Onder mededoling, dat do Pinanciöle Commit t
stollen wij U voor do gemeontcbogrotinw cnT~W™tï "«««te kaa verenigen
voor hot dienstjaar 1961 te wilzinnn „1™ 1, °fr°tinS van bot Grondbedrijf
worp-bos luit on«J^gen overeenkomstig do tor inzage gelogde ont.
Burgomoostor en Wethouders van Leeuwarder,
A.A.M. van der Meülén, Burgófiooste
do Jong, Secretaris.
zonden 3 januari 1962.
Beroep van do firma Gobr. Adema to Goixtum tegen de weigering van een bouwver
gunning
Bijlage no. 14. Loouwardon, 3 januari 1962.
Aan dc feneenteraad.
Bij schrijven van 24 november .ooft do firma Gobr. Adema te C-outum
bij Uw Raad beroep ingesteld togen ons besluit van 2 november 19Gl, no. B 1498,
waarbij wij op haar verzool: om vergunning voor het bouwen van oor. borgloods
achter het perceel Wergoastordyk 14 te Ooutum afwijzend hebben beschiktGe
noemd schrijven alsmede ons bovengenoemd boslu.it met bijboliorendo stukken lig
gen voor U tor inzage.
Ingevolge artikel 24, eerste lid, van de Bouwverordening van Lccuwardera-
deol, welke verordening in dit geval van toepassing is, moet het beroep tegen
do weigering van een bouwvergunning bij do Gemeenteraad worden ingesteld binnen
30 dagen na verzending van oen afschrift van die beslissing. Op 8 november 1961
is een afschrift van ons bovengenoemd besluit aan appellante toegezonden, zodat
hot beroepschrift tijdig is ingediend en appellante derhalve in haar beroep
moet worden ontvangen
Terzake van deze aangelegenheid delen wij U mede, dat een ambtenaar van
de dienst van het Bouw- en Woningtoezicht begin oktober 1961 constateerde, dat
aan de westzijde van een bestaande timmerwerkplaats oen bergloods in aanbouw
was, waarvoor geen bouwvergunning was verleend en zelfs niet was aangevraagd.
Deze ambtenaar hoeft dc firma er op gewezen, dat het bouwen zonder de vereiste
vergunning verboden is Daarop heeft de firma alsnog vergunning voor do bouw
van de bedoelde bergloods aangevraagd. Zoals U uit do ter inzage gelogde stuk
kon moge blijken, is de loods inmiddels afgebouwd.
De grond, waarop dc loods is gebouwd, is ingevolge het tor plaatse geldon-
de uitbreidingsplan voor het grootste gedeelte bestemd voor woningbouw cn voor
een klein gedeelte voor agrarische doeleinden. Het bouwplan is derhalve in
strijd met hot vigerende uitbreidingsplan, zodat de vergunning op grond van ar
tikel 6, eerste lid sub a, der Woningwet moest worden geweigerd.
In haar tot Uw Raad gericht schrijven beroept appellante zi h n hot feit,
dat wij in 1958 met toepassing van artikel 20 der Wodoropbouwwot medewerking heb
ben verleend voor do bouvi van 7 woningen en een timmerwerkplaatsDaartegenover
merken wij echter op, dat het in 1958 genomen besluit onkel betrekking heeft op
één bepaald geval en dat dit besluit allerminst kan dienen ais rechtvaardigings
grond voor do clandestiene bouw van oen ander bouwwerk. Overigens brangtappel
lante in casu do toepassing van oen wettelijke bepaling in het geding voer de
toepassing waarvan Uw Raad niet competent is
Aangezien verder geen gronden zijn aangevoerd, waaruit de onjuistheid van
onze beslissing zou moeten worden afgeleid, geven vrij U in overweging het beroep
ongegrond te verklaren.
Ter voldoening aan hot bepaalde in artikel 24, vijfde lid, van de Bouw
verordening van Lccuwardcradool, is appellante In de gelegenheid gesteld het be
roepschrift mondeling toe te lichtenHet procos-verbaal van de daartoe gehou
den zitting ligt voor U bij dc stukken ter inzage. Op deze zitting zijn geen
nieuwe gezichtspunten naar voren gekomen.
Burgemeester cn Wethouders van Leeuwarden,
A.A.M. van dor Meulcn, Burgemeester.
dc Jong, Secretaris.
Verzonden 3 januari 1962,