a lug Vaststelling uitbreidingsplan in onderdelen "Lekkumerend" Bijlage no. 308. Leeuwarden 20 september 1965- Aan de Gemeenteraad. Vanaf 11 juni 1965 heeft gedurende vier weken voor een ieder ter C-emeente-secretarie ter inzage gelegen het ontwerp-uitbreidingsplan in onderdelen "Lekkumerend". Voor een globale omschrijving van het ontwerp mogen wij U naar bij gaande toelichting verwijzen. Tegen het ontwerp-plan is een drietal bezwaarschriften ingediend, namelijk door J. Vierkant e.a., eigenaren/bewoners van percelen aan de Groningerstraatweg, mejJ. Wartena, wonende te Heerenveen, eigenaresse van de woning Lekkumerweg no. 57 en door de heer S. van der Veen, bewoner van het pand Groningerstraatweg no. 215- Laatstgenoemde adressant heeft echter zijn adres niet binnen de wette lijk gestelde termijn ingediend, zodat hij, hoewel hij wel als belangheb bende is aan te merken, in zijn bezwaren niet kan worden ontvangen. De overige adressanten, eveneens belanghebbenden in de zin van de Woningwet, hebben hun bezwaren wei tijdig ingediend, zodat zij ontvankelijk kunnen worden verklaard. Ten aanzien van de inhoud van deze bezwaarschriften, die wij, evenals het adres van de heer Van der Veen, voor U bij de stukken ter inzage heb ben gelegd, delen wij U het volgende mede. De bezwaren van de heer Vierkant en anderen richten zich tegen het feit, dat zij ten behoeve van de realisering van de profielverbreding van de Groningerstraatweg, te zijner tijd een strook voortuin ter breedte van plm. 3 meter zullen moeten afstaan, waardoor, naar zij vrezen, hun wonin gen een niet onbelangrijke waardevermindering zullen ondergaan. Reclamanten stellen voor hun ter compensatie voor de- afstand van een deel van hun voortuin een zodanige strook grond achter de huizen ter be schikking te stellen dat er gelegenheid ontstaat voor het bouwen van auto boxen. Daar de 3 meter brede strook tuingrond onmisbaar is voor de realisering van de in het plan geprojecteerde profielverbreding van de Groningerstraat weg zal de eventuele waardevermindering van de betreffende woningen tot uitdrukking moeten komen door een toe te kennen schadeloosstelling bij aankoop c.q. onteigening van de benodigde tuingrond. Wij zijn dan ook van mening, dat dit bezwaarschrift ongegrond moet worden verklaard. Wel merken wij hierbij nog op, dat wij inmiddels met de belanghebben den contact hebben opgenomen om te onderzoeken in hoeverre aan de geuite wensen omtrent het beschikbaarstellen van grond en de bouw van autoboxen achter de desbetreffende woningen tegemoet kan worden gekomen. Op grond van dit eerste contact menen wij te mogen verwachten dat een bevredigende oplossing zal kunnen worden verkregen. De tweede reclamante., mej. Wartena maakt bezwaar tegen het feit, dat de haar in eigendom toebehorende woning Lekkumerweg no. 57 hij de realise ring van het plan zal moeten verdwijnen. Reclamante stelt, dat de gemeente lijke plannen haar (mede) verhinderen het pand opnieuw te betrekken - zij heeft de woning eind 1964 verlaten - en ook haar pogingen het perceel te verkopen belemmeren. Mej. Wartena heeft reeds eerder haar bezwaren kenbaar gemaakt, en wel naar aanleiding van de met toepassing van artikel 20 der Wederopbouwwet door ons verleende vergunning voor de bouw van 1196 woningen. Wij hebben toen het standpunt ingenomen, dat reclamante door de uitvoering van ge noemd bouwplan - dat vooruitliep op het thans aan U ter vaststelling aan geboden ontwerp-plan - niet in ernstiger mate werd gedupeerd dan door het geldende plan in hoofdzaak t Ielan". In dit plan stond de betreffende

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1965 | | pagina 137