De vooruitzichten met betrekking tot het aantal in het komende jaar gereedkomende lokalen zijn dan ook bepaald ongunstig. Voor 1964 en volgende jaren staat nog steeds een groot aantal plannen voor de bouw van scholen op stapel, terwijl van een aantal van de ze plannen de uitvoering onmiddellijk ter hand zou kunnen worden genomen, wanneer de benodigde rijksgoedkeuring zou worden verstrekt. Voor de afgifte van een rijksgoedkeuring voor de bouw van lagere- en kleuterscholen moet thans reeds met een wachttijd van 1-g- tot 2 jaar rekening worden gehouden, hetgeen het voeren van een doel treffend beleid op het terrein van de scholenbouw wel bijzonder moeilijk maakt. De nadelige gevolgen van deze siutatie doen zich nog het meest schrijnend gevoelen bij het buitengewoon lager onderwijs, waar de huisvesting van de bijzondere school voor kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden, van de openbare school voor debielen en van de ProtChristelijke school voor imbecielen zeer te wensen overlaat. Ook bij het gewoon lager- en hot kleuteronderwijs in de nieuwe stadswijken is door het tekort aan schoolruimte lang zamerhand een noodsituatie ontstaan. In het oostelijk stadsdeel moest reeds een aantal lokaliteiten bij kerkgebouwen voor het ge woon lager onderwijs in gebruik worden genomen, terwijl een groot aantal kleuters door het ontbreken van lokaalruimte geheel van kleuteronderwijs verstoken moet blijven. Ook in het zuidwesten van de stad kan het gewoon lager onderwijs slechts door proviso rische maatregelen voortgang vinden, terwijl hier eveneens een groot aantal kleuters niet tot een kleuterschool kan worden toegelaten. Tenzij er op korte termijn een verruiming van de afgifte van urgentieverklaringen en rijksgoedkeuringen voor scholenbouw zou plaatsvinden, menen wij te moeten verwachten, dat bij de voort gaande stadsuitbreiding de moeilijkheden voor de huisvesting van het onderwijs nog zullen toenemen. Uiteraard blijven wij er echter steeds op bedacht binnen het kader van de voorhanden zijnde moge lijkheden de belangen van het onderwijs zo goed mogelijk te be hartigen. Ook ten aanzien van de bestaande schoolgebouwen blijft er nog steeds veel te wensen over. Aangezien vervanging van oude school gebouwen vooralsnog niet mogelijk zal zijn, blijft het streven er op gericht de bestaande gebouwen, voorzover deze voor onderwijs doeleinden dienst zullen blijven doen, in een zo goed mogelijke staat te brengen en waar mogelijk te verbeteren. Ten aanzien van de scholen, die zich voor verbetering lenen, zullen, zodra - 22 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1963 | | pagina 298