Wethouder van Openbare Werken or nadrukkelijk opgewezon, dat in de
plannen van de H.V. praktisch geen rekening is gehouden met de ie
hoefto aan parkeerruimte, welke bij een dergelijk object - nu rood
doch in do toekomst stellig in nog sterker mate - niet genist kan
worden. Hét gevolg daarvan zal zijn, dat de omliggende straten voo:
het parkeren van motorvoertuigen zullen moeten worden gebezigd, ae1
alle bezwaren, welke daaraan verbonden zijn.
Wij menen te moeten stellen, dat het gemeentebestuur bij het
ontwerpen en vaststellen van stedebouvzkundige plannen verplicht i;
na te gaan, welke gevolgen verbonden kunnen zijn aan het realisero:
van de bij die plannen gegeven bestemmingen en dus ook moet beoori-
len, of het realiseren van bepaalde plannen met het oog op andere
belangen mogelijk zal zijn. Bovendien heeft het gemeentebestuur zs;
te beoordelen, of in het algemeen belang aan een andere bestemming
dan een door een belanghebbende gewenste, de voorkeur dient te wcri
gegeven. Wij hebben reeds meermalen betoogd, dat het blijven bestas
van oen parkeerruimte op een zo centraal gelegen plaats ui", ormate
belangrijk is. In dit verband merken wij nog op, dat op het Jacob
Catsplein, nadat do bebouwing overeenkomstig het vastgestelde uit
breidingsplan zal zijn gerealiseerd, nog ruimte overblijft voor hei
parkeren van 125 auto's.
Ad.bOok liet standpunt, dat vergroting van de beschikbare ruimte in de
richting van de Tesselschadestraat en door amovering van de bebou
wing aan de Elizabethstraat mogelijk is kunnen wij niet delen. Het
terrein, gelegen tussen het Jacob Catsplein en do Tesselschadestra:
is ingevolge het door Gedeputeerde Staten goedgekeurde gedeelte va
het uitbreidingsplan bestemd voor gebouvzen voor bijzondere doeleind
Voor dit terrein is een ernstige gegadigde en do onderhandelingen
omtrent de overdracht, van dit terrein verkeren reeds in een verge
vorderd stadium. Wij achten het bepaald onjuist, dat Gedeputeerde
Staten, nadat zij aanvankelijk net de aan dit terrein gegeven be
stemming akkoord zijn gegaan, thans te kennen geven, dat aan dit tc
rein beter een andore bestemming kan worden gegeven en dit motief
mede gebruiken om aan de bestemming van een aangrenzend terrein
goedkeuring te onthouden.
Afgezien daarvan lijkt ons do aanv/ezigheid van een openluchtta
onmiddellijk aan een drukke straat allesbehalve aantrekkelijk, lovc:
dien zijn vdj van mening, dat, gezien de toestand van o bebouwing
aan do Elizabethstraat en mode gelet op de nog steeds oostaando wo
ningnood, aan amove ring daarvan nog niet kan vzorden gedacht.
In het bozwaarschrift van de H.V. Leeuwarder Overdekt Zwembad togen
het ontvzorp-uitbreidingsplan v/ord ook de aantasting van de "groene
long" als oen bczvze.ar aangevoerd. In ons voorstel van 9 november
I960 zijn wij hierop uitvoerig ingegaan en Y/ij mogen U kortheids
halve daarnaar vervzijzon. Van een wezenlijke aantasting van de be
doelde groene long is geen sprake. Hot bestaande Jacob Catsplein zó!
door de in hot uitbreidingsplan geprojecteerde bebouwing slechts in|
geringe mate izorden verkleind, liet overblijvende gedeelte van dit
plein net de daarop aan te brongen boombeplanting en het bestaande
sportterrein kunnen zok. r als een voortzetting van de groene long
Y/orden aangemerkt.
Dat de behoefte aan zvzemgclogenheid door het tot stand komon van hei
zwembad nabij "»t Nijl&n" nog niet volledig zal zijn gedekt, vzillcn
wij geenszins bestrijden. Wij norken echter op, dat hot genoemde
zwembad niet het enige is, dat ton behoeve van do invzoners van Leeu
warden wordt aangelegd. Het is U bekend, dat onlangs een begin is
gemaakt met do aanleg van het recreatiegebied "De Kleine Wielen".
Hierin zal tevens een zwembad v.orcen gebouwd, met de uitvoerin; var.
welk Y/erlc wordt begonnen, x .ra de daarvoor ingevolge artikel 17 de:
Wederopbouv/vzet vereiste rijksgoedkouring is verloend. Dit bad zal
eveneons oen groot deel van do ongetY/ijfeld bestaande behoefte aan
zwemgelegonheid opvangen. Maar ook al zou door deze teido moderne
ZYzembadcn niet volledig in de behoefte kunnen vzorden voorzien, dan
mag daaraan onzes inziens niet de conclusie yo rden verbondon, dat
een dorde oponluchtbad op het Jacob Catsplein op do juiste plaats zal
liggen. Ua het gereedkomen van hot viaduct over het spoorvzcgonplacc-
mont zal hot oponluchtbad nabij 1111 Nijl&n" voor de beYzoners van het
noordwestelijke stadsdeel zeer gemakkelijk bereikbaar zijn. Wij zijn
dan ook van mening, dat het allerminst goYzonst is een eventueel
derde oponluchtbad te stichten op een zo geringe afstand van hot go-
noemde ZYzenbad, en op een terrein, dat wat betreft ligging en groot
te niet voldoet aan de huidige eisen. Naar onze mening zal een derde
openluchtbad veeleer moeten vzorden aangelegd, hetzij in het noorde
lijke dan vzel het oostelijke gedeelte van de stad.
Uit het vorenstaande moge blijken, dat wij van mening zijn, dat de
ovorvzegingen, vzaarop Gedeputeerde Staten hun goedkeuring aan een doel van
het uitbreidingsplan hebben onthou len, deze beslissing niet kunnen dragen
en vzij zijn dan ook van oordeel, dat er alle aanleiding is tegen het be
sluit van Gedeputeerde Staten bij Hare Majesteit de Koningin beroep in te
stellen
Ingevolge artikel 3S van de Woningwet kan door Uyz Raad bij vzoigoring
van de goedkeuring binnen een maand na de beslissing van Gedeputeerde Sta
ten beroep als bovenbedoeld vzorden ingesteld. Blijkens constante jurispru
dentie moet doze bepaling zodanig .orden geïnterpreteerd, dat do genoemde
termijn aanvangt op de dag na de verzending van die beslissing. De desbe
treffende beslissing is op 19 december j.l. ontvangen. "Jvz Raad kan derhal
ve in zijn eerstvolgende vergadering nog tijdig besluiten in beroep te
gaan.
Op grond van het bovenstaande geven vzij U in overvzeging te besluiten
tot het instellen van beroep bij H.lf.do Koningin tegen het besluit van
Gedeputeerde Staten van 4 december 1961, afd. 1, no. 23.1, voor wat betreft
het onthouden van goedkeuring aan Let noordoostelijke gedeelte van het uit
breidingsplan "Wilholminabaan"
Burgemeester en Wethouders van Lceuwaz.den,
A.A.M.van der Moulen, Burgemeester.
de Jong, Secretaris.
Verzonden 3 januari 1962.