No. 1025
BE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het ingewonnen rechtskundige advies van Mr. R.Romer, ai
caat cn procureur, alhier;
gelezen het voorstel van Burgemeester en "Wethouders van 24 jar:;
ri 1965 (bijlage no. 36);
gelet op de artikelen 177» 228 en 233 van de Gemeentewet;
BESLUIT
I. voorzover nodig tot het voeren van een rechtsgeding door het in
stollen van een eis in rechten bij de Rechtbank in het Arrondis
ooment Leeuwarden, inzake de onteigening ten name van de gemeerd
Loou-.varden van de in het Koninklijk besluit van 23 juli 1962,
no. 22, onder de nummers van het grondplan 1, 5e> 20, 23, 25,
34, 39, 4r), 41, 42, 44 en 45 vermelde percelen en perceelsge-
Gcclten van de hierachter genoemde rechthebbenden of hun recht
verkrijgend en
II. de behandeling van de onder I bedoelde rechtsvordering zo nodig
voort to zetten in cassatie:
III. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden te machtigen om bij de
dagvaarding van de onder I genoemde rechthebbenden of hun recht
verkrijgenden toekenning van het recht tot voorlopige inbezitne
ming, als bedoeld in de artikelen 54a en volgende van de Onteige
ningswet, van de te onteigenen percelen en perceelsgedeelten te
verzoeken.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
Voorzitter.
Secretaris.
Verordening regelende het presentiegeld voor de leden van stembureaus.
Bijlage no. 37. Leeuwarden, 24 januari 196 5-
Aan de Gemeenteraad.
Bij besluit van Uw Raad d.d. 30 juni 1948 (Gen. blad 1948, no. 1l)
is vastgesteld de "Verordening, regelende het toekennen van een presen
tiegeld aan de leden van de stembureaus voor de verkiezing van leden
van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, van de Provinciale Staten er
van "0 Gemeenteraad".
Krachtens artikel 1 van deze verordening kan een presentiegeld
slechts vrorden toegekend in geval van inkomstenderving. Volgens artikel 2
heeft ons College te beoordelen wie voor presentiegeld in aanmerking: ko
men.
Boze beoordeling kan uiteraard slechts geschieden indien zijdie
voor oen presentiegeld in aanmerking wensen te komen, de bedoelde inkom
stenderving aantonen. Het komt ons voor, dat een dergelijke voorwaarde
voor het verwerven van presentiegeld niet past bij de vrijwilligheid,
waarmoe de betrokken ingezetenen zich beschikbaar stellen en de burger
zin, die veelal aan het aanvaarden van een benoeming tot lid van een stem
bureau ten grondslag ligt. Y/ij menen dan ook dat het presentiegeld zon
der moer aan de stembureauleden dient te worden toegekend. Opgemerkt
wordt nog, dat de leden van de stembureaus tijdens de zitting zelf voor
de nodige verversingen e.d. zorgdragen.
Voorts zijn wij van oordeel dat er voldoende aanleiding is het roods
in 1948 vastgestelde presentiegeld te verhogen. Mede gelet op hetgeen
elders en bij andere gelegenheden gebruikelijk is achten wij een presen
tiegeld van f. 15,-- gerechtvaardigd.
I;i verband met de op 15 mei a.s. te houden verkiezingen zouden wij
de nieuwe verordening op 1 april a.s. willen doen ingaan.
Y/ij adviseren U te besluiten overeenkomstig het bijgevoegde ontwerp
besluit.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
A«A.M.van der Heulen, Burgemeester.
de Jong, Secretaris.
Versenden 1 februari 1963-