r
3
t
- 37 -
I
van het Ziekenfonds bedraagt 2,per dag (m.i.v. 1 maart 1964
verhoogd van ƒ1,-- tot 2,--) en die van Rijk, provincie en
Praeventiefonds gezamenlijk 2,--. Over verhoging van dit be
drag zijn onderhandelingen gaande. Er van uitgaande dat een ver
hoging van 5Q°/° zal worden verl eend, nemen wij aan dat laatstge
noemde bijdrage tot 3?-- per dag zal worden opgetrokken.
De grondslag van het gemeentelijk subsidie is in 1960 be
paald op 1,50 per dag. Een verhoging met 50^> zou dit bedrag op
2,25 per dag brengen.
De totale bijdragen zouden dan 2,-- 3?f 2,25
7,25 bedragen. De verenigingen moeten dan derhalve nog 2,75
per dag dekken uit bijdragen van particulieren. Deze verdeling
lijkt ons redelijk.
Wij stellen U daarom voor de gemeentelijke bijdrage voor de
kinderuitzending te verhogen van 1,50 tot 2,25 per verpleeg-
dag.
De huidige subsidieregeling kent de beperking, dat in enig
jaar niet meer zal worden uitgekeerd dan het werkelijke exploi
tatietekort van een vereniging, terwijl anderzijds het vóór 1960
geldende subsidiebedrag (gebaseerd op zomer- en winterverpleeg-
dagen) wordt gegarandeerd.
Deze regeling levert in de praktijk nog wel eens moeilijkhe
den op en verliest, wat de garantie betreft, na de voorgestelde
nieuwe verhoging haar zin. Speciaal bij landelijke Stichtingen is
de bepaling ten aanzien van de beperking tot het exploitatie-te
kort praktisch niet uitvoerbaar.
Aangezien tengevolge van de steeds stijgende kosten bedoelde
beperkende bepaling aan betekenis heeft ingeboet, geven wij U
in overweging het subsidie zonder meer te bepalen op 2,25 per
dag.
Bij een geraamd aantal verpleegdagen van 9500 bedraagt de
verhoging van de desbetreffende post 9500 x 0,75 is 7-125» -
Yolgnc. 148. Kruisarbeid.
Met ingang van 1957 is na een gedegen onderzoek een geheel
nieuwe subsidieregeling voor de plaatselijke kruisverenigingen
vastgesteld welke is gebaseerd op genormeerde kostenfactoren
en rekening houdt met de omvang der verschillende taken, die
elke vereniging uitvoert. De subsidiebedragen zijn uitgedrukt
in een bepaald bedrag per lid, welk bedrag voor alle vereni
gingen verschillend is. In de loop van de acht jaren, dat deze
regeling geldt, hebben de aan de verenigingen uitgekeerde be
dragen alleen wijziging ondergaan, voorzover het ledenaantal