- 4 - dat de in dat plan (zie bijlage no. 374/1964) voorgestelde verho ging van de straatbelasting en van de huisvuilrochten en de nieuw in te voeren rioolbelastingen zijn geraamd. Een verhoging van de opcenten op de personele belastingen is in de ontwerpbegroting voor 1966 niet verwerkt. Voor de winstuitkering van het elektriciteitsbedrijf aan de algemene dienst is thans hetzelfde systeem gevolgd als ook voor de winstuitkering van het gasbedrijf geldt. De algemene dienst ontvangt op grond van de regeling 5?-- per aansluiting en 2van de op brengst van de stroom- en gasverkoop. Financiële verhouding. In het sinds het verschijnen van de ontwerp-begrotingen voor 1965 verstreken jaar zijn de vermenigvuldigingsfactoren voor het onderdeel sociale zorg van de algemene uitkering uit het gemeente fonds en de uitkeringspercentages van die algemene uitkering nader vastgesteld over de jaren i960 t/m 1964. Dit heeft er toe geleid, dat over die jaren nog aanzienlijke bedragen (in totaal omstreeks 1.500.000,--) aan onze Gemeente zijn uitgekeerd. Deze bedragen zijn aan de algemene saldi-reserve toegevoegd, die hierna een- omvang van ongeveer 3,-' miljoen heeft. De onderwijsuitkeringen uit het gemeentefonds zijn slechts tot en met 1962 definitief vastgesteld. Vermoedelijk zal bij de defini tieve afrekening blijken, dat onze Gemeente nog aanvullende uitkerin gen over de jaren na 1962 zal ontvangen. In de primitieve gemeentebegroting voor 1965 moest het bedrag per inwoner worden geraamd op 63?-- en het uitkeringspercentage op 138. Voor het onderdeel sociale zorg bedroeg de vermenigvuldigings factor, waarnaar moest worden geraamd, 1,45* Inmiddels zijn voor 1965 verband met de in 1964 opgetreden loon- en prijsstijgingen, de invoering van de Algemene Bijstandswet en de omzetting van de kwartaalbetalingen aan het begin van elk kwartaal uit het gemeentefonds in maandbetalingen (renteverlies voor de Gemeenten) het bedrag per inwoner aanvankelijk nader op 64?50 en het uitkeringspercentage op 149 bepaald. In verband met de loon- en prijsstijgingen in 1965 en het op trekken van de uitkeringen krachtens de -Algemene Ouderdomswet en de Algemene Weduwen- en Wezenwet tot een sociaal minimum en de daarmede gepaard gaande premiewijzigingen, alsmede op grond van de toezegging van de nieuwe Regering, dat de uitkeringen aan de Gemeenten met 50,- miljoen (nader 79,6 miljoen) zouden worden verbeterd, is onlangs het bedrag per inwoner nader bepaald op

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1965 | | pagina 159