No. 15389.
DE HMD DEH GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen een op 1 november j.l. ingekomen aanvrage van het bestuur
der Vereniging voor Christelijk Schoolonderwijs alhier, om gelden uit
de gemeentekas te mogen ontvangen voor de aanschaffing van meubilair
en hulpmiddelen, alsmede van een stencilmachine ten behoeve van de
administratie van de onder zijn beheer staande scholen;
overwegende, dat de door het schoolbestuur ten behoeve van de school
administratie aangevraagde kantoorinventaris geacht kan worden te behoren
tot de hulpmiddelen, voor welker aanschaffing krachtens artikel 72 der
Lager-onderv/ijswet 1920 medewerking kan worden gevraagd;
dat, nu het schoolbestuur 11 scholen exploiteert, door inwilliging
van de aanvrage de normale eisen, aan het geven van lager onderwijs te
stellen, niet zullen worden overschreden:
dat de aanvrage voldoet aan de in artikel 73 dor 'Wet gestelde eisen:
gelet op het advies van Burgemeester en Wethouders d.d. 21 november
1963 (bijlage no. 342);
BESLUIT
de gevraagde medewerking te verlenen.
Aldus vastegesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Wijziging van de gemeentebegroting en van de begrotingen van het Woning
bedrijf, het Grondbedrijf, de Openbare Werken, de Energiebedrijven, de
gemeentelijke instelling voor Maatschappelijk Hulpbetoon en van de
Leeuwarder Sportstichting voor het dienstjaar 1961.
Bijlage no. 543. Leeuwarden, 20 november 196J
Aan de Gemeenteraad.
Onder verwijzing naar de ter inzage gelegde ontwerp-besluiten tot
het wijzigen van de gemeentebegroting en van de begrotingen van het
V/oningbedrijfhet Grondbedrijf, de Openbare Werken, de Energiebedrij
ven en de Leeuwarder Sportstichting voor het dienstjaar 1961 en naar het
eveneens ter inzage gelegde, ter goedkeuring ingezonden, besluit tot
wijzigen van de begroting voor 1961 van de gemeentelijke instelling voor
Maatschappelijk Hulpbetoon, delen wij U het volgende mede.
Naar aanleiding van ons voorstel van 23 oktober 1962 (bijlage no.
334) hebt U in de vergadering van 31 oktober 1962 besloten de eindwij-
zigingen van enkele bedrijfsbegrotingen voor 1961 vast te stellen. Ge
lijktijdig hebt U toen besloten tot vaststelling van een wijziging van
de gemeentebegroting voor 1961 waarin de uitkeringen uit het gemeente
fonds, welke op grond van de Financiële Verhoudingswet i960 zullen wor
den ontvangen, aan de hand van de destijds beschikbare gegevens, zijn
geraamd. In deze wijziging zijn voorts, vooruitlopende op de eindwijzi-
ging, de ramingen van de overige inkomsten en uitgaven in grote trekken
bij de werkelijke inkomsten en uitgaven aangepast.
De gemeentebegroting leverde na deze wijziging een voordelig saldo
op van 214.770,--, welk bedrag op de post voor onvoorziene uitgaven
is uitgetrokken.
De nieuwe uitkeringen uit het gemeentefonds over i960 en volgende
jaren zijn nog steeds niet definitief vastgesteld. Wij merken hierbij
op, dat het Financiële Verhoudingsbesluit 1960, welk besluit is vastge
steld ter uitvoering van de Financiële Verhoudingswet 196O, in de maand
maart van dit jaar tot stand is gekomen. De gegevens, welke benodigd zijn
voor de bepaling van de factor sociale zorg van de algemene uitkeringen
en van de uitkeringen terzake van het lager onderwijs over de jaren i960
t/m 1962, konden dientengevolge eerst na dat tijdstip aan de Minister wor
den toegezonden. Bovendien dragen de normbedragen, waarnaar de uitkerin
gen voor het lager onderwijs worden berekend, nog steeds een voorlopig
karakter. In verband met nadere voorlopige becijferingen en gezien de ont
vangen voorschotten over dat jaar is de verwachting gerechtvaardigd, dat
over 1961 hogere uitkeringen uit het gemeentefonds beschikbaar zullen ko
men, dan in de begroting over dat jaar zijn geraamd. In de thans ter inza
ge gelegde ontwerp-wijziging van de gemeentebegroting zijn de ramingen
van deze uitkeringen derhalve met ongeveer 75-000,-- verhoogd.
De kredieten voor kapitaalsuitgaven en voor de hiermede verband
houdende kapitaalslasten zijn van de begroting afgevoerd, voor zover in
1961 nog geen machtiging tot besteding was ontvangen. Bovendien zijn,
de ramingen van de overige inkomsten en uitgaven zo nodig nog aangepast.
Het voordelig saldo van de gewone dienst van de gemeentebegroting
1961 bedraagt na deze wijziging 279-755? HM vermoedelijke netto
batig slot van de gemeenterekening over dat jaar, inclusief de op hoofd
stuk I van de gewone dienst voor 1962 verantwoorde achterstallige inkom
sten en uitgaven over voorgaande jaren, is aanzienlijk hoger en bedraagt
rond 645000,--In dit bedrag is 283-000,-- begrepen wegens een
herberekening van de voorlopige uitkering uit het gemeentefonds over i960
Het hierboven vermelde rekenings-saldo is als volgt becijferd: