Verstrekken van een geldlening aan de NV. Kocpmans Meelfabrieken alhier.
Bijlage no. 154* Leeuwarden, 23 april 1963.
Aan de Gemeenteraad.
In het aan Uw Raad overgelegde ontwerp van een structuurplan voor
de binnenstad van Leeuwarden is onder meer de gedachte neergelegd het
westelijke gedeelte van het Vliet en de Oosterstadsgracht voor het scheep
vaartverkeer te sluiten, al of niet gepaard gaande met demping van het
vaarwater.
De afsluiting voor de scheepvaart van het Vliet e?i de Oosterstadgracht
wordt door ons College al geruime tijd bestudeerd, mede in verband met
de te nemen beslissing over het al dan niet beweegbaar maken van de brug
in de oostelijke sector van de ringweg (Poppebrug), de noodzaak van ver
betering van de walmuren langs het Vliet en de vernieuwing van de brug
over de Oosterstadsgracht. Eén van de vele aspecten, die bij dit vraag
stuk moeten worden onderzocht betreft de financiële gevolgen voor de
aan het Vliet en de Oosterstadsgracht gevestigde bedrijven, waarvoor de
ligging aan vaarwater van belang is.
Hoewel wij ons steeds op het standpunt hebben ges ;eld dat de Gemeente
bij opheffing van de vaargelegenheid juridisch geen verplichting heeft
de daardoor gedupeerde bedrijven schadeloos te stellen, zijn wij toch
van oordeel dat een behoorlijk bestuur vereist dat met de belangen van
gedupeerde bedrijven zoveel mogelijk rekening moet worden gehouden en
dat het verlenen van een tegemoetkoming in de door de overheidsmaatrege
len te lijden schade in voorkomende gevallen overwogen moet worden. Met
de daarvoor in aanmerking komende bedrijven hebben wij dan ook reeds
contact opgenomen teneinde na te gaan, welke de financiële gevolgen zou
den zijn wanneer Uw Raad te zijner tijd zou besluiten de vaargelegenheid
op het Vliet en de Oosterstadsgracht op te heffen.
Een van de aan het Vliet gevestigde bedrijven, voor wie de ligging
aan vaarwater van belang is, is een vestiging van de N.V. Koopmans Meel
fabrieken. De directie van genoemde N.V. heeft ons meegedeeld, dat het
fabriekscomplex aan het Vliet, waarin vanaf 1876 meelsoorten worden ver
vaardigd voor de bakkerijen, ondanks uitbouw en verbouwingen, niet meer
aan de tegenwoordige eisen voor een moderne bedrijfsvoering voldoet.
De directie heeft al lang uitgezien naar een plaats van vestiging die,
naar de directie schrijft, alle voordelen biedt voor gunstige aan- en
afvoer van grondstoffen en eindproducten en daarbij de nadelen zou missen
die rondom het Vliet zijn gegroeid als gevolg van veranderingen, die
sedert de vestiging in 1876 zijn opgetreden. Daarbij is uiteraard ook
overwogen om de meelfabriek te verplaatsen naar een andere provincie,
b.v. naar Groningen (kortere aanvoerlijnen grondstoffenof naar het wes
ten van het land (kortere afvoerlijnen eindproducten). Het verheugt ons
daarom dat de directie van de N.V. in beginsel besloten heeft haar ver
bondenheid met Leeuwarden te continueren en het bedrijf van het Noordvliet
te verplaatsen naar de De Merodestraat
De directie van genoemde N.V. heeft zich nu tot ons College gewend
met het verzoek te bevorderen, dat de Gemeente aan de N.V. voor de finan
ciering van het te verplaatsen bedrijf een lening, groot f.900.000,—
verstrekt, af te lossen in 10 jaarlijkse termijnen en voorts tegen nader
overeen te komen voorwaarden.
De N.V. Koopmans Meelfabrieken is een zgn. gesloten N.V.dat wil
zeggen dat de aandelen van deze N.V» op naam van bepaalde personen staan
en geen beursnotering hebben. Voor plaatsing en uitbreiding van het
aandelenkapitaal is een dergelijke N.V. aangewezen op een min of meer
beperkte kring van aandeelhouders, zulks in tegenstelling tot de zgn.