- 38 -
veranderde. In het algemeen zijn de uitgekeerde s fbsidies sedert
1957 iets gestegen, maar een achteruitgang van het ene op het
andere jaar is ook voorgekomen.
Met het oog op de kostenstijgingen, die hebben plaats gehad,
achten wij de tijd gekomen de regeling aan te passen aan de thans
geldende prijzen. Hieraan dient vooraf te gaan een analy.se van de
exploitatierekeningen der laatste jaren en een herberekening van
de genormeerde kostenfactoren. Dit alles is zeer tijdrovend en
wij hebben daarom gezocht naar een eenvoudige methode om de kruis
verenigingen (voorlopig) tegemoet te komen. Wij menen, dat voor
1965 een procentuele verhoging op de thans geldende subsidiebe
dragen per lid kan worden toegepast. In 1963 bedroegen, voorzover
bekend, de totale tekorten 251° van de aan de desbetreffende
verenigingen uitgekeerde gemeentelijke subsidies. Mede gelot op
de prijsstijgingen die na 1963 hebben plaats gevonden, stellen wij
U voor de subsidiebedragen voor de plaatselijke kruisverenigingen
voor 1965 niet 50i° te verhogen en (afgerond op 5 ct. naar boven)
nader vast te stellen op de navolgende bedragen per lid.
Leeuwarden 0,60
Huizum enz. 1,85
Goutum enz. 315
Wirdum 7,10
Wit-Gele Kruis 2,50
Voor deze verhogingen zal 5.000,-- benodigd zijn.
Van de Provinciale Verenigingen zijn de financiële overzich
ten niet tijdig ontvangen. Deze subsidies zijn in i960 vastge
steld. Zij vorderen een bedrag van rond 9,200,-- per jaar. Een
subsidieverhoging wordt niet gevraagd, maar de desbetreffende
verzoeken van het Provinciale Wit-Gele Kruis in voorgaande jaren
zijn steeds afgewezen op grond van de bestaande, naar objectieve
normen bepaalde, verhouding tussen de beide provinciale ver
enigingen,
Wij zullen trachten in 1965 zowel de regeling voor de
plaatselijke als die voor de provinciale verenigingen aan een
nader onderzoek te onderwerpen. Het verdient aanbeveling uit de
stelpost voor verhoging van subsidies voor eventueel wenselijke
aanpassingen van de regeling voor de provinciale verenigingen
2.000,-- te reserveren.
Volgno. 218. De Nederlandse Bond van Bad- en Zweminrichtingen,
te Amsterdam, verzocht de Gemeente als lid toe te treden.
In verband met het binnenkort in exploitatie nemen van het