- 4 - a. zich naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders zodanig ge draagt, dat hij, ware hij in dienst gebleven, zou zijn ontslagen] b. verhindert, zij het ook alleen door gebrek aan medewerking, dat een geneeskundig ondersoek of een voldoend geneeskundig onderzoe tot het verkrijgen van invaliditeitspensioen plaats heeft. Artikel c Ten aanzien van hem die aan deze verordening recht op uitkering ontleent en die na zijn ontslag'uit hoofde van ziekte of ongeval nog aanspraken ij verband met de dienstbetrekking waaruit hij is ontslagen heeft of ver krijgt, wordt de uitkering tot het einde ven de periode, waarover die aanspraken bestaan, verminderd met het bedrag daarvan. artikel 10 1Na het overlijden van de gewezen ambtenaar heeft de weduwe dan wel de weduwnaar, die krachtens de Algemene burgerlijke pensioenwet recht heeft op een weduwnaarspensioen, recht op een bedrag gelijk aan drie maal het maandelijkse bedrag der uitkering, met uitzondering van de toeslag bedoeld in artikel 4» waarop de overledene op de dag, vooraf gaande aan zijn overlijdenkrachtens deze verordening aanspraak had. Wordt geen weduwe of weduwnaar als bedoeld in de vorige volzin nage laten, dan verkrijgen de minderjarige kinderen van de overledene recht op bedoelde uitkering. Ontbreken ook zodanige kinderen, dan hebben, indien de overledene kostwinner was van ouders, meerderjarige kinderen, broeders of zusters, deze betrekkingen recht op bedoelde mil kering. 2. Laat de overledene geen betrekkingen na die krachtens het eerste lid recht hebben op de uitkering' als in dat lid bedoeld, dan kan dit be drag door Burgemeester en Wethouders geheel of ten dele worden aange wend voor de betaling van de kosten van de laatste ziekte en van de lijkbezorging. Artikel 11 Een leeftijdsgrens van 60 jaar geldt voor de vervulling van: a. de betrekking, welke in hoofdzaak bestaat uit de daadwerkelijke ver pleging en verzorging van zieken, hulpbehoevenden of geestelijk ge stoorden b. de betrekking van geüniformeerd ambtenaar bij de gemeentelijke be roepsbrandweer artikel 12 Indien een ambtenaar die een betrekking vervult als in artikel 11 genoemd op het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening, do leeftijds grens als genoemd in dat artikel reeds heeft bereikt, wordt hom eervol ontslag verleend met ingang van de eerste dag van de maand volgende op die, waarin deze verordening in werking treedt, tenzij overeenkomstige toepassing wordt gegeven aan het bepaalde in artikel 2, eerste lid. Artikel 15 Deze verordening treedt In werking op 1 maart 1967 en kan worden aan gehaald als "Uitkeringsverordening functioneel leeftijdsontslag". Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Weigering medewerking aanbrengen autopedrekken Chr. kleuterscholen. Bijlage no. 50- Leeuwarden, 9 februari 1967 Aan de Gemeenteraad. Het bestuur der Vereniging voor Christelijk Kleuteronderwijs te Leeuwarden heeft bij een op 29 november 1966 ingekomen aanvrage verzocht, gelden uit de gemeentekas te mogen ontvangen voor de aanschaffing van autopedrekken bij de kleuterscholen aan het Schapendijkje, de Fonteinstraat en de Esdoornstraat. Blijkens mededelingen van het schoolbestuur zouden vele kleuters bij het naar school gaan gebruik maken van een autoped. Aangezien deze autopeds tijdens de schooluren geregeld over het schoolplein verspreid liggen, heeft het school bestuur besloten aan Uw Raad medewerkingte vragen voor de aanschaffing van rek ken, waarin deze autopeds kunnen worden geplaatst. Het is uiteraard niet noodzakelijk, dat de kleuters hun autoped mee naar school nemen. Wanneer hiertegen evenwel bij het schoolbestuur geen bezwaar bestaat, dan zou naar ons oordeel ook zonder de plaatsing van rekken kunnen worden voorkomen, dat het schoolplein een slordig aanzien verkrijgt, indien er door het personeel der school voor wordt gezorgd, dat de autopeds door de leerlingen netjes worden opgeborgen op een daarvoor bestemd gedeelte van het schoolplein. Indien aan het verzoek van het schoolbestuur wordt voldaan, schept dit uiteraard consequenties ten opzichte van andere kleuterscholen, zowel openbare als bijzondere. Het behoeft geen betoog, dat inwilliging van het verzoek tot vrij belangrijke financiële consequenties kan leiden. Wij zijn op grond van het vorenstaande van mening, dat de aanschaffing van autopedrekken niet noodzakelijk is en dat bij inwilliging van de aanvrage de normale eisen, aan het geven van kleuteronderwijs te stellen, zouden worden overschreden. In het onderhavige geval zal de gevraagde medewerking naar ons oordeel dan ook moeten worden geweigerd. Wij adviseren U daarom te besluiten overeenkomstig het hierna opgenomen ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.Tiekstra 1.-Burgemeester. de Jong Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1967 | | pagina 135