vergoeding in de stichtingskostenHet bedrag van deze vergoeding wordt bepaald aan de hand van bij Algemene Maatregel van Bestuur vastgestelde regelen. Voor 1962 en volgende jaren dient het "Besluit Stichtingskosten kleuterscholen 1961" te worden toegepast, welk besluit in de plaats is getreden van het "Besluit Stichtingskosten Kleuterscholen", daterend van 1959- Bij het thans geldende besluit zijn de Gemeenten opnieuw in klassen ingedeeld (Leeuwarden Je klasse) en beïnvloeden het bouwjaar van de lokalen, het al of niet aanwezig zijn van een centrale verwarming en de wijze van fundering het bedrag der vergoeding. Indien de Gemeente in de stichtingskosten van de school heeft bijgedragen, wordt, ingevolge het Je lid van art. 126 van genoemde wet, de berekende vergoeding, in overleg tussen het schoolbestuur en ons Colle ge, op een lager bedrag vastgesteld. Laatstbedoelde bepaling is op een tweetal scholen van toepassing. Krachtens het bepaalde in art. 12? der Kleuteronderwijswet wordt aan schoolbesturen, die op 1 januari 1956 lokalen in huur hadden, het daarvoor ver schuldigde bedrag vergoed. Jaarlijks wordt door de Minister van Onderwijs, Kunsten en 'Jetenschappen bij beschikking een bedrag vastgesteld, waarmede ie huursom per lokaal dient te worden verminderd indien de kosten var. instandhouding der lokalen, met uitzon dering van de geringe en dagelijkse reparaties als bedoeld in artikel 1619 van het Burgerlijk Wetboek, niet ten laste van het schoolbestuur komen. Voorts kan ons College, indien de huursom te hoog gesteld is, die som terugbrengen tot het bedrag dat naar ons oordeel met de normale huurwaarde overeenkomt De schoolbesturen ontvangen in de z.g. materi'éle exploitatiekosten krach tens art. 7J eerste lid der Kleuteronderwi jswet vergoedingen per lokaal en per kleuter naar bedragen die jaarlijks door de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen worden vastgesteld. De vergoeding per lokaal strekt ter bestrij ding van de kosten van onderhoud van de schoolgebouwen en de kosten van ver lichting, verwarming en schoonhouden. De vergoeding per kleuter strekt ter bestrijding van: a. de kosten van onderhoud van schoolmeubelen, het ontwikkelingsmateriaal, de hulpmiddelen en de schoolbehoeften; b. de kosten van aanschaffing van ontwikkelingsmateriaal, hulpmiddelen en schoolbehoeften, voor zover die aanschaffing strekt ter vervanging van ont wikkelingsmateriaal en hulpmiddelen, die ten gevolge van langdurig gebruik niet meer kunnen worden gebruikt of tot aanvulling van de voorraad van schoolbehoeften in verband met de vermindering door gebruik; c. alle andere uitgaven ter verzekering van de goede gang van het onderwijs. Voor het jaar 1961 zijn deze bedragen vastgesteld op 9^0,-- en 800,-- per lokaal, naar gelang de Gemeente behoort tot de eerste dar. wel derde klasse (Lekkum) en op 12,80 per kleuter. Do bedragen van de aan de besturen var. de bijzondere kleuterscholen toe te kennen vergoedingen worden van Rijkswege aan de Gemeente uitgekeerd. De besturen van de in deze C-emeente gevestigde bijzondere kleuterscholen hebben verzoeken ingediend voorschotten op bovenomschreven vergoedingen te mo gen ontvangen. Voor borgstelling is zorggedragen. De bedragen van do vergoeding der exploitatiekosten por lokaal en per kleuter zijn voor het jaar 1962 nog niet vastgesteld, zodat wij U voorstellen de betreffende voorschotten tc berekenen met toepassing van de normbedragen voor 1961

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1962 | | pagina 187